Voor elke patroonheilige van elke kerk is er een passend gebed gezocht: u vindt al deze gebeden op deze pagina.
Sint-Niklaaskerk Dessel
Een vrijstaande kerk in een gotische stijl, gebouwd omstreeks 1480, verving een oude kapel op dezelfde plaats. In 1863-1864 wordt deze kerk vergroot in neogotische stijl.
In september 1944 gebruikte het Duitse leger de toren als uitkijkpost om het Engelse leger in Mol-Donk in de gaten te houden. De Engelsen hebben toen de toren beschoten en de kerk ernstig beschadigd.
Tijdens de jaren 1948-1950 werd alles opgeknapt en verbouwd tot het huidige gebouw. Het werd een gebouw in een moderne interpretatie van de gotische stijl met een volledig beplankt gewelf.
Het is een mooi ingedeelde kerk met een hoofdbeuk en 2 zijbeuken. Binnenin ontdekken we:
- in de zijkoren vooraan: 2 werken van de Desselse schilder Karel Ooms: “Onze-Lieve-Vrouw schenkt de rozenkrans aan Sint-Dominicus” en “Tenhemelopneming van Onze-Lieve-Vrouw” (getekend en gedateerd: 1868).
- aan de zuidkant langs de markt: het grote glasraam van de Heilige Nicolaas (patroon van de parochie) van Jan Huet (1950) en aan de noordkant: een glasraam met het verhaal van de Heilige Willibrordus.
- in de andere kleinere ramen zijn Sint-Lutgardis, de Heilige Odrada en de Heilige Dympna afgebeeld.
- acht beelden in de kerk uit de 17de, 18 de en 19 de eeuw. Het oudste beeld is de “gekruisigde Christus” uit de eerste helft van de 17 de eeuw.
- een kruisweg uit 1950 in geslagen koper (ateliers Maredsous).
- het hoofdaltaar met retabel (1895), 2 zijaltaren, 3 biechtstoelen, preekstoel, doopvont, orgeltribune met portaal, orgel (1963), 2 klokken en een klein klokje in het klokkentorentje: ’t tingske.
- een aandachtige bezoeker kan in de buitenmuren enkele opmerkelijke metselaarstekens waarnemen.
De Sint-Niklaaskerk is voor onze parochianen een huis van gebed.
Sint-Martinuskerk Retie
Deze kerk is gebouwd in 1872. Het is een ruim, neogotisch gebouw in de vorm van een Latijns kruis. De architect is Pieter Jozef Taeymans.
De plechtige inwijding van de kerk, door monseigneur Van den Branden de Reeth, hulpbisschop van Mechelen, vond pas plaats in 1881. De kerk werd toegewijd aan Sint-Martinus van Tours. In het portaal is een mooi glasraam van Sint-Martinus te zien.
De zestig meter hoge toren dateert uit de 15de eeuw. In de toren hangen drie bronzen klokken. Twee ervan werden pas in 1962 geplaatst ter vervanging van de twee grote klokken die door de Duitse bezetter in augustus 1943 uit de toren werden gehaald en weggevoerd naar Duitsland.
Aan de kant van de markt kan je in de glasramen enkele bijzondere momenten bekijken uit het leven van Maria, gaande van de aankondiging tot haar kroning. Aan de andere zijde zie je een prachtig glasraam van de Heilige Theresia van Lisieux, omringd door rozen.
In de zijbeuken vind je vier bijzondere momenten uit het leven van Jezus: het bezoek van de drie wijzen, zijn kruisiging, zijn verrijzenis en zijn hemelvaart.
In het priesterkoor zijn de drie centrale glasramen geschonken door prins Filips, graaf van Vlaanderen. Onder deze glasramen zie je de wapenschilden van de prins en de koning.
De meeste glasramen zijn van Samuel Coucke en August Stalins.
Wanneer je de kerk binnenkomt zie je tegen de houten scheidingswand tussen portaal en schip vijf medaillons in houtsnijwerk van de heiligen: Cecilia (centraal), Hieronymus, Gregorius, Augustinus en Ambrosius. Links en rechts van die wand vind je de beelden van de Heilige Augustinus en de Heilige Norbertus.
In de linker kruisbeuk kan je de beelden bewonderen van de heiligen: Martinus, Nicolaas en Antonius-Abt; in de rechter kruisbeuk die van: Barbara, Ambrosius en Sebastiaan.
Vlakbij het orgel staat een beeld van Christus op de koude steen. In de zijkapel vind je een mooi beeld van Maria.
Het orgel hoor en zie je aan het werk in dit filmpje, inclusief drone-beelden van de kerk (Bert & Martijn Verdonck).
Over de patroonheilige Sint Martinus en de Martinusvieren schreven we al eerder een artikel met verwijzingen naar filmpjes en teksten.
Sint-Jobkerk Schoonbroek
Reeds vóór 1400 bestond er in Schoonbroek een zekere verering van Sint-Job. In 1476 werd er in Schoonbroek een klein bedehuis gebouwd waar Sint-Job aanbeden werd tegen allerlei kwalen.
In 1565 werd er een nieuwe en grotere kapel gebouwd. Voortaan mochten ook de doopsels en begrafenissen, die tot dan toe in Retie gebeurden, in Schoonbroek zelf plaats vinden. Er werd een kerkhof gewijd en de doopvont, waarschijnlijk de huidige, werd in de kapel gezet.
In 1842 werd Schoonbroek een parochie en in 1851 begon men aan de bouw van de huidige kerk. De toren werd voltooid in 1875. In de nieuwe kerk vonden heel wat meubelen een plaats die in de kapel hadden gestaan en die tot de oudste en meest waardevolle stukken van onze kerk behoren: het retabel, de doopvont en het O.L.Vrouwebeeld dateren uit de zestiende eeuw.
De fraaiste kunstschat is ongetwijfeld het retabel van Sint-Job (ca.1530).
Het levensverhaal van Job is voorgesteld in een triptiek, waarvan het middelste gedeelte bestaat uit houten beeldjes, in allerlei kleuren en in bladgoud uitgewerkt. De zijpanelen en de predella (voetstuk van het retabel) werden beschilderd.
Het retabel is een soort christelijk stripverhaal, waarvan elke beeldengroep een andere scène uit het geloofsverhaal van Job vertelt. Voor zover bekend is dit retabel het enige in heel de wereld ter illustratie van het boek Job. Het is daarom uniek en zeer kostbaar.
De kerk is doorgaans gesloten. Je kan het interieur bezoeken als je eerst contact opneemt met Leo Wens, 014 37 74 51 (bezichtigen kerk en retabel) of Joris Nuyts, 0468 482 905 (voorzitter kerkfabriek).
Hier staat een mooi filmpje van de kerk en het retabel (Pim Lansbergen).
Sint-Pieterskapel Retie
Deze kapel ontstond vanuit de abdij van Corbie, een groot Benedictijnen-klooster dat gesticht werd in de buurt van Amiens, rond het jaar 660. De abdij bezat de voogdij over Mol, Balen en Dessel en had heel wat gronden in Retie: de Klein Hoef bij het vakantiepark De Linde, de Grote Hoef aan de watermolen en nog heel wat gronden in het Geenend en de Duinberg. Minimaal zestig percelen waren eigendom van Corbie. De abdij van Corbie richtte op haar grondgebieden parochies op. Bijna al haar kerken kregen Sint-Pieter als patroonheilige.
Het tijdstip van het ontstaan van de kapel in Retie kennen we niet: we vermoeden dat dit mogelijk kort na de veroveringen van Karel de Grote gebeurde (kort na het jaar 800). Onze kapel wordt voor het eerst vermeld in een schepenbrief van 1315 en is vermoedelijk de oudste kerk van Retie. Ze heeft doorheen de jaren een hele evolutie doorgemaakt: van een klein houten kerkje tot een volwaardige kerk van 25 x 7,5 meter. Het bewijs hiervan vinden we in oude documenten die het gebied tussen de Sint-Martinuskerk en de Sint-Pieterskerk Tusschen de beyde kerkcken noemde. In de Napoleontische tijd werd het bezit van de kerk overgedragen aan de Sint-Martinuskerk, waardoor het zelfstandig bestaan van de kerk eindigde.
Brand
Tot het afbranden van de kerk op 8 juni 1889 bezat ze een mooie olmenlaan en een kerkhof. Na de grote brand door blikseminslag is ze niet meer herbouwd. Ook de bomen waren zo ernstig beschadigd dat ze gerooid werden. Het zeventiende-eeuwse koor - dat nog enigszins intact gebleven was - heeft men toen verbouwd tot de huidige kapel: een éénbeukige kapel met een zadeldak en een smeedijzeren kruis.
Beschermd
Sinds 6 juli 1957 is de kapel een beschermd monument: enerzijds beschermd als cultuurhistorisch landschap (kerk en omgeving) en anderzijds als bouwkundig erfgoed.
Kinkhoest
De Sint-Pieterskapel was een bedevaartsoord. In de kapel kon men gewijd water drinken tegen de kinkhoest. Mensen kwamen van de omliggende dorpen op bedevaart om genezing te vinden voor hun kinderen.
Heilige Familie Witgoor
Bij Koninklijk Besluit van 25/5/1932 werd het gehucht Witgoor een afzonderlijke kapelanie. In 1934 werd de bouw van een nieuwe kerk aanbesteed. De inzegening vond plaats in september 1935. In 1958 werd Witgoor bevorderd tot parochie.
In 1967-1969 werden onderhouds- en herstellingswerken uitgevoerd naar ontwerp van F. Schoeters (Turnhout).
Exterieur
Deze georiënteerde kruiskerk in de stijl van ‘nieuwe zakelijkheid’ is gebouwd naar een ontwerp van Stan Leurs. Het is een vroeg voorbeeld van modernistische, religieuze architectuur in België. De architecturale vormgeving kan gedefinieerd worden als baksteen-modernisme met verwijzingen naar het kubisme en de ‘pakketbootstijl’. Aan de ontwerper opgelegde wijzigingen - onder meer het aanbrengen van een kroonlijst onder het dak - doen afbreuk aan het modern uitzicht van het gebouw.
Kenmerkend voor zowel exterieur als interieur zijn het bescheiden materiaalgebruik en de naakte bouwmaterialen. De sobere uitvoering houdt tevens verband met de toenmalige economische crisis: met eerder beperkte middelen realiseert men op vraag van kardinaal Van Roey toch nog een vrij grote kerk. De kerk heeft één brede hoofdbeuk van vijf traveeën met zijbeuken herleid tot lage aanbouwen. Het uitspringende westelijke portaal is op de noordwestelijke hoek voorzien van een voorstaande, rechthoekige toren van zes geledingen.
Interieur
De kerk kent een sterke lichtbeheersing: de gele glaspartijen van het koor geven een grote lichtinval, terwijl de patrijspoorten en smalle vensters in het schip voor getemperd licht zorgen.
Romaans aandoend is het vlak houten plafond met samengestelde balklaag en de zijbeuken met kinderbalken.
Kunstwerken: Gekruisigde Christus, circa 1935, hout, door P. Raaymakers; en een Gekruisigde Christus, 19de eeuw, geschilderd hout. Zij-altaar met tabernakel, tweede kwart van de 20ste eeuw, natuursteen.
Doksaal met orgel: van elders afkomstig maar circa 1787 overgeplaatst naar de Sint-Martinuskerk in Retie. In 1936 werd het hersteld en overgebracht naar Witgoor.
Klokje, 1663, door De Clerck, afkomstig van de voormalige 17de-eeuwse kapel van Onze-Lieve-Vrouw van Gedurige Bijstand (op het kruispunt Kromstraat en Zandvliet); Klok, 1935, door F. Sergeys (Leuven).