Tony Poorters fietspelgrim: reisverslag, delen 1 tot 6 | Kerknet
Overslaan en naar de inhoud gaan

Recent bezocht

Bekijk je recent bezochte microsites, auteurs en thema's
kerknet
  • Hulp
  • Startpagina portaal
  • Mijn parochie
  • Aanmelden of registreren
Menu
  • Startpagina
  • Kerk
  • Vieringen
  • Shop
  • Zoeken
Pastorale Eenheid Heilige Maria Magdalena Hoeselt

Pastorale Eenheid Heilige Maria Magdalena Hoeselt

  • Startpagina
  • Contacten
  • Zoeken
  • Meer
    • Zoeken
    • Wekelijks overzicht van vieringen, intenties & hoe aanvragen... Gehuwd Overleden Gedoopt Abonnement Kerk&Leven, inzendingen&contact PE Team Pastorale Eenheid Kindernevendienst & gezinsvieringen 1ste communie Vormsel Missie Jeugdverenigingen RAAK Hoeselt OLV-Neder Samana Romershoven Samana Hoeselt-centrum, OLV-Neder, Schalkhoven Samana Alt-Hoeselt FERM (kvlv) Alt-Hoeselt FERM (kvlv) Hern Landelijke Gilde Romershoven
Deel op Facebook
Deel op Twitter
Deel via e-mail
Wekelijks overzicht van vieringen, intenties & hoe aanvragen... Gehuwd Overleden Gedoopt Abonnement Kerk&Leven, inzendingen&contact PE Team Pastorale Eenheid Kindernevendienst & gezinsvieringen 1ste communie Vormsel Missie Jeugdverenigingen RAAK Hoeselt OLV-Neder Samana Romershoven Samana Hoeselt-centrum, OLV-Neder, Schalkhoven Samana Alt-Hoeselt FERM (kvlv) Alt-Hoeselt FERM (kvlv) Hern Landelijke Gilde Romershoven

Tony Poorters fietspelgrim: reisverslag, delen 1 tot 6

Laatste aanpassing op zondag 5 oktober 2025 - 14:08
Afdrukken

Net terug uit vakantie… Valence – Lourdes – Valence (14 – 30 juli): een boeiende fietspelgrimstocht…

 

 

Lees hier verder het reisverslag

Klaar voor vertrek in Saint-Péray © T Poorters

Pelgrim van Hoop in Jubeljaar 2025

 

Deel 6 Via Le Puy naar Valence

 

Mooie tocht van Brioude tot Le Puy

In twee dagen hoop ik Valence te bereiken, de stad aan de Rhône van waaruit ik vertrokken ben op maandag 14 juli. Er liggen wel nog enkele hoogtemeters te wachten, maar ook enkele mooie Compostela-plaatsen die ik al eens mocht bezoeken.

Maandagmorgen 28 juli in Brioude schrijf ik, bij het ontbijt en daarna ook nog in de mooie Saint-Julien basiliek, enkele ansicht-kaarten naar familie en vrienden, blij dat mijn GSM gevonden is…

Van Brioude gaat het door de Allier-vallei via Lavoûte-Chilhac naar Langeac. Ik geniet volop van het mooie groene landschap en ook van het middagmaal waardoor ik nieuwe krachten opdoe, en die zijn nodig.

Want vanuit Langeac is het stevig klimmen, vooral op de hoofdweg RN 102 die ik per vergissing opzoek en waar ik met de Col de Fix St.-Gepeys 1116 m overschrijd.

Dan gaat het snel in dalende lijn via Loudes naar Le Puy-en-Velay. Het grote witte beeld van Sint Jozef onthaalt de fietsende pelgrim en in de verte, bij de kathedraal, blinkt het reuzengrote rode beeld van Maria op een steile heuvel.

Goddank is een Ibis-hotel gauw gevonden, dicht bij Saint-Michel d’Aiguilhe. Om 17u00 aangekomen, na 80 km, is er nog ruim de tijd om de Notre Dame kathedraal te bezoeken.

 

Bedevaart in Le Puy-en-Velay

Het jubeljaar 2025, dat is niet enkel een pelgrimstocht maken, maar ook heiligdommen bezoeken én door de heilige deur gaan. Dankzij een jong meisje dat in de souvenirwinkel van de kathedraal vraagt: “Is het mogelijk om hier te biechten?”, ga ook ik naar de aangeduide kapel om het sacrament van verzoening te ontvangen. De Afrikaanse priester die mijn belijdenis beluistert geeft mij Gods weldoende vergeving met een fijne aanmoediging erbij. Dank U, lieve Heer, om uw barmhartigheid.

Ik zing nog – met ingehouden stem – het “Salve Regina” – en zie tegelijkertijd op een kaart in de kathedraal dat de Latijnse tekst ervan geschreven is door bisschop Ademar van Le Puy in de XIe eeuw.

Tijdens de wandeling naar mijn hotel kom ik voorbij de plaats waar de “Soeurs de Saint Joseph” hun klooster hebben, Rue des Farges. Hier is de plek waar zij in 1650 gesticht zijn door Père Médaille. Dat zal zeker herdacht en gevierd worden! Jammer dat het al donkert, en morgenvroeg zal ik snel na de Mis moeten vertrekken; een bezoek bij hen zit er niet in.

Een prettig detail: ik ontmoet ’s avonds nog een pelgrim uit Nantes die me wat sportnieuws van de Tour kan melden: een Belg won op de Champs Elysées. Wie? Wout van Aert. “Nu kan uw dienaar, Heer, met tevreden gemoed slapen”.

 

Pelgrimszegen voor de laatste fietsdag 29 juli

’s Morgens verslaap ik mij bijna en kom een paar minuten te laat in de Mis van 07u00. Drie priesters concelebreren. Een zuster zingt heel mooi de psalm en de refreinen en bij de communie klinkt ontroerend het lied: “Si tu savais l’amour du Père pour toi.”

Dan volgt de pelgrimszegen door de priesters. Zeker 250 mensen, vertrekkensgereed voor Compostela, met pak en zak beladen, ontvangen Gods zegen, met medaille en mooi gebedsprentje erbij: “Bénédiction du départ”, “Zegening bij het vertrek”. De eindzin luidt: “…afin qu’ils parviennent heureusement sous ta garde au terme de leur route. Amen + dat zij gelukkig onder uw hoede mogen aankomen op de bestemming van hun tocht… “

Zo moge het ook zijn voor mij, want deze avond hoop ik het einde van mijn fietstocht te halen…Pelgrimszegen voor één dag…Gezegend moge zijn: mijn ganse tocht, heel mijn leven.

En verrassing nog: de priester opent de heilige deur van Notre Dame du Puy, waardoor de pelgrims niet naar binnen, maar naar buiten gezonden worden om met Maria de weg van Jezus te gaan.

 

Lange klim en een paniekmomentje

Om 09u30 begin ik, hopelijk toch, mijn laatste fietsdag op deze tocht. De eerste halte is Chapteuil, waar ik een mooie kerk binnenstap na een fikse klim. Saint Julien is hier de patroon, zoals in Brioude. Ik steek een kaarsje aan voor mijn schoonbroer Julien die 80 jaar is geworden.

Een tweede halte is, bij 32 km, na een nog forsere beklimming naar de Col du Bousselets 1195 m hoog, in de “Auberge du Meygal”! Ik zet mijn fiets bij dit restaurant en leg er mijn natte kledij op om in de zon te drogen.

Een mooie ervaring wacht me hier binnen én buiten. Wachtend op het bestelde middagmaal zie ik er blijkbaar zo vermoeid uit dat de vriendelijke dame van 81 jaar, Babette heet ze, mijn voorhoofd afveegt met een doek, me zachte strelingen geeft en af en toe langs komt met een snoepje…Er is ook vriendelijk contact met ander gezelschap aan tafel.

Tijdens de maaltijd zie ik dat mijn fiets omgevallen is…ik raap de koerstruien op en zet hem terug recht…Wanneer ik afreken en wil vertrekken vind ik de sleutel van mijn fiets niet meer. Een tiental minuten zoek ik vergeefs, lichte paniek overvalt me. Terwijl komen de gasten, van de tafel naast mij, naar buiten… en vragen verwonderd wat er scheelt… “Laten we samen zoeken”… Even later komt er een man uit het restaurant en heel laconiek zegt hij plots: is het dit wat jullie zoeken? De sleutel van mijn fiets lag op een houten leuning van een stoel op het terras. Iedereen blij ! “Ensemble nous avons cherché, ensemble nous avons trouvé ! “ Weer een knipoogje ”van boven”.
14u15. Hoe ver is het tot Valence? “Nog 84 km te doen”, zegt Babette.

 

Om 16u05 bereik ik Saint-Agrève, ook nog hoog gelegen op 1050 m. Met de GSM van een jonge cafébaas kan ik de zusters van Saint-Péray (bij Valence) verwittigen: “ik kom vanavond nog bij u aan, een dag vroeger dan ik gemeld had. Is het mogelijk dat ik kan logeren?” “Oui, vous “êtes bienvenu, père Tony”. Hoe laat het worden zal?

 

Lange afdaling en laatste loodjes tot Saint-Péray

Kortbij het stadje Saint-Agrève loopt een oude spoorlijn, helemaal omgevormd tot fietsroute “la dolce via”. Deze brengt me helemaal tot aan de Rhône, van 1000 m naar 100 m. De eerste kilometers tot Le Cheylard gaat het plezant en snel naar beneden, maar ik moet oppassen met stroken losse keitjes en zand…

Over diepe ravijnen en kilometers uitgebreide bossen is het echt een natuurervaring en dit alles door het volgen van de rivier L’Eyrieux.

Eén keer slechts houd ik halt om onderweg bij een houten barak een “broodje banaan” te kopen.

De avond komt dichterbij, maar ook de Rhône. Ik dacht: Voulte-sur-Rhône, dat is nog 10 km, het blijken er bijna 20 te zijn. “Op het tandvlees” bereik ik het klooster, Avenue Victor Tassini 18 in 07130 te Saint-Péray.

Daar word ik heel hartelijk onthaald door de zusters Béatrice en Marie-Christine. Zij melden mij ook dat zuster Hildegard gestorven is in Munsterbilzen en men verwacht me voor de uitvaart op zaterdag 02 augustus. Dan is het goed om morgen huiswaarts te keren.

Douche en avondeten. Dank u wel, lieve “Soeurs de Saint Joseph”.

In mijn dagboekje noteer ik: 145 km ! Vanuit Saint-Agrève was het nog 90 km !

 

 

Er volgt nog een laatste deel 7: Terug thuis en Epiloog

 

 

LE PUY Notre_Dame_de_France © T Poorters
Le Puy © T Poorters
Le Puy © T Poorters
Vorige Volgende

Pelgrim van Hoop in het Jubeljaar 2025

 

Deel 5 Doorheen de Auvergne op Compostelawegen

 

Een bewogen zaterdag 26 juli

Het gezongen morgengebed in de kerk, met 7 Norbertijnen en ook een tiental scouts, opent deze dag waarop ik hoop in Murat aan te komen. Dat stadje in de Cantal is me dierbaar; hier mocht ik enkele keren op vakantie komen bij tantenonneke “Soeur Ursule” in de Ecole Sainte-Thérèse, nu het klooster van de “Communauté de Saint-Jean”. Er wachten 105 km en ook de “col du Lioran”, ongeveer 1300 m hoog.

Klimwerk begint al direct na Conques vanuit de vallei van de Lot naar Cassianouze en verder is het heuvelend naar Aurillac toe. Deze stad rijd ik niet binnen, wel eet ik in een “kebab” een gevuld broodje met kip als middagmaal.

 

Siësta? ja, dichtbij het dorpje Yolet… en dat bekomt me slecht. Mijn fiets heb ik slecht geplaatst, dichtbij een steile aflopende kant van een landweg. Plots hoor ik een schuifelend geluid en pardoes ligt de fiets 5 meter lager in een wirwar van doornen en struiken… Het kost me redelijk wat schrammen en een half uur klauteren om mijn “stalen ros” naar boven te krijgen… Gelukkig geen averij, de banden zijn OK, wel staat het lichtlampje vooraan wat scheef… Ik kom er met de schrik van af, een les in voorzichtigheid rijker.

Dan volgt, in de vallei van de Cère, de langzame klim naar “Le Lioran”.

In Vic-sur-Cère geniet ik van een frisdrank en wanneer ik in het café om een telefoon vraag, verwijst men me naar het “Office du Tourisme” even verderop. Ook hier mag ik me gelukkig prijzen dat men me gratis laat bellen naar mijn broer.

“Heel goed nieuws, Tony. Uw GSM is gevonden in Mauvezin en wordt door een pastoraal verantwoordelijke naar ons adres in Genk gestuurd !”

Deze blijde boodschap geeft me “vleugels”, althans figuurlijk, want de laatste loodjes komen eraan… In Saint-Jacques-des-Blats ga ik de kerk binnen om Sint Jacob te eren én steek ik een kaars aan om Sint Antonius te bedanken… ook bid ik om een goed heenkomen in Murat.

Even heb ik een gesprek met enkele mensen die genieten van de avondzon bij de kerk. “Is de bergpas niet te steil?” vraag ik. “Neen, 300 meter op 7 km, dat is nog geen 5 % klimmen. Dat is te doen, ook met uw beladen fiets…Bon courage !”

Ongeveer een uur later neem ik een foto met mijn wegwerpfototoestel van het plakkaat: “Col de Cère 1296 m”.

Avond in Murat

Nu in dalende lijn, van de Super-Lioran nog 15 km, tot Murat. Wanneer ik om 20u00 aanklop bij de “Frères de Saint-Jean” wacht me een ‘koude douche’, figuurlijk dan. De oude broeder die na een kwartier wachten naar me toekomt maakt me met een beslist gebaar duidelijk: “On n’ accueille personne ce soir… Je ne sais rien de votre réservation”. Morgen ontvangen de broeders 80 mensen voor een gezinsretraite en daarom is er geen plaats. Maar ik had toch, vóór mijn vertrek uit België, bevestiging gekregen van pater overste dat het wél mogelijk was om te logeren?

Wat nu gezongen?

Noodgedwongen dien ik op zoek te gaan naar een hotel of chambre d’hôtes in de stad. Bij het station weet ik, van vroegere vakantiedagen, een goed hotel… Maar de deur is gesloten en er is niemand te zien. Daar stappen een man en een vrouw uit hun auto en ze komen naar me toe die met de fiets bij het hotel staat.

Blijkbaar hebben zij er een kamer gereserveerd. Ik durf hen vragen of zij willen telefoneren naar hun hotelreceptie of er nog een kamer voor mij vrij is.

Blijkbaar is alles volzet… Even verder is er nog een hotel. Daar is ook alles potdicht, maar wel is er een telefoonnummer op een pancarte aangebracht: “Si vous n’avez pas réservé… voor het geval u niet op voorhand gereserveerd hebt.

’s Avonds om 22u30 kan ik in mijn pelgrimboekje noteren: “Dank u, Heer, om zoveel knipoogjes van uw voorzienigheid. Mijn fiets via boomstronken vanuit de diepe gracht weer naar boven kunnen brengen… Mijn GSM gevonden en met de Post opgestuurd naar België… en het echtpaar uit Noord-Frankrijk dat met mij en voor mij alle stappen heeft doorgemaakt, nodig om een hotelkamer te vinden én binnen te geraken én de fiets veilig in de garage van het hotel te stallen… Dank u God voor deze lieve mensen, Alain en Jeanne. Zij zijn als engelen, een teken van hoop!

 

Dankbare zondag 27 juli

Heerlijk geslapen in “Hostellerie du Cantal”! Om 9u15 meld ik me in de sacristie van de parochiekerk “Notre Dame des Oliviers” in Murat. Concelebreren, ja vanzelfsprekend. De priester, François Emmanuel, blijkt pater overste te zijn van de Communauté Saint-Jean! Hij verontschuldigt zich dat zijn oude medebroeder me afgewezen heeft gisterenavond ; deze wist niets af van mijn reservatie.

De schriftlezingen spreken over het smeekgebed van Abraham en over het “Onze Vader”. Bij de vredeswens deel ik van harte ‘vrede’, en na de Mis ook ‘vrede’ aan de oude broeder; hij herkent me en is toch wat beschaamd… maar de vreugde is in mijn hart.

Vreugde is er ook bij de familie die hun kleine zoon Noam laat dopen in deze zondagsviering. Een vijftal misdienaars en een klein koor zorgen voor een mooie plechtige viering. Heel wat volk is aanwezig.

Middagmaal geniet ik in het restaurant waar ik mijn fiets mocht parkeren. Maar eerst nog stap ik te voet naar het grote witte beeld van “Notre Dame de la haute montagne”, op de vulkanische heuvel, 150 m boven Murat. Dankbaar zeg ik God dank om alles wat Maria ook mij geschonken heeft.

 

In de namiddag gaat het vlot dalend naar Massiac 35 km en dan met een lange niet al te steile helling naar Brioude. Vóor de afdaling naar die stad in de vallei van de Allier houd ik een siësta. Ditmaal leg ik me neer in een ondiepe greppel langs een landweg en zet ik de fiets vast tegen een paal. Maar toch is er een verrassing. Ik word gewekt door een mama met een kindje die komen langs gewandeld… Ze zagen me liggen en dachten dat me iets was overkomen. Opgelucht gaan ze verder… en ik ook.

Dichtbij de mooie Basilique Saint-Julien van Brioude vind ik het “Office du Tourisme”, op zondag nog open tot 18u00. Ook daar is een gedienstige dame om een kamer te regelen in een chambre d’hôtes dichtbij de kerk. Dankbaar mag ik deze dag bij de Heer aanbieden en een ingetogen “Salve Regina” zingen, terwijl ik door de kerk wandel…

 

 

 

Brioude St Julie © T Poorters
De fietsroute “la dolce via” langs de oude spoorlijn Saint-Agrève tot de Rhône © T Poorters
Vorige Volgende

Deel 4:
Donderdag 24 juli: de langste dag

Na 10 km “rondgedraai” in Toulouse vind ik uiteindelijk de goede “uitweg” richting Albi.
Een mooie kapel onderweg “Saint-Sernin des Rais” nodigt uit tot een korte rustpauze na 31km.
Ik bewonder het mooie heuvelende landschap met pasgemaaide graanvelden, groengele zonnebloemen en mooie bomen langs de route nationale RN 112.
Via Verfeil en Lavaur bereik ik omstreeks 13 uur de stad Gaillac, met een mooie brug over de Tarn.
Na een lekkere pizza wenkt de fiets en bereik ik Albi omstreeks 15u30. De “Cathédrale Sainte-Cécile” met haar geweldig hoge muren imponeert.
Het is de eerste keer dat ik ze van binnen mag bewonderen.
Veelkleurige fresco’s, een prachtig beschilderde wand met het orgel erboven; en ja, er klinkt orgelspel…
Hoe zou het zijn met de zoektocht naar mijn GSM?
Ingetogen gebed met een kaars bij Onze Lieve Vrouw en Sint-Antonius.
Hoe ga ik nu voor deze avond een hotel vinden?
Het “Office du Tourisme” geeft antwoord. Het wordt “Brousse-le-Château”… “Je hoeft alleen maar de Tarn te volgen, stroomopwaarts;
mijn vriendin werkt in hotel “Relays du Chasteau”, zo zegt me de jonge dame die de reservatie regelde.

De juiste weg vinden langs de Tarn  
Alras moet ik bekennen dat ik langs de verkeerde kant de rivier volg… dat blijkt wanneer ik
fietser Pierre ontmoet, die vriendelijk samen met mij 3 km terugrijdt tot bij een brug die me
aan de overkant brengt… Dank u, beste vriend, jij bent een teken van hoop! Dan begint een
lange tocht langs de rivier met heel veel bochten…
“Hoever is Brousse nog?” Die vraag stel ik aan een cafébaas die me tegenhoudt wanneer ik
mijn fiets op zijn caféterras wil zetten in Trébas. “Nog 17 km” zegt zijn jonge zoon…Oef, dat valt nog mee…
Net vóór het donker wordt, 21.38 uur, arriveer ik, helemaal ten einde krachten.
“We dachten: die fietser haalt het niet”, zo zegt me de dame die me ontvangt.
“Zet u gauw aan tafel, we serveren u een avondmaal, koud weliswaar…”
Ik sta versteld als ik de volgende dag mijn kilometerteller op 163 zie staan…
Langs de Tarn deed ik sinds Albi nog ongeveer 70 km ! Voorwaar de langste dag!

Moeizaam volharden op de dag van Sint Jacob Réquista.
's Morgens is de eerste halte, maar dat is dan wel 6 km fors klimmen vanuit de Tarn-vallei.
Regenjasje aantrekken, even schuilen in een donkere kerk en dan weer verder.
Middagmaal in een restaurantje voor amper 19 euro ! De zon is terug en droogt mijn natte koerstrui… want er was veel klimwerk deze voormiddag op 25 juli.
Rodez, na 60 km, heeft zoals Albi ook een imposante kathedraal, toegewijd aan O.L.Vrouw Tenhemelopneming.
De robuuste voorgevel verbergt een mooie gotische kerk, met 2 altaren, zoals in Nijvel.
Voor een stempel van de kathedraal dien ik naar het secretariaat van het bisdom te rijden, heel dichtbij.
De secretaresse is zo vriendelijk te telefoneren naar Conques om mijn komst daar te melden, want ik had er een plaats gereserveerd vanuit België. “Opgelet, in Conques regent het fel”, geeft ze me nog voorzichtig mee.

Goede ontvangst in Conques en heuglijk nieuws
Al in Rodez dien ik te schuilen voor een plensbui. Zo ook, na een lange afdaling, in Marcillac-Vallon.
Nu wenkt Conques, bekende pleisterplaats voor Compostela-pelgrims. Via een fietsroute van 15 km bereik ik dit heiligdom van “Sainte Foy” op deze feestdag van “Saint Jacques”, 102 km gefietst.
Door vrijwilligers van Compostela word ik hartelijk ontvangen in de abdijgebouwen van de paters Norbertijnen. Na een verkwikkende douche en gezellig avondmaal, bewonder ik, met vele anderen, het kleurrijk lichtspel op de buitenzijde van de toren met het mooie tympaan dat het “Laatste Oordeel” uitbeeldt.
In de kerk klinkt intussen muziek. Pater Godfroid speelt piano. Gelegenheid voor mij om dankbaar te bidden, want in Rodez, waar de vriendelijke secretaresse op het bisdom mij ook liet telefoneren naar mijn broer in Genk, ontving ik het heuglijke nieuws: “Tony, we hebben,
dankzij Jean Poesen in Bilzen, uw GSM kunnen traceren. Hij ligt inderdaad in Mauvezin, buiten aan het kerkje.
We proberen iemand te bereiken van de parochie daar…”

Volgende keer deel 5: Doorheen de Auvergne op Compostelawegen

Tympan_Sainte-Foy_de_Conques © T Poorters
Cathedral_of_Rodez_ © T Poorters
the_Ste_Cécile_Cathedral Albi © T Poorters
Vorige Volgende

 

Deel 3: Vanuit Lourdes naar Auvergne

Mooie tweedaagse in Lourdes

Zondag 20 juli, de dag van mijn aankomst in Lourdes als pelgrim van Maria, is een halve rustdag. Het is trouwens ook “vrije dag” voor de bedevaarders. ’s Avonds is er een mooie Taizé-gebedsviering met hoopvolle getuigenissen van jongeren. 

Maandag 21 juli: “O dierbaar België…” Terwijl onze bisschop in Hasselt het “Te Deum” zal zingen in de kathedraal, zijn wij met de hele bedevaartgroep van Limburg ’s morgens vroeg al aan de Grot en vieren de eucharistie. Ere-deken Rik Palmans gaat hierin voor, en ik ben terecht blij om mee de communie te mogen uitdelen.

Met de bedevaarders van Bilzen en Hoeselt houden we nog een ingetogen kruisweg, zegenen en offeren een “dikke” kaars, die we moeilijk ontstoken krijgen vanwege de sterke wind.

In de namiddag is er – wat mij betreft – het hoogtepunt van mijn bedevaart: de gebedsviering met ziekenzalving. De Heer sterkt ons met zijn luisterende aanwezigheid en door zijn verlossend lijden en sterven én zijn verrijzenis schenkt Hij ons hoop en licht in ons lief en leed.

Vóór het avondmaal is in ons hotel nog de mooie herdenking van de overledenen voor de groep van Bilzen en nadien spoed ik me nog naar de “kaarskesprocessie”… dat mag je in Lourdes niet missen!

 

Vertrek uit Lourdes dinsdag 22 juli

We beginnen de dag met een vroege H. Mis in de kapel “Notre Dame des Douleurs” “Onze Lieve Vrouw van Smarten”. Na het ontbijt brengen de bedevaarders hun koffers naar de autobus, die hen naar de TGV voert en zo huiswaarts brengt…

Ikzelf wuif hen uit terwijl mijn fiets, beladen met de 2 zijtassen achteraan, klaar staat voor de tocht over de bergen.. Ja, ik heb goede moed dat ik via de Auvergne zal kunnen trekken naar Valence, gesterkt door het gebed, de rust en de nieuwe krachten die ik mocht opdoen bij Onze Lieve Vrouw van Lourdes.

 

Wat overkomt me toch op deze dag?

Het dagverslag in mijn pelgrimboekje begin ik die avond met: “Aan de impostante kerk van Saint-Bertrand de Comminges meld ik dat ik mijn GSM kwijt ben !!!” Onderweg ergens laten liggen, misschien in het kerkje van Mauvezin, kortbij Lannemezan? Daar rustte ik even uit na een felle klim ; ik maakte er nog enkele foto’s in dat mooie kerkje dichtbij een kasteel… Sinds Lourdes deed ik al 62 km, in Mauvezin bleef ik tot 15u40.

Wat nu gezongen?

De mevrouw van “Hôtel Candide” is nog druk bezig met Spaanse klanten die een uitgebreid avondmaal nuttigen… en pas om 22u15 maakt ze tijd om naar mijn probleem te luisteren. GSM kwijt… en slechts 2 telefoonnummers genoteerd in mijn agenda: dat van mijn broer Marcel in Genk en het nummer van Jean Poesen in Bilzen.

Blijkbaar is mijn broer al slapen, alleszins geen antwoord op mijn getelefoneer. En Jean durf ik niet meer bellen, zo laat.

Wel krijg ik van de hoteldame via haar opzoekingswerk op de computer enkele telefoonnummers van Mauvezin en Lannemezan. Die noteer ik om ze morgen (of later?) door te geven aan mijn broer.

Wie weet of mijn GSM gevonden wordt… en door wie?

Ik noteerde ook nog gauw de tocht van deze dag… Via Tarbes naar Bagnères de Bigorre: 44 km, meestal vlak. Maar dan beginnen de steilere heuvels richting Saint-Gaudens. Die stad haal ik niet, maar wel Saint-Bertrand-de-Comminges, Middeleeuws bedevaartsoord op de “via tolosana”, traditionele Compostela-route… 98, 5 km.

Wanneer ik – alvorens de steile heuvel op te rijden - een foto wil maken van deze prachtige site sta ik perplex, geen GSM !

Zal ik met kopzorgen kunnen slapen? Maar ik verman mij en put moed in het gebed… “Moeder Maria, hier dicht bij de kathedaal u toegewijd in Saint-Bertrand de Comminges, bid ik deze avond: met ons zijt gij pelgrim van HOOP; wees mij genadig. U hebt me zo dikwijls HOOP en VERTROUWEN gegeven. Zo wil ik de nacht ingaan.”

 

Noordwaarts via Toulouse 

Zonder ontbijt vertrokken bereik ik al vroeg Saint-Gaudens. In een gastvrij café mag ik telefoneren… een vriendelijke jongedame leent me haar GSM… maar niemand van de opgebelde nummers geeft antwoord…’t is even vóór 09 uur op deze woensdag 23 juli.

Onderweg, op 65 km van Toulouse, koop ik in Cazères-sur-Garonne, een wegwerpfototoestel; ik wil toch een souvenir hebben van de plaatsen die ik aandoe, want de tocht gaat verder, en pelgrim ben ik meer dan ooit, vertrouwend op Gods voorzienigheid en op de goedheid van de mensen.

Ik probeer de rozenkrans te bidden, maar mijn gedachten dwalen af naar mijn verloren telefoontoestel… Ook dien ik te letten op de veiligheid onderweg, want ik fiets langs de grote “route nationale RN 817” richting Toulouse. Die stad aan de Garonne heeft de mooie bijnaam van “de roze stad”, want sinds oudsher zijn de huizen er opgetrokken in rode baksteen.

Het is lang zoeken naar de Basilique Saint-Sernin… dat is de plek waar de pelgrims komen voor de zegen en voor een stempel op hun tocht naar Compostela. Ook voor mij, pelgrim, is er de afdruk van de stempel in mijn boekje met een korte groet vanwege de koster: “Bon chemin” en de tekening van een bloemetje erbij. Gebed en kaarsje bij Sint Jozef…

Ik wil nog de stad uit, richting Albi, en volg daarbij de fietsweg langs “le canal latéral” en wanneer ik dit verlaat kom ik uit op een industrieterrein… bij toeval stoot ik op een hotel “Première Classe”. Dat komt goed uit, want 144 km op de teller en 19u30 bij aankomst.

De vriendelijke dame van het hotel geeft me een plek op gelijkvloers, want “je fiets moet mee op de kamer”. Daarenboven leent ze me haar telefoon en zo kan ik mijn broer aan de lijn krijgen: “Marcel, ik ben GSM onderweg kwijt geraakt… Kan je die en die verwittigen ?… En ik denk dat het kerkje van Mauvezin bij Lannemezan de plek is waar hij te vinden is… Ik geef u een paar telefoonnummers door…”

Hoopgevend is het antwoord van mijn broer: “ik zal mijn zoon vragen of hij uw GSM kan traceren…”

“Heer, dank voor deze dag. Ook al mis ik mijn GSM, ik voel uw Voorzienigheid en uw zorg voor mij heel de dag… en bijzonder in het vinden van een geschikte slaapplek voor de nacht.”

 

basiliek San-Sernin Toulouse. © T Poorters

 

 

Deel 2 OP WEG naar LOURDES

 

Van de Middellandse Zee naar Toulouse

Het eerste deel van mijn pelgrimstocht bracht me van Valence tot Mèze, via Avignon, Saint-Gilles, Montpellier tot aan de Middellandse Zee in Mèze bij Sète. Daar begint ook het “Canal du Midi” dat oorspronkelijk mijn route zou zijn, richting Toulouse.

Maar de weg langs dat kanaal is dikwijls verharde grind afwisselend met asfalt, zoals ook de strook van 25 km van Mèze tot Agde … ; dan maar over de grote weg tot Béziers, waar ik het middagmaal geniet (na 48 km). Vanaf nu gaat het in westelijke richting en dat betekent: wind op kop.

Op deze donderdag 17 juli voel ik me verbonden met de Limburgse bedevaarders die vandaag aankomen in Lourdes. Daar ben ik nog lang niet; ik zwoeg tegen de wind in en bereik – na wat zoeken en na 98 km – het plaatsje Olonzac waar ik dacht een hotel te vinden, maar het is blijkbaar 2 km verder, in Homps, dat er slaapplaats is… in een “chambre d’hôte”. Een Engelse dame blijkt de eigenares en zij komt me alles uitleggen over sleutel en ontbijt… haar telefoonnummer stond vermeld op de deur van het mooie huis in dit toeristische oord kort bij het Canal du Midi.

Vrijdag 18 juli: vandaag hoop ik Toulouse te bereiken, maar dat blijkt een brug te ver! ’s Morgens, na 2 uur fietsen, zie ik het mooie Carcassonne in de verte. Castelnaudary is de plek waar ik wat krachten kan opdoen bij het middagmaal. En wat blijkt? De eetlust komt terug en ik voel ook meer kracht in mijn benen, ik krijg weer wat hoop wat betreft mijn uithoudingsvermogen…Toch is het geen pleziertocht tegen de wind vooruitkomen… het is met bidden dat ik pelgrim ben en dat doe ik bijzonder voor de zieken én om veilig en wel aan te komen deze avond. 

Onderweg mocht ik even de plek bezoeken, “Le Seuil de Naurouze” waar een zekere ingenieur Pierre-Paul Riquet omstreeks 1665 het Canal du Midi is begonnen om de Middellandse Zee met de Atlantische Oceaan te verbinden.

Het is aan een mooi hotel in Donneville, op 30 km van Toulouse, dat ik mijn fiets neerzet en 113 km aflees op mijn ‘fietscomputertje’. Douche, kleren wassen, eetmaal genieten en pelgrimboekje invullen. Dank u, Heer, voor deze dag.

 

Een onvergetelijke ontmoeting

Zonder ontbijt vertrek ik op deze zaterdag 19 juli, ’s morgens vroeg, met fietslicht aan, naar Toulouse. Bezoek aan deze mooie stad hoop ik op de terugweg te kunnen doen, nu is Lourdes bereiken mijn hoofddoel als pelgrim.

Na wat zoeken geraak ik op de goede weg richting Tarbes. Temidden van glooiende landschappen bewonder ik enkele mooie kerktorens onderweg, zoals in Lombez, waar ik ’s middags wat kan verpozen; siësta volgt even daarna bij een pas gemaaid grasveld, waar ik 3 kleine reeën doe opschrikken…

In de late namiddag passeer ik enkele kleine dorpen en bemerk dat er geen stad in zicht is om een hotel te vinden, ook niet in Castelgau, toch een redelijk groot dorp. En enkele stevige hellingen zijn er te overwinnen, want de Pyreneeën naderen…

Zou in Trie-sur-Baise iets te vinden zijn? Na een mooie afdaling zie ik een grote boerderij en hoor er levendige stemmen. Ik waag het om het erf op te rijden… Natuurlijk komt een hond aanrennen, maar ook een jongen van ongeveer 12 jaar. 

“Zou ik hier mogen overnachten? Ik ben pelgrim op weg naar Lourdes” durf ik vragen aan de mama van de jongen. “Ik zal mijn vader roepen” zegt ze. Deze komt even later en met een breed gebaar nodigt hij mij aan de grote tafel… waar zijn familie aanzit voor een stevig avondmaal. Over een slaapplek hoef ik me geen zorgen te maken!

Dank u wel, Jean-Pierre en Brigitte en kinderen en kleinkinderen: een onvergetelijk avondmaal is het! Een teken van hoop en van hartelijke gastvrijheid!

De grote hangar wordt mijn slaapplaats, 3 dekens krijg ik mee..

De mooie sterrenhemel en de frisse avondlucht… wat een weelde !

Heer, dank U voor deze familie en voor uw voorzienigheid waar uw pelgrim op mag vertrouwen! Moeder Maria, breng me morgen veilig tot Lourdes.

 

In Lourdes op zondag 20 juli 

’s Morgens serveert Jean-Pierre, mijn gastheer, een stevig ontbijt bij hem in de keuken. “Wat is mijn schuld?” vraag ik hem. “Geen geld, zegt Jean-Pierre, pelgrims zijn welkom en dit gratis: “de tout coeur”.

Ik dank hem van harte en hoor hem nog zeggen: “je moet nu wel 2 km stevig klimmen”…

Inderdaad en er zijn nog wel enkele hellingen tot Tarbes. Daar kies ik de “voie verte”, de weg voor de fietsers, maar die is toch wel 10 km langer dan de rechte weg naar Lourdes; daarenboven moet ik, de eerste keer, van de fiets omdat het te steil wordt…

Kort na het middaguur bereik ik “de stad van Maria”. Een middagmaal in een Vietnamees restaurant… dat doet deugd… ik geniet van de eerste indrukken in Lourdes: Aziatische en Afrikaanse pelgrims in kleurrijke kleren… mensen op zondagmiddag.

Een kort telefoontje met diaken Paul Gielen, verantwoordelijke voor de Limburgse diocesane bedevaart, brengt me zekerheid: “Welkom in Lourdes! Je bent verwacht in hotel “National” waar de bedevaarders van Bilzen gelogeerd zijn”.

 

 


 

Ontmoeting familie Jean-Pierre in Puydarrieux Fietspelgrim © T Poorters

 

 

 

Pelgrim van Hoop in Jubeljaar 2025

 

Deel 1 DE EERSTE HETE DAGEN in de Rhône-vallei

 

Dank om het jubileum

2025 is het Jubeljaar voor de wereldkerk. Zelf mag ik een jubeljaar beleven bij de viering van 50 jaar priesterwijding. Heel dankbaar ben ik om alle blijken van waardering die me te beurt vielen bij de eucharistievieringen en recepties in Bilzen, Hoeselt en Lindelhoeven Pelt in de begindagen van juli 2025. Zelf wil ik vooreerst God en Onze hemelse Moeder Maria danken om alles wat ik in mijn leven mocht ontvangen, dankbaar om mijn familie en alle mensen die me “gedragen” hebben tot nu toe. Ook zeg ik God dank om paus Franciscus die dit jubeljaar het thema gaf “Pelgrims van Hoop”… dank om de nieuwe paus Leo XIV die ons voorgaat op deze weg van geloof.

 

Mijn vakantieplannen 2025 gingen eerst uit naar een fietstocht naar “la Sagrada Familia” in Barcelona… maar dat werd me afgeraden omwille van de hitte in Spanje… Dan 50 jaar terug naar 1975 toen ik in Murat (Cantal Auvergne) mocht vertoeven voor heerlijke vakantiedagen, stadje waar ons tantenonneke Marie-Ursule ons ontving in de “Ecole Sainte-Thérèse”… en waar ik in 1974 ook al mocht arriveren, samen met mijn broer Johan na onze eerste grote fietstocht in Frankrijk.

Traject voor 2025 zou worden: met de auto tot Valence en dan met de fiets een “Tour de France” maken als “pelgrim van hoop”, met Lourdes als voornaamste doel… en over de bergen van de Auvergne terug naar Valence via Rocamadour, Conques, Murat en Le Puy.

 

Vertrek naar en vanuit Valence 

Zondag 13 juli laad ik mijn fiets in de auto. Eerst mag ik voorgaan in de zendingsviering voor de Lourdesbedevaarders in Munsterbilzen. Hopelijk zien we elkaar omstreeks 20 juli in Lourdes!

In één ruk naar Valence rijden (830 km) is wel wat veel, vooral met de hitte die er aankomt. In Metz is er daarenboven nog oponthoud van 2 uur ongeveer. Kortbij Langres – waar de Maas ontspringt – verlaat ik de autostrade en vind overnachting in het JUM-Hotel te Saint-Geosmes na 485 km.

Maandag 14 juli

Normaal gezien zou ik in het klooster van Saint-Péray (tegenover de stad Valence) mijn auto kunnen achterlaten, maar “les Soeurs de Saint Joseph” zijn afwezig deze dagen; gelukkig hebben ze een klein klooster in Valence als vervangplaats besproken.

Het is nog even spannend wanneer de toegangspoort bij mijn aankomst om 12u00 nog gesloten is… Gelukkig komt even later een man tevoorschijn die de sleutel heeft. Dank u wel, Skanderbeg, Albanese tuinman bij de Zusters van Sint Jozef in de Avenue de la Libération te Valence.

Daar sta ik dan, helemaal alleen, in de blakende zon.

De fiets op, heb ik alles mee? En dan om 12u30, met pak en zak beladen, de stad Valence verlaten in de richting van de Rhône, de grote stroom die mij zuidwaarts zal brengen tot aan de Middellandse Zee.

Vanuit Bilzen bracht ik nog boterhammen mee en die nuttig ik wanneer ik de eerste rustplaats vind langs de “viaRhôna”, de fietsweg langs de stroom.

Een siësta hoort er ook bij, onder de bomen, langs het fietspad, dichtbij de koeltorens van een kerncentrale !

Die namiddag stijgt de temperatuur naar 37graden! 

Montélimar na 58 km is het eindpunt van deze eerste (halve) dag fietsen. Hotel “Le Printemps” wordt mijn verblijfplaats. Na een verkwikkende douche was ik mijn bezwete trui en koersbroek, een ritueel bij praktisch elke aankomst… Bij het avondmaal schrijf ik het dagverhaal in mijn pelgrimsboekje, trouwe metgezel aan wie ik mijn avonturen toevertrouw en betrouwbare bron voor dit verhaal in “Kerk & leven”.

 

Zuidwaarts naar Avignon tot Beaucaire

Vanuit Montélimar leidt de tocht via Orange naar Avignon. De bezienswaardigheden onderweg bekoren me dit jaar niet, want Lourdes bereiken op 20 juli, dat is mijn voornaamste doel.

Wel is er de mooie “Arc de Triomphe”, de Romeinse toegangspoort te Orange (foto genomen om 9 uur ’s morgens) en de stadswallen van Avignon, waar ik wel 3 km langs fiets… en dichtbij de “Pont d’Avignon” geniet van een middagmaal… 

Op deze dinsdag 15 juli is de fysieke conditie ver van optimaal, daarbij de hitte… gelukkig is er wind “van achter” en schrijf ik 123 km op als dagtotaal in de stad Beaucaire, waar ik, om 17u15, een goed hotel vind: “Les Vignes blanches”. Avondmaal is daar evenwel niet, wel suggereert men me “un restaurant chinois”, maar daar zoek ik, te voet, ruim een uur naar vóór ik het vind… 

Ik had vandaag graag de stad Saint-Gilles gehaald, maar ik dacht: “Luister naar uw lichaam. Je bent moe, ga niet de vermoeidheid te boven… je bent 50 jaar priester en 74 jaar !...Morgen is een nieuwe dag”.

 

Ontmoeting in Saint-Gilles

Eigenlijk ben ik even uit de Rhônevallei wanneer ik op woensdag 16 juli de stad Saint-Gilles du Gard aandoe op de “via tolosana”, de Compostela-route vanuit Arles. Saint-Gilles is de plaats waar de heilige Gillis als eremiet heeft geleefd en begraven is… de heilige die ook in Tongeren vereerd wordt op Mulken… met noveen en feestviering de eerste zondag van september.

In de mooie kerk, de “Abbatiale Saint-Gilles” mocht ik een Belgische priester ontmoeten, Christian Wijnants, die als pastoor dienst doet uitgerekend in Sint-Gillis Brussel, de kampioen voetbal 2025 van België !

Hij raadt me aan om de crypte te bezoeken en het graf van de heilige Gillis te vereren. Kaarsje en gebed voor vele intenties.

 

Tot de Middellandse Zee in Mèze

De tocht deze dag was niet zo opwindend. Even volg ik vanuit Beaucaire een kanaal, maar dan verkies ik de grote baan, waar ik me toch veilig voel, want er is meestal een brede strook asfalt rechts van de volle witte lijn.

Wel moet ik “vechten” met de wind die voortdurend draait… en met mijn povere fysieke conditie… Dikwijls bekruipt me, in de namiddag, de goesting om ergens te gaan liggen en te rusten… Onderweg koop ik een fles water in de Lidl of stop aan een café voor een “menthe à l’eau”. Ook vandaag 37° !

Via Montpellier, waar ik ’s middags in Le Cres een restaurant vind, houd ik de hoofdrichting Béziers en Sète aan… 

De Middellandse Zee is dichtbij wanneer ik aan het “Etang de Thau” de oesterkwekerij zie… en in een tankstation met een cola mijn dorst lessen kan, maar ook mijn laatste krachten moet aanspreken om de helling op te rijden naar Mèze, waar ik “Hôtel du Port” als slaapplaats vind. Toch 128 km vandaag.

Heerlijk die avond aan de baai met de vele bootjes… en met LENA, een muzikante die op haar electrische gitaar wel 3 uur lang instrumentale popmuziek brengt…Ik vergeet te gaan eten… Wel drink ik 2 pintjes bier…en geniet van de muziek bij het schrijven in mijn pelgrimboekje. 

Morgen vertrekken de Lourdesbedevaarders. Moeder Maria, bescherm uw pelgrims. Amen.


 

15 juli Avignon fietspelgrim © T Poorters
16juli Mèze Gitariste LENA fietspelgrim © T Poorters
16juli Saint-Gilles Fietspelgrim © T Poorters
Vorige Volgende

Lees meer

gebedsintentie paus augustus 2024: politieke leiders
readmore

Gebedsintentie paus augustus 2024: voor politieke leiders

icon-icon-inspiratie
CCV in actie
readmore

Verhoogde fiscale aftrek van giften. Steun CCV.

icon-icon-information
Vakantie © Afbeelding van DarkWorkX via Pixabay
readmore

Vakantie, toch een hele organisatie

icon-icon-information

Recent bezocht

Bekijk je recent bezochte microsites, auteurs en thema's
© 2025 Kerk en Media vzw
Vacatures
Contact
Voorwaarden
YouTube
Twitter
Facebook