Gebedsintentie voor de maand april 2022
Universele gebedsintentie – de fundamentele rechten
We bidden voor hen die hun leven riskeren terwijl ze vechten voor fundamentele rechten onder dictaturen, autoritaire regimes en zelfs in democratieën in crisis.
Overweging
De Paus denkt hier wellicht met affectie terug aan zijn bezoek aan Myanmar in 2017. Een land verscheurd door 135 etnische groepen en religieuze minderheden. Elk vechtend om erkenning. Hier en daar ook met wapens. Myanmar is niet in vrede. Niet velen treurden er recent om het lot van de Rohingya.
In 1950 werden militairen ingehaald als helden die hardhandig orde brachten terwijl politieke leiders uitzichtloos bleven kibbelen. De dominante groep, de Bamar, steunen nu nog grotendeels het Burmese leger (de Tatmadaw) en geloven in een éénpartijstelsel zoals dat geldt in hun buurlanden: Cambodja, China, Laos, Thailand en Vietnam.
Vanaf 2010 begon een dooi met de verkiezing van een burgerregering in 2015. Iedereen ging ervan uit dat Myanmar nooit meer terug kon naar de donkere dagen. Militaire dictaturen zijn echter hardnekkige blijvers. Je krijgt die niet zomaar weg. 1 februari 2021 sloegen ze toe.
Jonge burgers voeren nu protest met creatieve humor. Zij nemen grote risico’s. Zelfs super-verspreidermanifestaties achten ze in Coronatijden het mindere kwaad.
Wij kijken meestal onmachtig aan tegen een vloed van onderdrukking en geweld overal en de ondoorzichtige samenloop van omstandigheden die dat allemaal veroorzaken. En het zijn altijd de zwaksten die de hoogste prijs betalen.
Wij kunnen onze verontwaardiging uitschreeuwen en ijveren voor vrede en verzoening.
“Wil je vrede, werk voor rechtvaardigheid”, zei paus Paulus VI (1 januari 1971)
Wij kunnen tezelfdertijd bidden met deze paus dat God ons stenen hart wegneemt.