Hoewel ze na haar terugkeer uit ballingschap acht jaar in Kigali in de gevangenis zat, neemt de Rwandese oppositieleidster Victoire Ingabire Umuhoza geen blad voor de mond.
Het Kagame-regime is erin geslaagd iedereen het zwijgen op te leggen of uit de weg te ruimen die geluiden laat horen die enigszins afwijken van de officiële versie van de geschiedenis van het land. Die luidt dat hardliners binnen het regime van voormalig Hutu-president Juvénal Habyarimana de genocide hadden gepland en dat zij die begonnen uit te voeren zodra het presidentiële vliegtuig met Habyarimana en zijn Burundese collega aan boord op woensdag 6 april 1994 uit de lucht geschoten werd. Gelukkig hebben Tutsi-bannelingen onder leiding van Kagame daarna deze genocidairs verdreven en een modelstaat gecreëerd.
Wie daaraan iets wil toevoegen, wordt steevast beschuldigd van “minimalisering van de genocide” of “samenzwering tegen de staat”, zoals Ingabire toen ze begin 2010 – na zestien jaar als politiek vluchtelinge in Nederland te hebben gewoond – naar Rwanda terugkeerde om er aan de presidentsverkiezingen deel te nemen. “Rwanda wordt in buitenlandse media het ‘Singapore van Afrika’ genoemd, maar deze ‘modelstaat’ is er alleen dankzij buitensporige repressie”, zegt de 50-jarige politica, die in september gratie kreeg.