Het levensverhaal van Sint-Gummarus vertelt dat een schip met Noormannen langs de Nete naar Ledo, het latere Lier, voer. Aangekomen wierpen ze vuur naar het dak van de munsterkerk, juist buiten de omwalde plek gelegen, maar dit werd afgeslagen en doofde uit. Daarop vielen ze de kerk binnen en vermoordden er de dienstdoende priester Fredegerus. Toen de Noormannen met hun buit en meegevoerde monialen naar hun schip wilden terugkeren, werden hun aanvoerders van Godswege zwaar geslagen. De legende verhaalt nu dat plots alle klokken begonnen te luiden, alhoewel ze door niemand bewogen werden en dat de rovers, blind geworden, op de vlucht sloegen, luid roepend: 'Godswraak, Godswraak!' Zo streed de verdienste van Gummarus tegen de onmenselijkheid van de indringers. Daarom wordt dit gebeuren voorgesteld op het grote zilveren reliekschrijn van onze stadspatroon, nu te bewonderen in het Stadsmuseum.
Ook een schilderij uit 1698 dat achteraan in de Sint-Pieterskapel hangt, geschilderd door F. Cuyl (verder onbekend) en gesigneerd op de trede voor het altaar (tussen de benen van het kind), illustreert de inval van de Noormannen, die de kerk binnenstormden en de priester aan het altaar doodden. Op de zijkant van het altaar op dit schilderij staan twee namen, vermoedelijk de opdrachtgevers: 'Andreas Raes ende / Gummarus Huyghen / cappelmeesters van / Ste. Peeters capelle / alhier A° 1698 D.D. Het klokje dat in de toren van de kapel hangt en ons oproept voor de vieringen en driemaal daags het Angelus klept, heet dan ook de Fredegerusklok. Een aantal jaren geleden is er ook een processievaandel geschonken aan de Broederschap van Sint-Gummarus dat de 'martelaar Fredegerus' voorstelt.
Ter herinnering aan dit gebeuren wordt sedertdien in Lier in alle kerken en kapellen op de donderdag vóór Sint-Andries (feestdag op 30 november) van 19.00 tot 19.15 uur met alle klokken de Godswraak geluid. Dit jaar heeft dit plaats op donderdag 28 november 2024.