En we bidden:
Wij eren U, God, omdat Gij onder ons
– het volk dat wandelt in het donker –
een licht hebt doen opgaan
in de geboorte van uw Zoon Jezus –
Licht uit Licht.
Dat het licht dat wij nu ontsteken
ons van binnen verlicht
zodat wij helder en oprecht
uw boodschap van nieuwe geboorte
mogen uitdragen.
Zo bidden wij U door Christus,
onze Heer. Amen.
We openen de Schrift
Eerste lezing: Jesaja 52, 7-10 (dagmis)
Hoe liefelijk op de bergen de voeten van de vreugdebode, die vrede meldt, goed nieuws verkondigt, die heil komt melden, die zegt tot Sion: Uw God regeert! Hoort! Uw torenwachters verheffen hun stem, zij jubelen tegelijk want zij zien, oog in oog, de terugkeer van de Heer naar Sion. Barst los in jubel, allen samen, puinen van Jeruzalem, want de Heer heeft zijn volk getroost; Hij heeft Jeruzalem verlost. De Heer heeft zijn heilige arm ontbloot voor de ogen van alle volkeren; en alle grenzen der aarde hebben het heil van onze God aanschouwd.
Gedachte bij de lezing
De postbode is laat vandaag, zei ze tegen de buurvrouw terwijl ze hun container aan de straat zetten. Ze verwachtte een goede tijding van iemand. Vandaar haar ongeduld. Zo kan een bode een goede tijding brengen, terwijl een bepaalde vensterenvelop op de mat tot minder enthousiasme leidt. Een bode met een minder plezierige boodschap zie je moeizaam de berg op komen. Brengt hij een blijde tijding dan zie je hem zingend afdalen van de berg. De bode van vandaag, Heer, komt hoog uit de bergen. Hij komt met een boodschap van vrede en vrijheid. De engelen zingen erover. De herders hebben het al eerder vernomen. De groten der aarde komen pas over veertien dagen. De bode heeft de boodschap overal gebracht, Heer, en toch zijn velen niet gekomen. Ze hadden zoveel andere dingen te doen en daardoor was de boodschap in de vergetelheid geraakt. Bovendien, zo stond onder aan de brief die de bode bracht, vrede en vrijheid worden niet vanzelf geboren. Nee, Heer, we moeten daar zelf voor in beweging komen. Alleen als we mens zijn voor een ander mens ontstaat er vrede. Mag ik een bode zijn die deze goede tijding brengt. Dan is Hij niet voor niets geboren.
Antwoordpsalm: Psalm 96 (nachtmis)
Heden is ons een Redder geboren, Christus, de Heer.
Zingt voor de Heer een nieuw gezang.
Zingt voor de Heer, alle landen.
Zingt voor de Heer en verheerlijkt zijn Naam,
verkondigt zijn heil alle dagen. Refrein
Meldt aan de naties zijn heerlijkheid,
zijn wondere daden aan alle volken.
Dan straalt de hemel en jubelt de aarde,
de zee neuriet mee met al wat daar leeft. Refrein
De velden zwaaien met al hun gewassen,
de woudreuzen buigen hun kruin.
Zij juichen de Heer toe omdat Hij komt,
Hij komt als koning der aarde. Refrein
Rechtvaardig zal Hij de wereld regeren
de volkeren eerlijk en trouw. Refrein
Evangelie: Lucas 2, 1-20 (nachtmis en dageraadsmis)
In die dagen kwam er een besluit van keizer Augustus, dat er een volkstelling moest gehouden worden in heel zijn rijk. Deze volkstelling vond plaats eer Quirinius landvoogd van Syrië was. Allen gingen op reis, ieder naar zijn eigen stad, om zich te laten inschrijven. Ook Jozef trok op en omdat hij behoorde tot het huis en geslacht van David, ging hij van Galilea, uit de stad Nazaret, naar Judea: naar de stad van David, Bethlehem geheten, om zich te laten inschrijven, samen met Maria, zijn verloofde, die zwanger was. Terwijl zij daar verbleven brak het uur aan waarop zij moeder zou worden; zij bracht een zoon ter wereld, haar eerstgeborene. Zij wikkelde Hem in doeken en legde Hem neer in een kribbe, omdat er voor hen geen plaats was in de herberg. In de omgeving bevonden zich herders die in het open veld gedurende de nacht hun kudde bewaakten. Plotseling stond een engel des Heren voor hen en zij werden omstraald door de glorie des Heren zodat zij door grote vrees werden bevangen. Maar de engel sprak tot hen: ‘Vreest niet, want zie, ik verkondig u een vreugdevolle boodschap die bestemd is voor heel het volk. Heden is u een Redder geboren, Christus de Heer, in de stad van David. En dit zal voor u een teken zijn: gij zult het pasgeboren kind vinden in doeken gewikkeld en liggend in een kribbe.’