Vier ankerpunten in de liturgie van Goede Vrijdag | Kerknet
Overslaan en naar de inhoud gaan

Recent bezocht

Bekijk je recent bezochte microsites, auteurs en thema's
kerknet
  • Hulp
  • Startpagina portaal
  • Mijn parochie
  • Aanmelden of registreren
Menu
  • Startpagina
  • Kerk
  • Vieringen
  • Shop
  • Zoeken
Interdiocesane Commissie voor Liturgie

Interdiocesane Commissie voor Liturgie

  • Startpagina
  • Contacten
  • Zoeken
  • Meer
    • Zoeken
    • Over de ICL Liturgische kalender Liturgische catechese Liturgische zang en muziek
      De eucharistie zingenLiedsuggesties Zingt JubilateAntwoordpsalmen voor de zondagsliturgie
      Aanvullingen missaal en getijdenboek Bijzondere vieringen Uitgaven van de ICL Liturgische suggesties Documenten Bisschoppenconferentie Nuttige links
Doorheen het lijden van het kruis straalt al het licht van Pasen

Vier ankerpunten in de liturgie van Goede Vrijdag

icon-icon-artikel
Gepubliceerd op vrijdag 10 april 2020 - 10:50
Afdrukken
Zoals Witte Donderdag geen echt einde kent, zo heeft de liturgie van Goede Vrijdag een open begin: de dienst begint met een tijd van absolute stilte.

De liturgie van Goede Vrijdag is een rouwdienst in de specifiek christelijke zin van het woord. Dat betekent dat men enerzijds het lijden en de dood ernstig neemt, het nergens probeert weg te stoppen, maar dat men anderzijds de kruisdood herdenkt in het perspectief van de verrijzenis. Dit komt in de viering op verschillende momenten tot uiting, door een hoopvolle toon, door de verering van het kruis en de communie.

Het is de herdenking van de dood die ‘overwinning op de dood’ is geworden; het is een viering rond het kruis dat teken is van heil en opstanding.

Geen eucharistie

De liturgie van Goede Vrijdag heeft een bijzonder karakter. Er is geen eucharistie. De structuur van de viering is uniek in het kerkelijk jaar. Ze bestaat uit vier delen, waarvan de onderlinge samenhang op het eerste gezicht niet duidelijk blijkt: een woorddienst, de grote voorbede, de kruisverering en de communie.

De woorddienst

Na de stilte waarmee de viering begint en het openingsgebed volgen drie Schriftlezingen. De eerste twee zijn telkens een portret van Jezus, die Hem beschrijven als één van ons, één van de duizenden lijdenden; de laatste is een verhaal over de feiten, maar gekleurd door reflectie en meditatie.

  1. Jesaja 52, 13-53, 12 is één van de liederen van de lijdende dienaar. Hoofdthema is de werkelijkheid van het plaatsvervangende lijden: “Toch waren het onze pijnen die Hij droeg en onze smarten die Hij op zich nam.” Bijna lijkt het er op dat er meer over ons dan over Hem gesproken wordt. Een ander thema in deze lezing grijpt al vooruit naar het evangelie, namelijk de idee dat het sterven van de dienaar niet uitzichtloos is: dit lijden leidt tot verheerlijking en opstanding.
  2. Hebreeën 4, 14-16; 5, 7-9 tekent eenzelfde portret in een andere stijl: hier wordt de taal en de woordenschat van het priesterschap gebruikt. Opmerkelijk is de onderlijning van de echte menselijkheid van Jezus. Het gaat om het portret van een mens, hoewel hij Gods Zoon was. Omdat hij “iemand naast ons “is, “een mens zoals wij, beproefd zoals wij”, kan Hij ons begrijpen.
  3. Johannes 18, 1 - 19, 42 boort meerdere grondthema’s aan:
    de vrijwilligheid van Jezus’ lijden; 
    zijn groeiende vereenzaming; 
    de ‘omgekeerde’ wereld: de veroordeelde is Koning, de landvorst is slaaf,  de doornenkroon wordt een erekroon, het kruis een troon van heerlijkheid, de vervulling van de Schrift is uitdrukking van Jezus’ gehoorzaamheid.

De grote voorbede

De kruisdood brengt heil voor de hele wereld. Vandaar de universaliteit van de grote gebeden op Goede Vrijdag.

Het kruis is niet alleen ‘Jezus sterft voor mij’, maar veel meer: ‘Jezus sterft voor de hele wereld’, ook voor hen die Hem niet kennen of miskennen.

Er wordt gebeden voor alle noden van de wereld en de Kerk: voor de Kerk, de paus, de ambtsdragers en gelovigen, de doopleerlingen, de eenheid van de christenen, het joodse volk, de niet-christenen, de wereldlijke gezagsdragers, alle noodlijdenden.

De kruishulde

Nu worden de gelovigen uitgenodigd om het kruis persoonlijk te komen aanbidden. Daarmee beamen zij het geloof dat ontstaat door de verkondiging van het lijden en de dood van Christus.

Een dergelijke kruishulde kan uitgroeien tot een ingrijpende geloofsbelijdenis, juist omdat ze zo sterk zintuiglijk is: het tonen van het kruisbeeld, het deemoedig naderen tot het kruis, het buigen en het kussen van het beeld.

Jongerenwake op Goede Vrijdag, Sint-Quintinuskathedraal Hasselt

De communieritus

Na de kruishulde wordt het geconsacreerde brood gehaald, dat op de avond van Witte Donderdag op het rustaltaar aanbeden werd. De communie volgt, opnieuw wordt het zeer stil, waarna het slotgebed en de wegzending de viering afronden.

(Gebaseerd op een commentaar van kardinaal Godfried Danneels op de liturgie van de Goede Week)

Berswordt altaar, 1400–35 © Metropolitan Museum

Gepubliceerd door

Interdiocesane Commissie voor Liturgie

Meer

Artikel

Deel dit artikel

Deel op Facebook
Deel op Twitter
Deel via e-mail

Lees meer

Holy Saturday © Roxolana Luczakowsky
readmore

Stille Zaterdag ... verstillen en wachten

icon-icon-artikel
Paasvuur © Catho Bordeaux
readmore

De paaswake, een doortocht

icon-icon-artikel
'Ik ben gekomen om te dienen.'
readmore

Twee sleutelwoorden voor de viering van Witte Donderdag

icon-icon-artikel

Recent bezocht

Bekijk je recent bezochte microsites, auteurs en thema's
© 2025 Kerk en Media vzw
Vacatures
Contact
Voorwaarden
YouTube
Twitter
Facebook