In het boek Handelingen van de Apostelen, waar we dit jaar met heel ons bisdom uit lezen en tot ons laten spreken, staat in hoofdstuk 9, 1-22 het relaas van de bekering van Paulus, die toen nog Saulus heette. Hij was toen nog een kerkvervolger die onderweg was naar Damascus. Toen hij die stad naderde, omstraalde hem plotseling een licht uit de hemel waardoor hij ter aarde viel en een stem hoorde die hem zei: 'Saul, waarom vervolgt gij Mij?' Hij sprak: 'Wie zijt gij, Heer?' Hij antwoordde: 'Ik ben Jezus die gij vervolgt. Maar sta op en ga de stad in; daar zal iemand u zeggen wat gij moet doen.'
Het mysterieuze paard
De bekering van Saulus is kunsthistorisch een geliefd thema en theologisch een bron van diepgaande en vaak controversiële exegese en duiding. De dramatische gebeurtenis heeft heel wat schilders geïnspireerd, van wie sommigen met klinkende namens als Caravaggio en Rubens. Hoewel Handelingen spreekt van een val, zonder verdere details, zien we op de meeste afbeeldingen een paard. Zo'n tuimeling van een door een lichtflits geschrokken ros draagt natuurlijk bij tot de tragiek van het verhaal. Nochtans blijkt uit analyse van de andere reizen van de latere Paulus dat hij meestal te voet onderweg was. Maar dat Saulus op dat ogenblik als farizeeër en Romeins burger en christenvervolger over een paard beschikte, is niet onlogisch. Of Paulus gewoon struikelde dan wel van zijn paard donderde, maakt historisch of theologisch weinig verschil uit.
In tegenstelling tot de apostelen, vooral dan Petrus, aan wie Jezus na zijn dood verschillende keren 'verscheen', heeft Paulus tijdens zijn tocht naar Damascus Jezus niet 'gezien', enkel gehoord. Voor Lucas, de auteur van de Handelingen, betekent de val van Saulus, de christenvervolger, een keerpunt en markeert hij dit als het begin van de levenswandel van Paulus, de missionaris. In werkelijkheid kwam het inzicht en de gedragswijziging van de man uit Tarsus hoogstwaarschijnlijk iets geleidelijker tot stand.