TERUGBLIK OP DE GOEDE WEEK
Van Hosanna naar Alleluia
Palmzondag: Na de mooie viering hebben de gelovigen thuis het gewijd takje en de veelzeggende tekst: ‘Heer zegen dit huis en die er wonen’ – die ze ontvingen in de kerk – een fijn plaatsje gegeven.
Witte Donderdag: Net zoals bij elke maaltijd de tafel wordt gedekt, werd bij het begin van de viering het altaar klaar gemaakt om na de feestelijke eucharistie te worden afgeruimd. Tijdens het Gloria gaven de misdienaars en Pierre V.K. het beste van zichzelf om op volle kracht alle bellen en de klok te laten weerklinken. De beiaard in de toren werd uitgezet want na deze viering brak een tijd van stilte aan en zweeg ook het orgel tot Pasen. Het Laatste Avondmaal werd herdacht – met de voetwassing als beeld van nederigheid en dienstbaarheid – en de instelling door Jezus van de eucharistie en het priesterschap. Jezus sprak immers toen de woorden uit die in elke eucharistieviering terug keren. Wat de apostelen niet begrepen, legde de voorganger aan ons uit. Tot slot plaatste de pastoor de monstrans op het muuraltaar in het koor. Het allerheiligst sacrament werd enige tijd uitgesteld en zo bleven we nog even in de kerk om – net als op de Olijfberg – met Jezus te bidden en te waken. De aanbidding werd beëindigd door de zegen met het Allerheiligste. Ondanks het feit dat wij de droeve gebeurtenissen na afloop van het avondmaal kennen, was de viering vreugdevol en vond ze plaats in feestelijk witte gewaden.
Goede Vrijdag: Elk van ons werd uitgenodigd om de weg van het kruis te gaan. Daarmee werd om 15 uur aangesloten bij een lange traditie van mensen, die hun hoop en teleurstelling, hun lief en leed in onze kerk uitspraken voor een God die van ons zegt ‘dat wij kostbaar zijn in Zijn ogen’. De pastoor ging de kruisweg voor en de aanwezigen hielden halt bij elke schilderij van Achiel Moortgat die de weg van het kruis uitbeelden. Iedereen kon de tekst van de Vlaamse pastor Filip Zutterman volgen in een mooi bundeltje met een eigentijdse uitbeelding van de kruisweg door de Duitse priester-kunstenaar Sieger-Köder. Het werd alweer een deugddoende beleving. Uit respect voor de dood van Jezus was en is er nooit een eucharistieviering op Goede Vrijdag.
Over Stille Zaterdag naar Pasen: Op het hoogfeest van Pasen (9 april) gingen de rituelen van Stille Zaterdag de feestelijke eucharistieviering vooraf. Voor de ingang van de kerk werd het vuur gezegend en de paaskaars. De pastoor werd geassisteerd door de ons welbekende Fr Francis die later de eucharistie zou concelebreren. Een deugddoende lentezon was van de partij en de gelovigen ontvingen het licht van de paaskaars om in processie in de kerk een plaatsje te nemen. En toen kwam er volop licht en werd ook het wij- en doopwater gewijd. De klok en de bellen gingen opnieuw luiden en klinken en het orgel klonk fortissimo. De muziek en de gezangen waren tot op de dijk te horen, er was vreugde alom – paasvreugde: Christus is verrezen, alleluia!
Na de viering werden – zoals steeds – de aanwezigen buiten begroet door de pastoor en de misdienaars schonken groot en klein een paasei met een ‘Zalig Paasfeest’. Op hun beurt werden onze misdienaars en ook de koorleden met heerlijke chocolade en fijne wensen bedacht.
Ook met Pasen zeggen foto’s meer dan woorden.
Wat weten wij over Pontius Pilatus?
Een vraag die mij van kindsbeen af geboeid heeft. Dat Pontius Pilatus in de kruisiging van Christus een grote rol heeft gespeeld hebben we in het lijdensverhaal meerdere malen gehoord. Volgens Joodse en christelijke geschiedschrijvers weten we feitelijk niet heel veel over deze Romein en zijn er allerlei mythes gevormd over deze historische figuur. Hij moet zeker afstammen uit de ridderstand, anders was hij in het jaar 26 nooit stadhouder van Judea geweest. Hij was volgens meerdere geschiedschrijvers als stadhouder een corrupte heerser die de bevolking provoceerde en uitbuitte. Het waren vooral de Joden die zijn doelwit waren. Pilatus was intolerant jegens de Joodse godsdienst zo had hij bijvoorbeeld in Jeruzalem beelden laten plaatsen van de Romeinse keizer, goed wetende dat Joden tegen het afbeelden van personen waren. Ook legde Pilatus een watervoorziening aan met het geld uit de tempelkas van de Joden. Demonstraties hiertegen drukte hij de kop in door een bloedbad aan te richten. Toen Jezus bij Pontius Pilatus werd voorgeleid wilde hij rust en orde bewaren in zijn rijk en besloot hij de ‘onruststoker’ niet zomaar vrij te laten. Maar hij kon geen bewijs vinden waarom Jezus de doodstraf zou verdienen en daarom liet hij de keuze aan het volk: een moordenaar Barabas vrij laten of Jezus. Hoe het verder verliep is geschiedenis en toch al luisterde hij naar de wil van het volk, tijdens de kruisiging toonde hij wel een weerwil. Het schijnt dat Pilatus bovenaan het kruis de tekst had laten hangen: ‘Koning der Joden’. Het volk vroeg die tekst te veranderen doch de stadhouder weigerde: “Wat ik geschreven heb, heb ik geschreven”. Van hier komt de uitdrukking van het ‘Pontius- Pilatus syndroom’: de weigering van een schrijver om zijn tekst aan te passen. Ook de uitdrukking ‘hij wast zijn handen in onschuld’ hebben we aan Pilatus te danken. Dit was een oud ritueel maar door deze handeling toen hij Jezus overdroeg om Hem te kruisigen – waarmee hij de menigte wou overtuigen dat hem niets te verwijten viel – werd ook dit tot vandaag toe een algemene uitdrukking.
Wat wij vooral kunnen onthouden van Pontius Pilatus is dat hij in sommige verhalen beschreven werd als een zwak figuur, in andere als een wrede heerser. Wij kennen de Romein van zijn keuzes die hij maakte of juist niet maakte. In ieder geval heeft Pilatus nooit de verantwoordelijkheid genomen voor zijn beslissingen, maar door hem is wel wat voorspeld was in vervulling gegaan.
M.W.