Het loont de moeite om enkele van die draden voor te stellen.
Eerst en vooral iets over de naam 'Lichtmis'
Misschien hoort daar voor velen eigenlijk ook Maria bij: ‘Maria-Lichtmis’. Die benaming geeft de indruk dat het om een Mariafeest zou gaan, net zoals bijvoorbeeld de Tenhemelopneming van Maria (15 augustus) of het feest van de Moeder Gods (1 januari). Hoewel dat niet helemaal fout is, is het toch wat misleidend. Want ‘Maria-Lichtmis’ heet in feite het feest van de ‘Opdracht van de Heer’ – waarover hieronder meer.
Het feest heeft in zoverre met Maria te maken, dat het in oude bronnen soms het feest van de purificatio genoemd werd, letterlijk de ‘zuivering’ van Maria. Dat heeft te maken met de reinheidsvoorschriften van de joodse wet, die inhield (cf. Leviticus 12) dat een vrouw die een mannelijk kind had gebaard, voor een periode van veertig dagen na de geboorte onrein was. 2 februari valt inderdaad precies veertig dagen na Kerstmis (en daarom wordt Lichtmis soms ook beschouwd als de definitieve afronding van de kerstperiode).
‘Opdracht’ van de Heer heeft trouwens niets te maken met een taak voor Jezus of zo, maar met het evenzeer joodse gebruik om een oudste zoon op een speciale manier aan God ‘toe te wijden’. Maria en Jozef waren wetsgetrouwe joden, die hun eerste kind inderdaad wilden toewijden aan God. En of Christus een God-toegewijd leven heeft geleid! Heel zijn bestaan was doordrongen van een liefde voor God die zijn gelijke niet gekend heeft, en waarvan wij nog altijd de heilzame effecten kunnen ervaren.
Ontmoeting
Nu goed, Lichtmis is vooral het feest waarop de ontmoeting met Simeon centraal staat. In het oosterse christendom is het feest zelfs onder die naam bekend: hupapantè, wat ‘ontmoeting’ betekent. In het evangelie van Lucas gaat het verhaal van de ‘opdracht’ van Jezus immers als volgt. In de tempel komen Maria en Jozef een grijsaard tegen, aan wie de Heilige Geest verzekerd had dat hij niet zou sterven vooraleer hij de Messias gezien zou hebben. Die grijsaard heette Simeon. Welnu, op het moment dat Maria en Jozef met hun zuigeling de tempel betreden, valt alles voor deze Simeon in zijn plooi. Dat kind is niemand minder de langverwachte Messias, er is geen twijfel mogelijk!
Simeon neemt Jezus in zijn armen – een vertederende scène, die veel schilders, om bijvoorbeeld Rembrandt niet te noemen, tot groot vakmanschap heeft geïnspireerd – en spreekt vervolgens de enigmatische woorden:
Uw dienaar laat gij, Heer, nu naar uw woord in vrede gaan: mijn ogen hebben thans uw Heil aanschouwd, dat Gij voor alle volken hebt bereid; een licht dat voor de heidenen straalt, een glorie voor uw volk Israël. (Lc 2, 29-32)
Bij die woorden moeten we even van naderbij stilstaan. Het is in de traditie van de Kerk namelijk de ‘evangelische lofzang’ geworden van de completen. Dat betekent dat het een vast onderdeel geworden is van het laatste getijde van elk etmaal, de completen, ofwel het gebedsuur vóór het slapengaan. Met andere woorden, al wie het getijdengebed bidt, spreekt elke avond de lofzang van Simeon uit. Op die manier sluit men zich aan bij het formidabele godsvertrouwen dat uit het geloofsgetuigenis spreekt van deze verder onbekende bejaarde man uit de Schrift.
Deze sprekende samenhang werpt ook een licht op Lichtmis. Niet alleen is het verhaal van de ontmoeting met Simeon uiteraard de evangelielezing op deze dag, het nodigt ons ook uit om ons in alle eenvoud het even onverwoestbaar als teder geloof van de oude man eigen te maken. Op Kerstmis kunnen we ons aansluiten bij de herders, op Driekoningen bij de wijzen, en op Lichtmis bij Simeon. Telkens gaat het om een ander perspectief om het formidabele heilsfeit van Gods menswording in Jezus te contempleren.
Nog een ander facet van de woorden van Simeon vergt onze aandacht: in de baby Jezus ziet hij met zijn oude ogen – maar niettemin in alle scherpte – het ‘heil’ van Godswege, een ware ‘glorie voor het volk Israël’, én: een ‘licht dat voor de heidenen straalt’. Dat en geen ander is het ‘licht’ van Licht-mis! In de Latijnse vertaling van de Schrift (de Vulgaat), die eeuwenlang de geloofsvertolking in theologie en spiritualiteit bepaalde, stond er: lumen ad revelationem gentium, letterlijk het licht ter openbaring van de volkeren. Punt is: we lezen de passage vandaag de dag eerder literair en beeldrijk, terwijl er heel lang in feite een zwaar theologisch concept aan ten grondslag lag. Maar de essentie is dezelfde: het komt erop aan om in Jezus bovenal licht en bevrijding te zien, wie je ook bent, vanwaar je ook komt, en om het even welke achtergrond je hebt.
Traditie
De geschiedenis van het feest van Lichtmis kent een traditie van een processie met kaarsen, evenals een wijding van kaarsen. Het woord voor het feest in andere talen herinnert trouwens specifiek aan dat gebruik: Chandeleur (Frans) en Candlemass (Engels), met op de achtergrond natuurlijk het Latijnse woord voor kaars, candela.
Het gebed dat de liturgie voorschrijft bij de kaarsprocessie op Lichtmis is van een ongekende luciditeit:
God, Gij zijt het ware licht,
Gij zijt de bron van alles wat licht en warmte geeft.
Verlicht het hart van uw gelovigen.
Laat allen die hier zijn samengekomen
en de weerglans dragen van het licht,
waarmee Gij hen omgeeft,
tot de volle luister komen van uw heerlijkheid.
Door Christus onze Heer.
Amen.
Prof. dr. Joris Geldhof