De kapel van Sint-Jozef
In de Nieuwstraat in Boutersem kan je nu de flink opgeknapte en verzorgde kapel van Sint-Jozef bezoeken. Dat is niet altijd zo geweest. Ooit was het een verloederde en door vandalen ontmantelde devotiekapel.Ze werd opgericht door de familie POLUS van Boutersem, begin 20ste eeuw en toegewijd aan schutspatroon Sint-Jozef.
Oprichting
Eind 19de, begin 20ste eeuw liet de familie POLUS een perceeltje grond van 40 ca. afbakenen, gelegen in de benedenhoek aan de afwateringsbeek en de servitudeweg van de kerkfabriek Sint-Hilarius. Dit om hierop een devotiekapel toegewijd aan Sint-Jozef op te richten. De kapel kreeg het uitzicht en de stempel van eenvoudige neo-gotiek maar opvallend was wel dat het gebouw qua grootte, dakconstructie, spitsboogvensters, deuropening en gebruikte materialen veel gelijkenis vertoonde met de "noodhelperskapel" die in 1881 opgericht werd door Joris Helleputte maar verdween (afgebroken) in 1994/1995. Deze gelijkenis doet vermoeden dat de ‘Poluskapel’ ook door Helleputte werd ontworpen.
De kapel kreeg een massieve eikenhouten ingangsdeur met een groen halftransparant glaspaneel, was binnenkant bepleisterd en wit geschilderd met rode lijntjes om de bouwblokken te imiteren. Ze werd aangekleed met een klein altaar tegen de achterwand met een prachtig groot gipsen en gekleurd Sint-Jozefbeeld.
Toezicht, onderhoud en versiering werden vrijwillig en met volle inzet uitgevoerd door buurtbewoners. Vooral ter gelegenheid van kerkelijke hoogdagen en uiteraard voor de Sint-Hilariusprocessies, gebeurde dan de grote kuis en kreeg de kapel voor de ingangsdeur een tapijtje van wit zand en bloemsnippers. Aan de kapel kwam de pastoor dan van onder de "hemel" en zegende de knielende menigte met de monstrans vanop de drempel van de kapel.
Einde goed alles goed
Na W.O.II nam het verkeer op de "Grote Steenweg" een spectaculaire uitbreiding en van 1948 tot 1951 werd het kasseienwegdek tussen Leuven en Tienen vervangen door beton.
Omwille van de verkeersveiligheid vaardigde het provinciebestuur van Brabant in 1960 een verordening uit om de rijksweg te schrappen in het traject van de processie. Hierdoor verdween de kapel uit de kerkelijke actualiteit. Toezicht en onderhoud deemsterden weg en het gebouw werd een gemakkelijke prooi voor diefstal en afbraak.
In 1996 ontving de kerkfabriek Sint-Hilarius van Juffrouw POLUS een voorstel om de kapel als schenking op te nemen in het kerkelijk patrimonium. Dit leek wel aanlokkelijk maar er waren moeilijkheden i.v.m. de gestelde voorwaarden. De Kerkraad besliste, gezien de onmogelijkheid om de gestelde voorwaarden te kunnen naleven, de schenking niet te aanvaarden. Op 24 april 1998 overleed Juffrouw Julia Polus als laatst levende van de zeven gezusters POLUS en laatste beheerder van het Polus-patrimonium. De erfgenamen hernieuwden het voorstel om de kapel op te nemen in het kerkelijk patrimonium voor de symbolische 1 Belgische frank. Na nieuwe beraadslaging maakte de kerkfabriek aan het schepencollege een voorstel over om de kapel op te nemen in het gemeentelijk erfgoedpatrimonium als (nog) niet beschermd monument. Dit voorstel werd niet aanvaard maar de Heemkundige Kring Velpeleven verwierf de toelating om de kapel te restaureren. Einde goed alles goed. De herstellingswerken startten begin 2004. Op zondag 20 maart 2005 werd de kapel heringewijd door deken pater Georges Vervust.
Momenteel zorgt een weldoener, die anoniem wenst te blijven, dat de kapel onderhouden wordt.
Bewerking van een tekst van Jan Vindevogel door Jeannine Laurent.
Lourdesgrot Boutersem
De parochie St-Hilarius Boutersem beschikt over een mooie grot genaamd de Lourdesgrot.
De grot werd gebouwd in de pastorietuin anno 1954 door Victor Malt in opdracht van pastoor Stillaert. Regelmatig liet de pastoor in de grot, zeker in de meimaand, gebedsvieringen plaatsvinden. Het laatste weekend van mei was er traditioneel een gebedsdienst met nadien gebak en koffie in de pastorie.
De grot werd onderhouden door vrijwilligers, voornamelijk door Josée Laermans, Jos Vandenbosch, Annie Thirion en Gust Vranckx.
Nadat pastoor Stillaert de parochie verlaten had werd hij eerst opgevolgd door pater Rik Demol en een paar jaar later door pastoor Thiry Luc die de verantwoordelijkheid op zich namen.
De grot was langzamerhand door de tand des tijds een beetje verwaarloosd en aan een opknapbeurt toe. De 4 vrijwilligers staken de hoofden bij elkaar en handen uit de mouwen om dit op te lossen. Het pleintje voor de grot werd heraangelegd, verhard, nieuwe verlichting geplaatst. Er kwam ook er nieuwe aanplanting.
Pastoor Luc Thiry organiseerde er opnieuw gebedsvieringen, die tijdens het laatste weekend van mei deze werd opgeluisterd door het zangkoor St-Hilarius.
Toen Jos en Joséé omwille van gezondheidsredenen moesten stoppen met het onderhoud van de grot, deden Gust en Annie alleen verder.
Nadat pastoor Thiry Luc tot deken genoemd werd in Lubbeek kwam pater Georges Vervust als pastoor in onze parochie. Deze nam de fakkel over en deed met passie verder wat zijn voorgangers begonnen waren. De gegroeide traditie van gebedsvieringen werd verder gezet.
Bij het sluiten van de kerk St-Hilarius stopten ook op de gezegende leeftijd van 80 jaar Gust en Annie met het onderhoud. Het verder verloop van onze grot is afwachten maar wij hopen op een goede afloop.
Gust en Annie.