‘Jullie zullen mijn getuigen zijn’
Deze zin staat te lezen in de Handelingen van de apostelen (1,8), waarin Jezus voor de laatste keer samenkomt met zijn leerlingen: een belangrijk moment! De leerlingen krijgen immers de opdracht om getuigen te zijn van Jezus' leven, om te vertellen wat ze hebben gezien en gehoord.
Da's zeker geen evidente opdracht in de tijd waarin de apostelen leefden. De figuur van Jezus riep voor vele mensen vraagtekens op en zorgde voor ophef en soms zelf voor vervolging. Waarom geeft Jezus hen dan deze moeilijke en gevaarlijke taak? Worden de apostelen dan aan hun lot overgelaten?
Jezus wil dat zijn leerlingen de Blijde Boodschap te verspreiden, niet alleen dicht bij huis maar tot aan de uiteinden van de aarde. Hij beseft maar al te goed dat de apostelen hiermee een grote uitdaging aangaan. Daarom laat Hij hen niet alleen. Door de kracht van de Heilige Geest zullen de leerlingen gesterkt worden en moed krijgen hun nieuwe taak te vervullen.
Wanneer we ervoor kiezen om ons vormsel te doen, willen we ‘ja’ zeggen op de uitnodiging van Jezus om hem te volgen en getuige te zijn van Zijn leven. Door het doopsel zijn we namelijk allemaal geroepen om te getuigen, en krijgen we dus dezelfde opdracht als de leerlingen van Jezus. Tijdens het vormsel mogen we de kracht van de Heilige Geest ontvangen om de taak die Jezus ons heeft toevertrouwd uit te voeren.
Getuige zijn heeft bovendien betrekking op je gehele persoon, je kan het niet enkel zijn wanneer je er zin in hebt of wanneer het in je voordeel werkt. Want wanneer je echt vervuld bent van de boodschap van het Evangelie en het verhaal van Jezus Christus je hart heeft weten raken, kan je niet anders dan te getuigen van Zijn leven en werken.
Het is dus een uitdaging voor alle christenen! Ben jij klaar om getuige te zijn?