Het cliché wil dat winstgedreven woonzorgcentra duur zijn en desondanks slechte kwaliteit leveren omdat ze besparen op zorg. Tertio nr. 942 van 28/2/18 ging op zoek naar de feiten en vond belangrijke nuances.
Inzicht in de elementaire beginselen van de complexe regelgeving is noodzakelijk om de winstmechanismen in de commerciële residentiële ouderenzorg te doorgronden. Zo is er in de ouderenzorg geen level playing field: de overheid hanteert geen volledig identieke regels en normen voor de subsidiëring van openbare, non-profit en for-profit woonzorgcentra (WZC’s). De WZC’s hanteren evenmin een uniform, transparant en gedetailleerd boekhoudsysteem.
Ook dat bemoeilijkt de onderlinge vergelijking.
'VZW’s hebben principieel ‘geen winstoogmerk’, maar in de sector van de residentiële ouderenzorg is dat principe vervaagd', weet Clara Van den Broeck, stafmedewerker financieel-economische thema’s ouderenzorg bij Zorgnet-Icuro. 'Heel wat commerciële voorzieningen hebben een VZW voor de uitbating van het WZC, terwijl het gebouw ondergebracht is in een vastgoedvennootschap die eventueel zelfs beursgenoteerd is. De vastgoedvennootschap rekent huur door aan de VZW-exploitant die geen winst maakt, maar via de huur wel betaalt voor de winstmarges van de achterliggende structuur.' Die huur valt onder de dagprijs waaruit onder andere ook de middelen komen die de structurele onderfinanciering van het zorgpersoneel moeten verhelpen.
Het blijkt dat WZC’s er vooral belang bij hebben bewoners te huisvesten met een hoge zorgafhankelijkheid, tenminste als zij kunnen worden opgenomen in een als RVT (Rust- en Verzorgingstehuis) erkende woongelegenheid, vanwege de hogere personeelsnorm en -subsidiëring. De commerciële rusthuizen kampen evenwel met het historisch gegroeid gegeven van een lagere RVT-dekking.
Voor Véronique De Schaepmeester, gedelegeerd bestuurder van VLOZO, de koepel van de for-profit instellingen, is het onderscheid ROB-RVT voor personen met dezelfde zware zorgafhankelijkheid achterhaald en problematisch. 'Met de invoering van het persoonsvolgend budget zal daar een einde aan komen, maar dat systeem is ten vroegste in 2022 helemaal operationeel.
In de private sector zijn veel nieuwe voorzieningen met een lage RVT-dekking.
Dat kan een eventuele factor zijn die leidt tot hogere dagprijzen.'
Johan Crijns, ceo van Anima Care, een middelgrote commerciële speler in de sector, legt uit hoe zijn organisatie omgaat met de structurele onderfinanciering van het zorgpersoneel: 'Dat is eenvoudig: we regelen bestaffing in functie van de zorgzwaarte. Er is grosso modo voor 80 procent van de zorgverleners overheidsfinanciering. De meerkost – die erg oploopt als we weinig of zelfs geen RVT-bedden hebben – dragen we met onze winstmarge. Beweren dat we overheidsgeld misbruiken om onze zakken te vullen, is dus je reinste onzin.'
Lees hier gratis een deel van het dossier: http://bit.ly/2Fy83OQ
Abonneer of vraag een proefnummer aan via www.tertio.be
