Na een lange periode van isolement tijdens de coronapandemie kunnen we weer gastvrij vrienden ontvangen. Maar leggen we ook diezelfde gastvrijheid aan de dag voor de vreemde in nood? Is er nog wel sprake van onbaatzuchtige gastvrijheid zonder commercieel belang? Tertio nr. 1.167 van 22 juni werpt een licht op gastvrijheid doorheen de eeuwen en in verschillende culturen en religies.
Peter Venmans, filosoof en hispanist analyseert in zijn jongste boek Gastvrijheid. Filosofisch essay zowel historisch als theoretisch de verschillende dimensies van gastvrijheid. Als taalkundige heeft hij daarbij extra aandacht voor de taal rond gastvrijheid – een van de hoofdstukken is volledig aan etymologie gewijd – en weet hij zijn boodschap mooi en snedig te formuleren. Voor de Grieken kon niet iedereen een gastvriend zijn. Hoewel de gast een onbekende was, moest er wel een zeker symmetrie zijn: het mocht geen spreker van een vreemde taal of iemand van een andere klasse zijn. De gast moest op zijn minst het potentieel hebben om een gelijke te worden. De christelijke gastvrijheid vormt een radicale breuk met de homerische gastvrijheid. Venmans spreekt over “een schandaal”, zowel bekeken vanuit de seculiere moderne cultuur als de antieke cultuur. In tegenstelling met de homerische gastvrijheid, is de christelijke onvoorwaardelijk en universeel. Ze maakt geen onderscheid tussen mensen, zelfs niet tussen vrienden of vijanden. “Christelijke naastenliefde is onbaatzuchtige, puur schenkende, niets terugverlangende liefde.”
Op de thee
Pierre-François de Béthune, abt van het klooster Saint-André de Clerlande en voormalig secretaris generaal voor de Monastieke Interreligieuze Dialoog (MID) koestert een bijzondere interesse voor de Japanse theeceremonie. Die rituele praktijk blinkt uit in gastvrijheid. De inzichten uit zijn jarenlange training waren ook vruchtbaar voor zijn visie op interreligieuze dialoog, de gastvrijheid tussen religies. De benedictijn schreef er het boek Gastvrijheid is heilig over. In bijna volledige stilte wordt het theeritueel uitgevoerd. “In de theeceremonie is de lichaamstaal belangrijk. Je moet de objecten vastnemen met veel respect. Dat respect voor de dingen weerspiegelt zich op de personen. Dat veronderstelt dat je goed gegrond bent in je adem. De handelingen die uit een juiste houding voortvloeien, zijn harmonieus. Een houding kan meer zeggen dan een mooi discours. Zonder woorden kan je je echte intenties niet verbergen.” Gastvrijheid in de theeceremonie is evenwel niet hetzelfde als vriendelijk zijn, legt De Béthune uit. “Een glimlach kan ook een commercieel zijn. In de theeceremonie wordt niet vaak geglimlacht, maar er wordt gepraat vanuit het lichaam. Die communicatie wordt gedragen door de stilte.”
Wijn in de zetel
Het Kapucijnenklooster op de Ossenmarkt in Antwerpen wordt gastvrijheid dagelijks in de praktijk gebracht. Het is sinds meer dan 3 maanden omgetoverd tot een opvangplaats voor Oekraïense vluchtelingen. Broeder Luc Vansina ontving er de eerste vluchtelingen op Aswoensdag. Ondertussen verblijven er 42 mensen. De kapucijn vertelt dat hij soms de vraag krijgt welke organisatie er achter zijn werk zit. “Ik zeg dan: die van de Bijbel. Een klooster moet alles doen wat het kan. Als er geen ruimte is, dan leg je de mensen op de gang tot je een oplossing hebt. We kunnen niet preken over de armen helpen en gastvrijheid, maar daarna met glas wijn in de zetel zitten.” In de voetsporen van Franciscus van Assisi wil de broeder in eenvoud en met respect voor elke mens leven. De zorg voor mensen in nood maakt daar een belangrijk onderdeel van uit. Of hij voldoening voelt van zijn werk? Daar kan ik nu nog niet mee bezig zijn, vanavond moet ik zien dat er eten op tafel komt”, antwoord hij met beide voeten op de grond.
Meer lezen? Abonneren kan via Tertio.be