In zijn postsynodale apostolische exhortatie Querida Amazonia heeft Paus Franciscus geen deuren gesloten voor de priesterwijding van gehuwde mannen. Daarom is verdere reflectie over het verplichte priestercelibaat op zijn plaats, niet alleen in het Amazonegebied, maar wereldwijd, argumenteert Reimund Bieringer, priester en hoogleraar Nieuw Testament (KU Leuven), in Tertio 1.046 van 26/09/’20.
Er zijn recent weer stemmen opgegaan die de (ontologische) onverenigbaarheid van het priesterschap en het huwelijk verdedigen. Dat is nogal verrassend omdat die visie lijnrecht ingaat tegen de leer van Vaticanum II.
In de westerse Latijnse kerk zijn er al lang gehuwde priesters door de uitzonderlijke situatie van gehuwde protestantse dominees en gehuwde anglicaanse priesters die rooms-katholiek worden. Maar wat verwacht de kerk van haar priesters die de gelofte van het celibaat hebben afgelegd?
De traditie en de officiële documenten spreken over de volledige seksuele onthouding van de priester. Nochtans aanvaardt de rooms-katholieke kerk sinds 1965 onder bepaalde voorwaarden dat seksuele betrekkingen binnen het huwelijk geheiligd en sacramenteel zijn. Veel verdedigers van het verplichte priestercelibaat beschouwen ook deze eerzame, waardige, kuise daden als onverenigbaar met het priesterschap.
Tegelijkertijd zijn er leden van de rooms-katholieke hiërarchie die enerzijds het verplichte celibaat verdedigen en priesters die gaan trouwen uit het ambt verwijderen, maar anderzijds de ogen sluiten voor priesters die in een quasi-huwelijksrelatie leven. Zij zijn zelfs bereid om volgens de officiële richtlijnen van de rooms-katholieke kerk priesters die vader zijn geworden, onder bepaalde voorwaarden verder het priesterambt te laten uitoefenen. Zijn die vormen van seksualiteitsbeleving voor de leden van de hiërarchie gemakkelijker verenigbaar met het priesterschap dan de beleving van seksualiteit binnen het huwelijk?
Lees hier het integrale artikel: http://bit.ly/37VTRvF
Abonneer of vraag een proefnummer via www.tertio.be