Rasartiesten. Zo mag je de Franse zangers Jean-Etienne Langianni en Frédéric Tavernier-Vellas gerust typeren. Niet alleen geven hun stembanden een kamerbrede sound, ook de overgave waarmee ze zingen, wordt een vleesgeworden invulling van de aan Augustinus toegeschreven boutade “Goed zingen is dubbel bidden”. Tertio sprak met hen in Drongen.
Hoewel historisch onderzoek voor de twee zangers vanzelfsprekend is, heeft het resultaat daarvan altijd aanvulling nodig. “Intuïtie op basis van mondelinge overleveringen is even belangrijk”, stelt Tavernier-Vellas. “Vaak gaat het om levendige tradities. Zelf ben ik geworteld in de Byzantijnse traditie. Voor mij is Byzantijnse muziek geen oude muziek, maar muziek die tweeduizend jaar oud is. Zij is nieuw en levendig. Hier en daar beschikken we over oudere beschrijvingen, maar uiteindelijk moeten we vooral de oude muziekstijlen herontdekken.”
“Hoe minder sporen we in geschriften tegenkomen, hoe meer onze verbeelding over het verleden aangesproken wordt”, gaat Langianni verder. “De hedendaagse visie over de middeleeuwen is niet meer dezelfde als honderd jaar geleden. We mogen niet zomaar genoegen nemen met een ontdekking. Altijd zitten we met de vraag: ‘Is dat het? Is er een andere mogelijkheid?’ We zijn nooit helemaal overtuigd. De confrontatie van mondelinge overlevering met geschreven bronnen helpt daarbij, zonder tot een definitieve invulling te komen.”
Lees het volledige interview met Jean-Etienne Langianni en Frédéric Tavernier-Vellas deze week in Tertio.
Reacties
Om reacties te zien en te reageren op dit artikel moet je je eerst even aanmelden via het menu bovenaan. Tot gauw.