Op 11 juli was het zover. Na een maand intens voorbereiden op een 'coronaproof'-kamp mochten ze eindelijk vertrekken...
Op 11 juli was het zover. Na een maand intens voorbereiden op een ‘coronaproof’ kamp mochten ze eindelijk vertrekken. Alle ouders zwaaiden hun dochters met mondmaskers uit, waarna ze met 141 Chiromeisjes, verdeeld over drie bubbels, koers zetten richting Ham. Na de maandenlange quarantaine genoot iedereen zichtbaar van het opnieuw onder elkaar zijn. De leiding wachtte in spanning af om te zien in hoeverre de leden zich aan de bubbels zouden houden, maar ze konden niet trotser zijn toen het kampliedje voor de eerste keer afgespeeld werd en alle leden uit hun tenten kwamen met hun mondmasker aan om hun handen te gaan wassen. Tien dagen lang leefden ze zich helemaal uit. Ze speelden de gekste spelen, zongen de longen uit hun lijf en konden niet stoppen met schaterlachen. Hoewel het soms wat lastig was om niet even bij vrienden in een andere bubbel te gaan zitten, bleven ze doorzetten en riepen dan maar vanop een afstand naar elkaar wat ze al hadden meegemaakt op kamp. Het kamp kon afgesloten worden met een spetterend kampvuur waarna ze moe, maar voldaan, terug naar huis keerden.