Als je verwijst naar een kerk, dan zoeken mensen nogal vaak referentiepunten. Dat is hier in Harelbeke niet anders. Als het bijvoorbeeld over St.-Jozefkerk gaat, dan wordt die nader omschreven als ‘de kerk op ’t eiland’. Sint-Salvator is ‘de grote kerk’ of ‘die in ’t centrum’. Als het over de Sint-Ritakerk gaat, dan is het vaak minder positief dat ze omschreven wordt: die betonnen kerk, ‘dat lelijk gedrocht’, of ‘die omgekeerde bloempot’.
Nochtans staat de Sint-Ritakerk wereldwijd vermeld in architectuurboeken, te bezoeken plekken, en dergelijke. Heel regelmatig krijgen we bezoek van architectenbureaus wereldwijd die verbaasd staan over de het gebouw en de symboliek die het weergeeft. Ook een gerenommeerde architectenschool uit Slovenië brengt regelmatig een bezoek met de studenten.
Ik moet toegeven, als je langs de buitenkant vluchtig passeert, dan is het niet onmiddellijk een oogverblindend gebouw. Maar doe eens de moeite om te stoppen en binnen te stappen, misschien best op een zonnige dag. En laat vooral het klassieke beeld van een kerk los.
Eens je binnenkomt, wordt je aandacht naar boven getrokken, naar het glazen dak. Je richt je blik op de hemel. Dit komt mede door de wandbekleding, die schuin naar boven trekt. Ook het grote eenvoudige kruis vooraan doet de blik omhoog richten. De duizeligheid waar sommige mensen last van hebben, komt door de tegengestelde helling van vloer en dak. Een gouden tip, is je aandacht richten op het orgel. Dat staat volledig horizontaal en brengt dus evenwicht.
Er worden verschillende beelden gebruikt voor het omschrijven van wat de Sint-Ritakerk moet voorstellen.
Een eerste beeld is een tent, een tempel voor God. Het doet denken aan de tenten waarmee werd rondgetrokken in de woestijn in de oudheid. Een tempel waar ook de ‘ark van het verbond’ bewaard werd.
Een ander beeld is dat de muren de gemeenschap binnen in de kerk omarmen, zoals een moeder haar kinderen in de armen neemt om ze te beschermen. Zoals een ‘scapa’, een cape, een mantel die we omslaan om onszelf te beschermen. Of zoals O.L.Vrouw ons onder haar hoede neemt.
Terecht is de kerk opgenomen bij de beschermde monumenten. Het is een uniek werk van de architect Leon Stynen. Met muren van slechts 8,5 cm dik en een binnenhoogte van 29 m. is een het zeshoekige constructie die volledig zichzelf draagt. De glazen dakplaten liggen een cm over elkaar, wat bij hevige wind regen of sneeuw laat binnenvallen.
Maar niet alleen architecten, ook fotografen komen geregeld langs om een bezoek te brengen of foto’s te maken (zo kwamen ook de mensen van Bel & Bo langs voor een van hun laatste folders). Zelfs van filmmakers krijgen we af en toe de vraag om in de kerk te mogen filmen. Daar hechten we wel belang aan het scenario. Het mag niet in strijd zijn met de spiritualiteit van het gebouw. Het is en blijft tenslotte een kerk, een plaats van rust, gebed en stilvallen.
Het dossier voor een volledige restauratie is ingediend, maar zoiets vraagt tijd. Enkele weken geleden is spijtig genoeg een stukje beton van de steunring voor de dakconstructie naar beneden gekomen. De ‘hoogrisico zone’ is veilig afgeschermd dus kan de kerk wel open blijven voor individueel bezoek en het branden van een kaarsje.
Véronique