Beste mensen van Gijmel, Langdorp en Wolfsdonk,
Majesteiten en sires,
Hoe moet je eigenlijk zulke koninklijke mensen aanspreken?!
Wat goed dat jullie allen tezamen zijn gekomen. Net als iedereen die mekaar vonden in de stal.
Dat was niet evident.
Samen op weg gaan zoals Jozef en Marie met de vraag in welke omstandigheden kun Kind kan geboren worden.
Samen op weg gaan zoals de herders. Laten we onze schapen achter? Nemen we ze mee? Diezelfde onzekerheid. Waar gaan deze wegen naar leiden? Ook al zeggen engelen ‘Vrees niet’
Samen op weg met de wijzen, de drie Koningen, op zoek naar de ultieme zin, de ware gerechtigheid, de bron van het geloof... Is het wel een goddelijke ster die ze volgen.
Het samen op weg gaan van vroegere geloofsgemeenschappen lijkt wel het zelfde avontuur. Is het soms niet een donkere nacht? Waar gaat het ons brengen?
Maar alle zoeken, alle vragen, alle plannen naar een nieuwe eenheid toe heeft zeker zijn zin en betekenis als het ons leidt naar de Kerststal, naar dat Goddelijk Kind dat mensen in al hun veelkleurigheid, ongeacht afkomst, ongeacht titulatuur en achtergrond mensen wil omarmen. Het verbeeldt het Goddelijk Mysterie dat zegt: Hier is niemand minder. Hier is niemand meer. Jullie mogen allen delen in mijn liefde die ik jullie onvoorwaardelijk schenk. Dat is wat ons verbindt. Niets minder. Niets meer.
Uit uw koninklijke erfenis, de rijkdom van jullie vroegere gelovig samenzijn brengen jullie goud, wierook en mirre aan. Het is de schat van geloofservaringen, van geloofsontmoetingen, van samen vieren en gemeenschap opbouwen, van ten dienste staan aan mensen en samen het goed nieuws brengen. Het is niet voorbij. Het is niet verloren. Het had allemaal zijn betekenis. Ons verder zoeken om als één nieuwe geloofsgemeenschap verder te werken mogen jullie allemaal mee optillen tot koninklijke geschenken aan het Goddelijk Kind. Weemoed zal er altijd wel nog een beetje zijn. Zeker om wat goed was. Maar dit nieuwe samenzijn mag jullie versterken en helpen op de weg die jullie verder zullen gaan, om verder te bouwen op wat gisteren was.
De wijzen en koningen werden in hun droom gewaarschuwd om langs een andere weg naar huis terug te keren. Het mag ons aansporen om stil te staan bij wat Gods droom is en blijft voor deze wereld, voor ons, mensen. Nu in deze troebele tijden die we evenzeer beleven..
Ik spreek de hoop uit dat jullie langs een andere weg, op een andere wijze, naar huis mogen gaan. Met de vreugde in het hart. We hebben het Kind gezien. We hebben mekaar gevonden. Het leven leidt ons bij alle dimensies van ons mens-zijn naar nieuwe situaties. Vandaag ook in ons samen Kerk zijn. Laten wij de boodschappers geloven die zeggen ‘Vrees niet’. Laten wij het Kind eren.
Laat jullie omarmen door Gods onvoorwaardelijke Liefde
zoals ze tot ons kwam
in dat onschuldig Kind,
en keer jullie naar de andere toe, dé Andere,
open jullie armen, open jullie handen,
en ontvang…en deel…