Ontspanning is een wettelijk basisrecht. Het kunnen genieten van vrije tijd draagt bij aan ons fysieke, mentale en sociale welzijn. Maar voor veel mensen is dat recht allesbehalve vanzelfsprekend. Bijna de helft van de mensen met een beperkt budget heeft wekelijks geen geld voor vrijetijdsactiviteiten; 35 procent kan niet maandelijks iets met vrienden gaan eten of drinken. Armoede vergroot de kans op een sociaal isolement. Met de uitreiking van de Prijs Armoede Uitsluiten op donderdag 9 juni vestigt Welzijnszorg de aandacht op dat probleem.
“Kwetsbare Vlamingen hebben dezelfde verlangens en ambities als iedereen. Ook zij hebben nood aan ontspanning en vrije tijd. Alleen hebben ze niet het geld om dat te betalen”, stelt sociaal wetenschapper Wim Van Lancker (KULeuven). “Dat leidt tot uitsluiting en sociale isolatie, en geeft kinderen het gevoel dat ze er niet bij horen. Daarom is het zo belangrijk die sociale kloof aan te pakken. Kunnen deelnemen aan vrije tijd en cultuur vergroot de kansen van mensen en biedt kinderen een cruciaal toekomstperspectief.”
Zeventien basisvoorwaarden
Wil een kind of jongere zich goed kunnen ontwikkelen, dan zijn er bepaalde basisvoorwaarden nodig. De Europese indicator voor kinderarmoede vertrekt van zeventien basisvoorwaarden die voor elk kind in Europa cruciaal zijn. Daartoe behoren vragen als: “Eet het kind elke dag groenten en fruit? Nodigt het soms vrienden uit? Kan het kind deelnemen aan uitstapjes en feesten op school? Leeft het kind in een behoorlijk verwarmde woning? Heeft het thuis boeken, spelletjes, toegang tot internet?” Een kind leeft gedepriveerd als de ouders zich minstens drie van de zeventien items niet kunnen veroorloven. Hoe hoger dat aantal, hoe groter de deprivatie. “Bijna de helft van die items verwijst rechtstreeks of onrechtstreeks naar de vrije tijd”, constateert Welzijnszorg. Het gevolg van deprivatie is dat mensen in armoede het gevoel hebben dat ze zijn afgesloten van de samenleving, bijvoorbeeld doordat ze dingen moeten missen, er niet bij horen of niet goed geïnformeerd zijn.
Minderwaardigheidsgevoelens
Nochtans leeft het idee dat vrije tijd iets is dat je moet verdienen. Bij mensen in armoede zorgt dat voor minderwaardigheidsgevoelens. “Vaak vinden mensen met armoede-ervaring dat ze het niet waard zijn om leuke dingen te krijgen of te beleven. Ze vinden dat ze er geen recht op hebben of zoeken naar het nut van dingen”, weet Welzijnszorg. Dat mensen met een beperkt budget geregeld te horen krijgen dat ze zelf schuldig zijn aan hun situatie, helpt alvast niet mee. Canadees psycholoog Lee Ross wijt het aan de fundamentele attributiefout: succesvolle mensen zijn geneigd hun welslagen toe te schrijven aan persoonlijke factoren, zoals karakter of inspanningen. Vanuit dat perspectief wordt iemand die het minder gunstig getroffen heeft, gemakkelijk gezien als iemand die onvoldoende zijn best doet. De invloed van externe en structurele factoren op een mensenleven wordt vaak onderschat.
Klik hier om het integrale artikel te lezen: https://shrtm.nu/YgKE