De Brugse priester Gabriël Quicke publiceerde een rijk en gevat boek over de gastvrijheid. Vanuit diverse invalshoeken diept hij die christelijke deugd uit. Sinds kort is hij rector van de Belgische kerk Sint-Juliaan-der-Vlamingen in Rome. Zonder het te beseffen toen hij dat boek schreef, kan Van ontmoeting naar gastvrijheid gelezen worden als zijn programmaverklaring voor die pelgrimskerk. De deuren waren er lange tijd gesloten, vanaf nu gaan ze weer open.
Gabriël Quicke wijst er in Tertio nr. 1.145 van 19 januari 2022 op dat gastvrijheid veel verder gaat dan “bed, bad en brood” – het lenigen van de fysieke noden van vreemdelingen. “Het omvat bovenal de erkenning van de ander in zijn menselijke waardigheid. Echte gastvrijheid is vaak het moeilijkste wat er is, maar tegelijk brengt ze onverwachte zegeningen teweeg.” Hij vervolgt dat in de gastvrijheid een merkwaardige omkering plaatsvindt. “Allereerst groeit het besef dat we allemaal als vreemdelingen te gast zijn in deze wereld. Ook de gastheer is een gast. En omgekeerd wordt de gast zelf de gastheer. Dat zie je in de duiding van het verhaal van de ontmoeting van Abraham en Sara met de drie vreemdelingen (Genesis 18) en bij de Emmaüsgangers (Lucas 24, 13-35). Het is geen toeval dat in de iconografie Abraham en Sara steeds meer van het toneel verdwijnen en de drie vreemdelingen op het voorplan komen als beeld van de Drie-eenheid. In de bekende icoon van Andrej Roeblev neigen Vader, Zoon en Geest in een cirkelvormige beweging naar elkaar. Er zit een liefdesdynamiek in en die cirkel is niet gesloten, maar open naar ons. Wij worden mee uitgenodigd aan de tafel van de Heer”, stelt Quicke. “Vergeten we niet dat het christendom ontstaan is aan een tafel: die van het Laatste Avondmaal. ‘Die dit tot mijn gedachtenis’ nodigt ons uit aan de eucharistische tafel, maar evenzeer tot dienstbaarheid door het voorbeeld van de voetwassing.”