Oprichting van de kapelanij bij Koninklijk Besluit van 7 februari 1930 en van de hulpparochie bij Koninklijk Besluit van 15 juni 1938. De wijk Lachenen, destijds opgericht tot kapelanij onder aanroeping van Onze-Lieve-Vrouw Onbevlekt en afhangende van de hulpparochie van het Heilig Hart van Jezus, werd gewijzigd in “Kapelaan bij de kapel van Onze-Lieve-Vrouw Onbevlekt”. Dit gebeurde op verzoek van de aartsbisschop van Mechelen en bij hoger vermeld Koninklijk Besluit. Op verzoek van Kardinaal Van Roey, aartsbisschop van Mechelen, werd de kapelanij bij Ministerieel Besluit van 7 november 1940 omgevormd tot een afzonderlijke hulpparochie binnen een bepaalde begrenzing. Ook werd een plaats van onderpastoor voorzien op de parochie.
Oprichting van het kerkgebouw Op 1 december 1924 werd door de vereniging zonder winstoogmerk “Archevêché de Malines” van de “Bestiering van Gast- en Godshuizen der stad Lier” een perceel “bouwlandte” aangekocht aan “den Mechelsche steenweg, gekadastreerd Wijk F, deel van nummer 7-b groot oppervlakte vier en twintig aren twaalf centiaren”. “De Vereeniging koopsters verplicht zich de aangekochte grond te gebruiken tot het oprichten eener kerk die voor den openbaren eeredienst zal aangewend worden, en deze bestemming aan den eigendom te geven binnen de vijf jaren.” Op 2 augustus 1928 verkreeg Z.E.H. J. Coveliers, eerste kapelaan en nadien eerste pastoor van de parochie, de nodige bouwtoelating vanwege het college van burgemeester en schepenen van de stad Lier. De oprichting van het kerkgebouw gebeurde in de jaren 1928-1929 onder zijn impuls. Voor het optrekken van het gebouw gebruikte de aannemer steen van de naburige steenbakkerij Cuyckens. De architect van de kerk is Kanunnik Lemaire, de uitvoerder de heer Van Den Daelen. De inwijding van het nieuwe kerkgebouw vond plaats op 8 december 1929 door Monseigneur Van Cauwenbergh. In 1930 werd de toren voltooid.