Marcus en zijn evangelie | Kerknet
Overslaan en naar de inhoud gaan

Recent bezocht

Bekijk je recent bezochte microsites, auteurs en thema's
kerknet
  • Hulp
  • Startpagina portaal
  • Mijn parochie
  • Aanmelden of registreren
Menu
  • Startpagina
  • Kerk
  • Vieringen
  • Shop
  • Zoeken

Pastorale Eenheid H. Gummarus & Z. Beatrijs Lier

  • Startpagina
  • Contacten
  • Zoeken
  • Meer
    • Zoeken
    • Archief Begrafenis Centraal Kerkbestuur (CKB) Communie aan huis Contact Doopsel Eerste communie Huwelijk, dankviering, jubileum Inspirelli Lier Kerkraad Onderwijs Parochieblad Kerk & leven Parochiegeschiedenis Parochiesecretariaat Parochiezaal Plaatselijke kerngroep (PKG) Preek van de week Team van de pastorale eenheid Toerismepastoraat Verenigingen Vieringen Vormsel Werkgroepen Ziekenzalving
Evangelie volgens Marcus, 6, 27-54, in de Codex Alexandrinus (begin 5de eeuw)

Marcus en zijn evangelie

icon-icon-artikel
Gepubliceerd op zaterdag 27 januari 2024 - 14:02
Afdrukken

Dit liturgisch jaar (het B-jaar) lezen we voornamelijk uit het evangelie volgens Marcus. Johannes Marcus, uit Jeruzalem afkomstig, schreef rond zijn zestigste dat beroemde eerste evangelieverhaal over Jezus, de Christus, de zoon van God. De eerste en laatste figuur die als leerling van Jezus in het verhaal optreedt, is een zekere Simon Petrus uit Galilea.

Evangelie volgens Marcus, 6, 27-54, in de Codex Alexandrinus (begin 5de eeuw)

Een traditie vertelt ons dat Marcus de catecheses van Petrus bundelde en uitgaf. Hij schrijft ongeveer veertig jaar na de dood van Jezus, en iets meer dan tien jaar na de dood van Petrus zelf. Een veel latere traditie vertelt zijn marteldood in Alexandrië in Egypte. Zijn evangelieverhaal zit goed in elkaar: een groots drama met tegelijk een duidelijk didactische structuur. De bedoeling was dat alles in ongeveer twee uur kon voorgelezen worden. De auteur schetst een leven dat tegelijk een catechese vormt voor wie binnentreedt in de gemeenschap en door navolging de christelijke identiteit mag verwerven. De liturgische context blijkt de paaswake te zijn, en de tekst kan dan een 'vroegchristelijke paashaggadah' genoemd worden, voorgedragen tijdens de paaswake. Op het einde van de nacht ging men naar buiten en doopte men de nieuwelingen, die daarna, in een nieuw wit kleed, de eerste eucharistische maaltijd in de gemeenschap mochten genieten.

Opbouw en inhoud
In de eerste acht hoofdstukken leert men Jezus kennen: wie is Hij toch? Iets voorbij het midden, na de voorbeeldige belijdenis van Petrus ('Gij zijt de Christus!', 8, 29), treedt de dynamiek op van het navolgen van de meester die profeet en Messias blijkt te zijn. Hoe ver willen we Hem volgen? Ongeveer alles is doortrokken van een levendige paradox. Dit getuigt van de aparte rijpheid van de evangelist. Hij is door het paradoxale heen gegaan: wie wil winnen, zal moeten verliezen, wie groot wil zijn, laat hij de dienaar van allen worden, alleen wie zijn kruis opneemt, zal de glorie binnengaan. Dit lukt niet tenzij men het doopsel ondergaat dat de Meester heeft ondergaan en de beker gedronken heeft die Hij ooit dronk in zijn lijdensverhaal.

Binnen het verhaal vinden we de korte spiegelverhaaltjes van de parabels. In Marcus telt men er een twaalftal. De grote redevoering in parabels van het vierde hoofdstuk bevat vijf gelijkenissen, en berust een en al op een pittige paradox: je bent verantwoordelijk in je ontvankelijkheid voor het verkondigde woord, maar het wordt jou tegelijk gratis geschonken. Alles hangt dus van jou af en alles komt bij je binnen ongeacht je inspanningen: 'of de boer nu slaapt of waakt, vanzelf blijft het graan groeien' en draagt het vrucht voort, onstuitbaar en overvloedig. 'dertig-, zestig-, honderdvoud'! Dergelijke spanningen zijn een beetje overal aanwezig in de woorden van Jezus en in de schikkingen van de evangelist. Zo is het einde van alle dingen op komst en door Jezus met grote stelligheid verkondigd (zie Mc. 13). Maar niemand weet exact wanneer, zelfs niet de Zoon! Dit is weten en niet-weten tegelijk, zeker zijn en volkomen tasten in het onzekere! Zo leert Marcus ons leven, wijs en alert, zelfkritisch en vertrouwvol. 'heb zout in uzelf en leeft in vrede met elkaar', de twee samen!

De evangelist Marcus, schets door Albrecht Dürer, 1526

Anders denken
Over heel de lijn leert Marcus ons 'anders' denken, verwonderd: God is groter dan onze verbeelding, en intiemer nabij dan we het zelf vermoeden. Het verhaal met de varkens die zich in het meer storten en verdrinken is pure sensatie, en Jezus doet er zo goed als niets: 'Hij liet het hen toe', dat ze konden wegrennen zoals ze vroegen (Mc. 5, 1-20)! Onmiddellijk daarop gebeurt, op schier onmerkbare manier, de genezing van de vrouw die aan bloedvloeiingen leed, gevolgd door de opwekking van het dochtertje van Jaïrus. Dit is nu absoluut zonder de minste sensatie! Het laatste gebaar klinkt banaal, maar is het teken dat het grote Leven zegeviert: 'Geef haar te eten!' Zo is de verschijning van God in Jezus, zegt Marcus: veel meer en geheel anders dan je aanvankelijk kon denken.

We hebben te maken met een gerijpte vechter, in de school van de groten - Petrus en Paulus, zelf met eerbied zo goed als integraal overgenomen door Matteüs en Lucas, en, zelfs door de vierde evangelist op de voet gevolgd voor wezenlijke grote eenheden binnen zijn verhaal. Albrecht Dürer deed ooit een karakterstudie met vier evangelische figuren Johannes, Petrus, Marcus en Paulus volgens de, toen populaire, leer van de vier lichaamsvochten in het menselijke lichaam en de vier leeftijden binnen een mensenleven. Een van de vier was Marcus. Die schilderde hij als Cholericus. In de latere karakterologie kenmerkte men de cholericus als 'primair', 'actief', en 'emotief'. Dat past inderdaad prima voor Marcus, maar dan wel als een gerijpte cholericus, minder primair dan aanvankelijk, in zijn jonge jaren (zie bijvoorbeeld Handelingen 13, 13, waar Johannes Marcus afhaakt en naar Jeruzalem terugkeert).

Laten we dit jaar opnieuw eens de tijd nemen om in kleine groepjes - twee of drie is al een 'groep' - Marcus integraal te lezen in een gebedswake die herinnert aan wat in de eerste eeuwen gebruikelijk was: waken en bidden en geheel anders, 'met een nieuw hart en een nieuwe geest', uit de nacht tevoorschijn komen. Dat is mijn wens bij het begin van dit nieuwe liturgische jaar onder leiding van Marcus, de eerste schrijver van het oudst bewaarde evangelieverhaal.

(inspiratie voor dit artikel uit een tekst van Br. Benoit Standart O.S.B.)

Jan Verheyen, pastoor-deken

Gepubliceerd door

Pastorale Eenheid H. Gummarus & Z. Beatrijs Lier

Meer

Artikel

Deel dit artikel

Deel op Facebook
Deel op Twitter
Deel via e-mail

Lees meer

Hoe ondersteun je dementerenden? © Freepik
Lees meer

Ethiek van euthanasie bij vergevorderde dementie

icon-icon-evenement
Belgische jongeren - WJD Portugal 2023 © Don Bosco
readmore

Jaarrapport van de katholieke Kerk in België 2024

icon-icon-persbericht
Een gedeelde missie voor alle gedoopten
readmore

Gebedsintentie paus oktober 2024: voor een gedeelde missie

icon-icon-inspiratie

Recent bezocht

Bekijk je recent bezochte microsites, auteurs en thema's
© 2025 Kerk en Media vzw
Vacatures
Contact
Voorwaarden
YouTube
Twitter
Facebook