B-cyclus tweeëndertigste zondag door het jaar | Kerknet
Overslaan en naar de inhoud gaan

Recent bezocht

Bekijk je recent bezochte microsites, auteurs en thema's
kerknet
  • Hulp
  • Startpagina portaal
  • Mijn parochie
  • Aanmelden of registreren
Menu
  • Startpagina
  • Kerk
  • Nieuws
  • Vieringen
  • Shop
  • Zoeken
Biblia

Biblia

  • Startpagina
  • Contacten
  • Zoeken
  • Meer
    • Zoeken
    • BIBLIA, een gloednieuw Bijbels belevingsmuseum in Brugge Vorming en liturgie
      Godly PlayBijbel van A tot ZLectionarium voor de zon- en feestdagenPublicaties
      Biblia, tijdschrift voor Bijbel en Liturgie Over ons
      De Bijbeldienst als vormingsdienstActiviteitenkalenderElektronische nieuwsbriefBlog
Tijd door het jaar_herfst © Pexels_via_Pixabay

B-cyclus tweeëndertigste zondag door het jaar

icon-icon-inspiratie
Gepubliceerd op woensdag 22 december 2021 - 9:21
Afdrukken
Geschreven lezingen uit het lectionarium en ingesproken lezingen uit de NBV voor de 32ste zondag door het jaar (B-cyclus) met bijhorende commentaar

EERSTE LEZING

TWEEDE LEZING

EVANGELIE

INGESPROKEN LEZINGEN

COMMENTAAR

 

1 KONINGEN 17,10-16

Eerste lezing uit het eerste boek Koningen

In die dagen stond de profeet Elia op

en vertrok naar Sárefat.

Toen hij bij de stadspoort kwam

was daar een weduwe hout aan het sprokkelen.

Hij riep tot haar:

'Wees zo goed en haal voor mij in uw kruik een beetje water;

ik zou graag wat drinken.'

Toen zij het ging halen riep hij haar na:

Wees zo goed en breng ook een stuk brood mee.'

Zij antwoordde:

'Zowaar de HEER uw GOD leeft, ik heb geen brood meer;

alleen nog maar een handvol meel in de pot

en een beetje olie in de kruik.

Ik sprokkel nu wat hout en ga dadelijk naar huis

om voor mij en mijn zoon voor het laatst eten klaar te maken;

daarna wacht ons de dood.'

Elia antwoordde: 'Vrees niet,

ga naar huis en doe wat u van plan bent

maar maak van het meel en de olie

eerst een broodje voor mij en breng mij dat;

voor uzelf en uw zoon kunt u daarna zorgen.

Want zo zegt de HEER, de GOD van Israël:

De pot met meel raakt niet leeg en de kruik met olie niet uitgeput

totdat de HEER het weer laat regenen.'

Toen ging zij heen en deed wat Elia gezegd had

en dag aan dag hadden zij te eten, zij en haar gezin.

De pot met meel raakte niet leeg en de kruik met olie niet uitgeput

naar het woord dat de HEER gesproken had door Elia.

 

HEBREEËN 9,24-28

Tweede lezing uit de brief aan de Hebreeën

Broeders en zusters,

Christus is niet het heiligdom binnengegaan, dat

– door mensenhanden gemaakt –

slechts een symbool is van het waarachtige heiligdom;

Hij is de hemel zelf binnengegaan om er nu

voor onze zaak bij GOD present te zijn.

Ook hoeft Hij zich daar niet telkens opnieuw te offeren,

terwijl de hogepriester, jaar in jaar uit

het allerheiligste binnengaat, met bloed dat niet het zijne is.

Anders had Christus meerdere malen moeten lijden,

vanaf het begin van de wereld;

maar in feite is Hij slechts éénmaal verschenen,

op het hoogtepunt van de geschiedenis,

om door zijn offer de zonden te delgen.

Het is het lot van de mens éénmaal te sterven

en daarna komt het oordeel;

zo is ook Christus éénmaal geofferd

omdat Hij de zonden van allen op zich had genomen;

als Hij een tweede maal verschijnt zal het zijn

los van de zonde,

om heil te brengen aan allen die naar Hem uitzien.

 

MARCUS 12,38-44

Uit het heilig evangelie van onze HEER Jezus Christus volgens Marcus

In die tijd gaf Jezus bij zijn onderricht ook deze waarschuwing:

'Wacht u voor de schriftgeleerden,

die graag in lange gewaden rondlopen,

die zich laten groeten op de markt,

belust zijn op de voornaamste zetels in de synagogen

en op de ereplaatsen bij de maaltijden,

maar die de huizen der weduwen opslokken,

terwijl ze voor de schijn lange gebeden verrichten;

over deze mensen zal een strenger vonnis worden uitgesproken.'

Hij ging tegenover de offerkist zitten

en keek toe, hoe het volk koperstukken daarin wierp

terwijl menige rijke er veel in liet vallen.

Er kwam ook een arme weduwe

die er twee penningen, ter waarde van een cent, in wierp.

Hij riep nu zijn leerlingen bij zich en sprak:

'Voorwaar, Ik zeg u:

Die arme weduwe heeft het meest geofferd

van allen die iets in de offerkist wierpen;

allen wierpen ze er iets in van hun overvloed

maar zij offerde van haar armoe al wat ze bezat,

alles waar ze van leven moest.'

 

INGESPROKEN LEZINGEN

(Uit de Nieuwe Bijbelvertaling)

Voor het correct weergeven van deze inhoud dien je (sociale) content cookies te aanvaarden.

 

 

COMMENTAAR BIJ DE LEZINGEN

Jean Bastiaens

Deze wereld omgekeerd

Sociale ongelijkheid is van alle tijden. Dat heeft te maken met financiële middelen, met het milieu waarin je opgroeit, met de kansen die je krijgt of die je onthouden worden. Zelfs in ons rijke landje is er sociale ongelijkheid: mensen zonder opleiding of zonder einddiploma hebben het vaak moeilijk om deel te krijgen aan de welvaart die zo overvloedig ligt uitgestald in onze straten. En vreemdelingen staan soms letterlijk in de kou. In de Bijbel staan ‘de weduwen en wezen’ voor de kwetsbare groepen die gemakkelijk in armoede terecht kunnen komen. Zij waren afhankelijk van het sociaal vangnet van de grootfamilie, maar dat liep niet altijd goed uit. Ook in Israël was er, tot schande van het volk van GOD, armoede onder de mensen.

In de tijd dat Elia leefde (9e eeuw v. Chr.), teisterde een hongersnood het land. In zulke omstandigheden is het dikwijls ieder voor zich. Mensen willen overleven, en doen daarvoor soms dingen die ze in gewone omstandigheden nooit zouden doen. Daarom zijn we zo verwonderd wanneer we geconfronteerd worden met het verhaal over de ontmoeting tussen Elia en de weduwe. Want noch Elia, noch de weduwe handelen zoals we het zouden verwachten. Elia merkt de weduwe op terwijl ze hout aan het sprokkelen is om een kookvuurtje te kunnen maken. Hij roept haar bij zich, doet zonder omhaal van woorden een beroep op haar goedheid en vraagt om een kruik water. En als ze al onderweg is, roept hij haar achterna om een stuk brood. Je moet maar lef hebben! Deze vraag doet de weduwe haar nood bij Elia klagen: ‘Zowaar de HEER uw (!) GOD leeft, het laatste eten dat mij rest is voor mijn zoon en mijzelf, en daarna wacht ons de dood.’

Het hoge woord is gevallen: ‘de dood’. Heel het land is in de ban van de dood. En heel het volk verwacht het heil van de riten ter ere van de afgod Baäl, die voor de noodzakelijke regen en voor de vruchtbaarheid van het land moet zorgen. Er is een massale afval van de toewijding aan de GOD van Israël, de GOD van Elia. Zijn ze dan vergeten dat alles in zijn hand ligt? Beseffen ze dan niet dat het deelnemen aan al die rituelen blijk geeft van ongeloof, ja wantrouwen tegenover de GOD die Schepper is van hemel en aarde?

Elia laat de weduwe verstaan van wie ze haar heil moet verwachten in deze noodsituatie: ‘Zo zegt de HEER, de GOD van Israël: uw pot met meel raakt niet leeg totdat de HEER het weer laat regenen.’ En de weduwe vertrouwt op het woord van Elia, en gaat heen om voor hem een brood te bakken. Als we de situatie van de weduwe en haar zoon ernstig nemen, zien we dat de tekst balanceert op het scherp van de snee.

Ook Jezus ontmoet een weduwe. We zijn vele eeuwen later, maar er is nog niet veel verbetering gekomen in het lot van de weduwen. Armoede is vaak een vicieuze cirkel. Wie arm is, verarmt steeds meer, door een oplopende rekening van allerhande schulden. Ze raken steeds meer kwijt. Soms moeten ze hun eigen huis verlaten, omdat ze de huur of de kosten niet meer kunnen opbrengen. En het zijn de mensen die reeds in goede doen zijn, die profiteren van de armen. Dubbele schande! Nog erger wordt het, wanneer deze mensen zich voordoen als wachters van de Tora, de door GOD geschonken leidraad ten leven, niet ten dode. Het woord van Jezus klinkt ongemeen hard: ‘Wacht u voor de Schriftgeleerden, die overal eer oogsten, maar de huizen van de weduwen opslokken.’ (Vergelijk Jesaja 1,17.23 in combinatie met Jesaja 5,8) Sociale ongelijkheid die in de hand gewerkt wordt door religieuze leiders en hun instituties – kan het ongerijmder?

Jezus bevindt zich in de tempel. Er is veel volk dat binnen en buiten wandelt. De rijken lopen in het zicht. Ze hebben het goed met elkaar. En ze zijn vrijgevig, zeker op die plek daar! Voor de ogen van een groot publiek deponeren ze hun bijdragen voor de tempel in de offerkisten die in de buurt van de vrouwenhof staan opgesteld. Ook een weduwe doet haar duit in het zakje: het stelt niet veel voor, maar het is haar laatste leeftocht. Jezus is gechoqueerd door het contrast! Rijken delen milde gaven uit, en strooien tegelijk openlijk met hun bijbedoelingen. Ze geven om er zelf beter van te worden. De weduwe geeft eigenlijk niet zozeer geld, ze geeft zichzelf – in het vertrouwen dat GOD het voor haar zal opnemen en haar niet de dood, maar het leven zal schenken.

Deze choquerende teksten zijn niet bedoeld voor een ‘mooie liturgie’. Kunnen we ze aan?

Printvriendelijke versie van de lezingen en het commentaar

← VORIGE ZONDAG NAAR OVERZICHT B-CYCLUS VOLGENDE ZONDAG →

Gepubliceerd door

Biblia

Meer

Liturgie en Catechese
Inspiratie
lectionarium
zondagslezingen
zondag door het jaar
32ste
B-cyclus
NBV

Deel dit artikel

Deel op Facebook
Deel op Twitter
Deel via e-mail

Lees meer

Lectionarium voor de zondagen © Pixabay
readmore

A-cyclus

icon-icon-artikel
Lectionarium voor de zondagen © Pixabay
readmore

B-cyclus

icon-icon-artikel
Lectionarium voor de zondagen © Pixabay
readmore

C-cyclus

icon-icon-artikel

Recent bezocht

Bekijk je recent bezochte microsites, auteurs en thema's
© 2023 Kerk en Media vzw
Vacatures
Contact
Voorwaarden
YouTube
Twitter
Facebook