Op 11 november vieren we het feest van Sint-Martinus van Tours, de patroonheilige van de kerk in Retie-centrum. Het is een dag vol traditie. ’s Morgens gaan de kinderen zingen: Vandaag ist Sinte Mette en morgen ist de kruk … Ze zamelen geld en snoep in!
Maar het feest van Sint-Maarten betekent ook dat er ’s avonds vuren ontstoken worden. Daar zijn de vrijwilligers in diverse gehuchten al lang mee bezig. Ze verzamelen het snoeihout, stapelen het hout op tot enorme stapels. Die worden op 11 november ’s avonds rond 18 u ontstoken. Rond de vuren heerst een gezellige drukte. Mensen ontmoeten elkaar, drinken samen iets, snoepen van de koeken van Sint-Maarten en van allerlei zoetigheden.
Verhalen over Sint-Maarten
Rond de heilige Sint-Martinus bestaan er heel wat verhalen. We laten Marian Geurtsen (Uit het werkschrift van ‘Heilig Spel’) aan het woord met enkele legenden.
Het verhaal van Sint-Maarten en de bedelaar ken je natuurlijk: hoe Maarten bij de stadspoort van Amiens een dakloze zag zitten, blauw van de kou. Maarten was toen nog geen sint maar een gewone soldaat, en hij kon het niet nalaten om zijn soldatenmantel in tweeën te snijden. De helft gaf hij aan de dakloze en de andere helft hield hij zelf. Er wordt wel gezegd dat hij niet meer dan de helft weg kon geven omdat een soldatenmantel voor de helft eigendom is van het Romeinse leger en voor de andere helft zijn eigendom. Wie weet is dat wel zo. Die nacht droomde hij dat Christus hem zei: 'Dank je, Maarten, voor de mantel waarin je mij hebt gekleed.' Zo herinnert Maarten ons eraan dat we altijd respect moeten hebben voor de armen, want in eenieder kunnen we Christus tegenkomen.
Een nieuwe bisschop
Jaren later woont Sint-Maarten in een klooster in de buurt van Tours als men daar een nieuwe bisschop moet kiezen. Sint-Maarten voelt er niets voor om het sobere klooster in te ruilen voor een bisschoppelijk paleis en juist daarom kiezen de mensen hem als bisschop. Hij houdt zich schuil in het klooster terwijl de inwoners van Tours een list verzinnen: 'Mijn zuster is ziek.' Er staat een man aan de poort van het klooster. In tranen zegt hij: 'Ik ben bang dat ze sterft als u niet meekomt om voor haar te bidden.' Zo'n vraag kan Sint-Maarten niet weigeren. Zodra hij echter slechts één stap in de stad heeft gezet, ontvoert de menigte hem. Triomfantelijk troont men hem mee naar de kerk en zo wijden ze hem toch tot bisschop. Anderen zeggen dat hij zich verschuilde in een ganzenhok. De ganzen gakten zo opgetogen dat de mensen hem al snel vonden. Zo ontstond de traditie om gans te eten op zijn feestdag.
Een hemd voor een arme vrouw
Op een dag dat het tijd is om de mis te doen, volgt een arme vrouw hem naar de kerk. Ze heeft geen draad om het lijf om haar te beschermen. Bij de kerk aangekomen vraagt hij aan zijn diaken: 'Wil jij even wat kleding halen voor dit kind van God?' De diaken heeft het echter veel te druk met andere dingen: hij moet de miskelk en het altaarboek nog klaarleggen, en niet te vergeten de knielkussens. Sint-Maarten is ongeduldig en trekt gauw zijn eigen hemd uit. Hij geeft het aan de arme vrouw. Blij gaat zij ervandoor. Sint-Maarten blijft in een hoekje van de sacristie staan, zonder hemd. 'Waar blijft u?', roept de diaken. 'Het is allang tijd om de mis te beginnen.' 'lk kan de mis niet vieren zolang er nog een kind van God naakt rondloopt.' Zuchtend gaat de diaken naar de markt. Hij komt terug met het goedkoopste hemd dat hij kan vinden.
'Hier is het hemd voor dat arme kind van God van u.' Zonder dat de diaken het merkt, schiet Sint-Maarten het aan. Het is te kort, te wijd en de stof is veel te dun. Als Sint-Maarten de kerk in loopt, bedekt het hemd nauwelijks zijn knieën. En zodra hij zijn armen opheft om te bidden, vallen de mouwen naar beneden waardoor zijn dunne armen plots zichtbaar zijn. De mensen in de kerk weten niet wat ze zien. Heel even maar; dan verschijnen engelen uit de hemel die bloemen in alle kleuren en vormen over de armen en het lichaam van de heilige man strooien. Zo wordt Sint-Maarten, die zijn eigen kleren weggaf, door Gods engelen mooier gekleed dan de rijkste vorst op aarde.
Onze Sint-Martinuskerk
Wanneer je in de Sint-Martinuskerk binnengaat langs de hoofdingang aan de Markt heet Sint-Maarten je van harte welkom. Het mooie rond glasraam toont Sin t-Maarten op zijn paard. Hij snijdt zijn mantel in twee om hem te delen met de arme bedelaar. Dit verhaal was de aanleiding om de parochiezaal naast de kerk de toepasselijke naarm ‘De Mantel’ te geven.
Je kan de zaal huren voor feesten, een koffietafel of activiteiten of vergaderingen.
Altijd welkom!!!
Christa Damen
Parochieassistene