“Oe-ist”-moment met Lut.
-Ik heb het leven lief, de mensen en de dieren, de zeeën en rivieren. Ik heb het leven lief-
Toon Hermans
Op 3 december staat “internationale dag voor de mensen met een beperking” op de scheurkalender. We hebben het soms zo moeilijk met het benoemen over wie het hebben. “Mindervaliden”, “andersvaliden” zijn termen die men volgens “de VRT-taal” liefst niet meer kan gebruiken. Mensen met een handicap zou volgens die taal wel nog kunnen. Die twijfel in het benoemen toont hoe moeilijk sommige mensen het vinden om met mensen met een beperking om te gaan.
Zo niet voor Lut Moerman, of zeg maar “Lutje” of “tante Lut”. Het is dan ook goed om naar haar verhaal te luisteren, vandaar dit interview…
Op de Zandberg is Lut heel goed gekend, in het verenigingsleven, op school en ook in Ubuntu. In de vroegere gemeentelijke school op de zandberg is er de kunstwerkplaats van Ubuntu. De groep Ubuntu zet zich in voor mensen met een mentale beperking. De kunstwerkplaats is er om die mensen de mogelijkheid te geven om zichzelf te ontplooien via kunst. Ze hebben er elk hun plaats om creatief bezig te zijn en ze maken vaak heel mooie resultaten.
Lut: Toen ik in de St. Ritaschool werkte was ik altijd benieuwd wat die mensen daar zoal deden. Soms bezorgde ik er knutselgerief. Met de kleinkinderen ging ik vaak op wandel en toen gingen we kijken naar wat die kunstenaars gemaakt hadden. Het was echt boeiend. Op een keer vroegen ze vanuit het zorgbedrijf of ik wilde meewerken aan een koffietafel op donderdag voor de mensen in de buurt. Het is immers heel belangrijk dat ieder mens geïntegreerd is in de samenleving. Die donderdagnamiddagen werden de “oe ist-momenten”. De kunstenaars, allemaal mensen met een mentale beperking konden erbij zijn van twee tot drie. Voor twee euro konden ze deelnemen aan de ontmoeting met de mensen uit de buurt en kregen ze koffie en taart. Nu is het initiatief opnieuw on hold gezet omwille van Corona, maar het zal wel weer open gaan.
En hoe zijn die ontmoetingen met die kunstenaars voor jou?
Lut: Zalig om bij mensen te kunnen zijn. En ook al hebben ze hun beperking, heeft niet ieder mens een beperking? Niemand is volmaakt. Ik vind het ook belangrijk om ook met die mensen in contact te komen en dat ze mogen weten dat ze meetellen.
Was je altijd al zo begaan met die mensen?
Lut: Ik heb nog goede herinneringen aan onze kinderen die in de scouts zaten en zorg droegen voor een vriend van hen, die had ook een beperking. Het was deugddoend om te zien hoe die erbij mocht horen. Er heeft wel altijd iets in mij gezeten om zorg te dragen voor anderen. En als ik met de kleinkinderen ga kijken naar de kunstenaars geef ik ze ook iets heel belangrijks voor het leven mee: iedereen telt mee en we moeten zorg dragen voor wie het moeilijker heeft.
Kun je enkele deugddoende momenten noemen in die ontmoetingen?
Lut: Mieke is een heel goede vriendin geworden. Ze heeft er nood aan om veel aan mij te vertellen. En dan is er nog iemand die heel graag de tafel helpt dekken, ook al moet ik achteraf alles recht zetten. Het feit dat ze wil helpen is zo lief. En dan zijn er nog die momenten waarin er samen gelachen en gezongen wordt. En als ik dan koffie schonk vroeg ik steeds “hoe is het met je?” Dat deed hen deugd. En gaan kijken naar hun werken en zien hoe blij en trots ze daarbij zijn… Er zijn zoveel mooie momenten.
Weet je wat ik mis? Eens goed knuffelen. Sommige mensen zijn niet zo goed met woorden, maar knuffelen wel eens graag en kunnen zich zo uitdrukken. Die corona maakt dat toch wat moeilijker. En nu is het ook al enkele weken dat contact houden met hen moeilijker is. Ik ga nog wel eens op de binnenkoer voor hun ramen staan en met de handen zwaaien en dan komen ze naar buiten voor een babbel.
Hoe ga je om met uitsluiting?
Lut: Weet je: soms was het zo op een donderdagnamiddag met mensen uit de buurt dat iemand ook wel werd gemeden. Dan ging ik bij die mens of vroeg ik die of die me wou helpen met de afwas, dan hadden we daar een goede babbel met elkaar. En samen zingen en lachen opent zoveel deuren.
Eens was ik zo innerlijk boos toen ik op stap was met iemand en een ander me zei: “Kun je daarmee je pap koelen?”. Wat als je zelf een kind hebt met beperkingen? Of wat als je zelf uitgesloten wordt? We zijn allemaal gewoon mensen en hebben mekaar nodig, wie we ook zijn. Mag ik iets vragen? Zou je onderaan het artikel een stukje van Toon Hermans kunnen plaatsen? Hij zegt het zo eenvoudig en mooi:
Mens: Hij is met niets te vergelijken
De mens is mooi, met al zijn streken.
Ik raak op hem niet uitgekeken.
‘k zou eeuwenlang naar mensen kunnen kijken.
Dank je Lut voor je enthousiasme.