Vandaag, 4 december vieren de mijnwerkers hun patroonheilige, Sint-Barbara. Wij gingen op zoek naar een mijnwerker en vonden in Marinus van Dijk (83) uit Geistingen een fijne gesprekspartner die vol begeestering spreekt over de mijnwerkers. Én over zoveel andere dingen.
Ook al woont hij al 40 jaar in België, dat Marinus (“zeg maar Math”) Nederlander is merk je meteen: “ik heb als mijnwerker gewerkt in de Nederlandse staatsmijnen in Hoensbroek. Ik volgde er mijnschool om mijnbouwkundig opzichter te worden. Een opleiding van 7 jaar waar theorie en praktijk samen gingen. Daarna kon ik nog in de ondergrond aan de slag voor… twee jaar. Want toen werden in Nederland de mijnen gesloten.”
De jaren in de ondergrond hebben Math gevormd voor het leven: “Het was zeer zwaar werk. Slechte werkomstandigheden ook: temperaturen van 40 graden, vochtig, vuil. Je moest altijd vertrouwen op het werk dat de voorgangers gedaan hadden. Ik heb er vertrouwen geleerd. Kameraadschap ook. Mijnwerkers hangen heel erg aan elkaar moet je weten. Nu nog steeds zijn de collega’s van toen mijn beste vrienden.”
In 1979 zoekt en vindt Math samen met zijn vrouw Mia van den Boorn waarmee hij al 61 jaar getrouwd is, een woning in Geistingen. Niet lang daarna brandt het huis van de buren af en laat buurman Henri Grispen het leven bij die brand. Math organiseert een succesvolle inzamelactie voor de buurvrouw die achter bleef met drie kinderen van 3, 5 en 6 jaar. En zo leert Geistingen de talenten van de sympathieke Nederlander kennen. En vragen ze hem vaker: Math wordt voorzitter van de harmonie en de muziekschool, hij is actief in de culturele raad, zetelt in de beheerraad van de scholengemeenschap en sluit aan bij de plaatselijke mijnwerkersvereniging Sint-Barbara waar ze hem na enkele vergaderingen tot voorzitter bombarderen.
Ook nu hij in zijn 84ste is, is hij, ondanks enkele zware ongevallen die hem in zijn mobiliteit beperken, nog heel actief. Zijn ogen stralen als hij vertelt dat hij, al 27 jaar lang, nog bijna wekelijks groepen rondleidt in de steenkoolmijn in Valkenburg: “ik probeer de toeristen altijd de sfeer van de ondergrond te laten beleven door de wijzen op de werkomstandigheden. De meesten zijn bij het buiten komen erg onder de indruk.”
Vol fierheid vertelt hij over zijn taak als mijnwerker-brancardier in Lourdes: “dit jaar ging ik voor de 28ste keer mee met de diocesane bedevaart. Als mijnwerkers-brancardiers tonen we dat die mannen met vuile, zwarte handen ook lichte en zachte handen hebben. We staan er ten dienste van de zieken en helpen de priesters tijdens de vieringen. Maar onze belangrijkste taak is onze oren open houden; luisteren naar de zieken, zorgen dat ze hun verhaal kwijt kunnen. En dan zijn er vaak emotionele momenten.”
Natuurlijk viert Math vandaag Sint-Barbara, de heilige die door haar heidense vader in een toren werd opgesloten en door hem werd gefolterd en zelfs onthoofd. “Vroeger begonnen we met een viering in de kerk. Die is jammer genoeg weg gevallen. Nu is de viering beperkt tot een etentje met een 20-tal mijnwerkers, partners en weduwen. Het is een heel hechte groep waar iedereen met iedereen mee leeft.”
En als het feest straks voorbij is, gaat Math weer aan de slag. Om de mijnwerkerskalender te verkopen, om artikels te schrijven voor het tijdschrift van de Limburgse mijnwerkers of om de bedevaart van volgend jaar voor te bereiden.
Een bezige bij, die Geistingse Nederlander.
Jan Lamberigts
Onderschrift foto:
Als mijnwerker-brancardier staat Math van Dijk jaarlijks ten dienste van de zieken in Lourdes. © M.vD.