Heverlee werd even Greccio! | Kerknet
Overslaan en naar de inhoud gaan

Recent bezocht

Bekijk je recent bezochte microsites, auteurs en thema's
kerknet
  • Hulp
  • Startpagina portaal
  • Mijn parochie
  • Aanmelden of registreren
Menu
  • Startpagina
  • Kerk
  • Vieringen
  • Shop
  • Zoeken
TAU

TAU

  • Startpagina
  • Contacten
  • Zoeken
  • Meer
    • Zoeken
    • Digitale bezinningen Website TAU
Franciscaanse Kerststal

Heverlee werd even Greccio!

icon-icon-artikel
Gepubliceerd op vrijdag 26 januari 2024 - 0:33
Afdrukken
Brigitte Puissant blikt terug op het indringende bibliodramaspel in Heverlee rond het Kerstverhaal van Greccio.

Twee uur en een half duurde onze samenkomst, maar wat daar gebeurde bleef nog minstens een week bij mij nazinderen. Daarom kroop ik in mijn pen en betrapte me daarbij op het zoeken naar een verhaallijn doorheen de inbreng en stiltes van tien personages. Een terugblik op het bibliodramaspel dat ik juist voor Kerst samen met Katia Van Cleynenbreugel begeleidde in Heverlee.

Rollen uit het Kerstverhaal

In het kerstverhaal van Greccio staan een ezel en een os naast een kribbe met hooi. De priester viert de mis boven de kribbe, alsof het een altaar is. Franciscus vertelt het kerstevangelie zo dat het wel een zoet gezang lijkt. Ook al is hij ziek en blind, zijn enthousiasme en bezieling weergalmen tot ver boven de beboste heuvel van Greccio.  

De plaats van Franciscus, de os, en de priester bleven leeg tijdens het bibliodramaspel. Geen enkele deelnemer koos voor deze kernrollen. Wel namen twee deelnemers de rol op van de ezel. Daarrond stonden de omstaanders die hun rol zelf invulden. Zo waren er drie mannen die het kerstkind in een visioen hadden gezien, een reiziger uit Frankrijk, een lichtbrenger, een herder, een moeder met haar kinderen, een jood, een moslima, een boer. Ieder trok een doek aan dat bij zijn personage hoorde.

De tekst gaat verder onder de foto.

Os en ezel als eerste getuigen © Barbara Mertens

Het dramaspel

Het was de Lichtbrenger die als eerste aan het woord kwam. Ze stond een eind achter de kribbe, haar handen in een hoog gebaar. Ze wilde aan eenieder duidelijk maken dat Licht met bewustzijn, met inzicht had te maken, met iets ongezien, dat we misschien toch konden begrijpen. Iets boven het concrete gebeuren. Die woorden klonken te groot als begin, en bleven als het ware kleven aan de TL-lampen van de parochiezaal.  

Aan een uiterste rand repliceerde een herder schuchter dat het Licht hem meestal innerlijk vergezelde. Hij bleef echter graag ver van deze groep en de opgezette viering. Met zijn schapen en zijn eenzaamheid als mantel trok hij liever alleen verder.

De ezel kwam hevig uit zijn kot. De kerststal lag in puin. De lucht stonk naar lijken, het gezang van engelen verstomde door een indringend geschreeuw van ontreddering, de sterren trokken zich terug achter het vuur van bommen en onbeschaamde schutters. Herders zochten naar water en etensresten voor hun kudde. De weiden waren al lang verwaterd tot modderpoelen. Er was geen licht, enkel gruwel en verschrikking. Hij voelde zich machteloos. Deze woorden priemden door elk van ons. Namen lucht weg.  

Een reiziger uit Frankrijk verlangde vurig Franciscus te zien. Hij had er zoveel goeds over gehoord, en wou nu die heilige man met zijn eigen ogen zien.  Hij vertelde hoe hij tijdens zijn reis veel gedeeld had met arme kinderen. Misschien was die reiziger zonder te beseffen, al een volgeling, en had hij Franciscus tegenwoordigheid niet meer nodig?

De moslima en de Jood kwamen uit nieuwsgierigheid naar deze ‘rare’ viering en bleven op afstand toekijken.  Hun familie, tradities en wetten als houvast was hen genoeg. Met dit kerstekind kon het immers alle kanten opgaan.  

Een vrouw met een brede glimlach en blozende wangen, had een visioen over het kind Jezus dat eerst dood in haar armen lag, maar door Franciscus tot leven werd gewekt (in die droom). Zij straalde vreugde uit. Hoe kon ze dat in deze beklemmende sfeer?  Hoe moedig moest ze zijn? Of overstroomde die vreugde ook bij haar, zoals bij Franciscus? Een vreugde uit een goddelijke bodemloze grond? Ook gestorven kinderen zou ze neerleggen in de kribbe. Alsof dood en leven daar in het midden één zouden zijn.

Nog omstaanders droomden dat het dode kind voor hun kinderen en kleinkinderen tot leven zou komen (zoals het die man uit het verhaal overkomen was, dankzij de tussenkomst van Franciscus).  Het gebeuren in Bethlehem moest voor hun nazaten betekenis krijgen. Alsof het kerstverhaal maar misschien ook het hele evangelie gered moest worden als een levendig testament. Een vrouw had hiervoor haar acht kinderen mee. Hun bezorgdheid bleef in ons midden hangen.  

Een boer had de os tot bij de kribbe gebracht op vraag van de graaf van Greccio. Dat had hem veel tijd gekost. ‘De mensen hier weten niet wat het is, de grond te moeten bewerken en elke dag van ’s morgens vroeg tot ’s avonds laat paraat te staan voor de dieren. Zij kunnen hun tijd hier verdoen met naar Franciscus te luisteren. Voor mij ligt het goddelijke in mijn dagelijks wroeten in de aarde en mijn zorg voor mijn dieren.’ Zou hij wachten op zijn os? Of terug naar huis gaan? Hij bleef staan. Ook de herder. De ezel warmde de kribbe op door een hopeloos gezucht. Zijn ezelbroeder kon hem niet bewegen tot andere gedachten.

Het verhaal gaat verder onder de foto.

Franciscaanse Kerststal

De knoop in het hoofddoek van de moslima, leek haar gezicht naar de grond te trekken. Het bleef koud rond haar. Een onzegbaar verdriet doofde fakkels en had harten overmand. De Lichtbrenger voelde hoe ze het licht langzaamaan verloor. ‘Misschien hebben we de duisternis nodig om het licht te kunnen zien,’ opperde ze. We trokken de gordijnen dicht, bliezen enkele kaarsen uit. Het werd stil. En donker. 

De moslima rechtte haar hoofd: ‘Hier zijn veel vrouwen. Dat ben ik niet gewoon. Het voelt goed.’

‘Is daar geen licht te zien?’ Iemand wees naar een glimp in een kier.

De Jood zette onverwachts een stap naar voor: ‘ Kijk eens, hoe we samen blijven’.

We knikten. We stelden inderdaad vast dat de kring van omstaanders dichter bij elkaar was geschuifeld en dus ook dichter bij de kribbe.  

De Jood vervolgde: ‘Dat iedereen is gebleven, en samen gebleven, misschien is dat het licht. En laten we nu samen zoeken hoe we zelf wat licht kunnen brengen …’

Tot slot

Met deze mooie eindzin rondden we het spel af. Ieder met zijn karakter, verwachtingen, godsdienst, verhaal groeide naar elkaar toe, doorheen eerlijke woorden, zoekende gedachten en tastbare duisternis. Niemand liep weg. En juist dat ‘blijven’ zette iets beweging, onverwacht: Een verbinding. Een samen. En dat samen als licht.  

Brigitte Puissant, TAU-vrijwilligster

Gepubliceerd door

TAU

Meer

Artikel

Deel dit artikel

Deel op Facebook
Deel op Twitter
Deel via e-mail

Lees meer

Hoe ondersteun je dementerenden? © Freepik
Lees meer

Ethiek van euthanasie bij vergevorderde dementie

icon-icon-evenement
Belgische jongeren - WJD Portugal 2023 © Don Bosco
readmore

Jaarrapport van de katholieke Kerk in België 2024

icon-icon-persbericht
Een gedeelde missie voor alle gedoopten
readmore

Gebedsintentie paus oktober 2024: voor een gedeelde missie

icon-icon-inspiratie

Recent bezocht

Bekijk je recent bezochte microsites, auteurs en thema's
© 2025 Kerk en Media vzw
Vacatures
Contact
Voorwaarden
YouTube
Twitter
Facebook