Vrijwilliger in de Kerk: van misdienaar tot lid van het pastoraal team
Jo, een aantal lezers kennen jou wellicht al. Maar toch als begin, kan je jezelf eens voorstellen?
Ik woon al mijn hele leven in Slijpe. Het grootste deel daarvan was ik leraar Latijn in het Sint-Godelievecollege in Gistel.
Bijna zes jaar geleden ging ik met pensioen, maar toegegeven: het bloed kruipt waar het niet gaan kan.
Nog wekelijks begeleid ik op vrijwillige basis leerlingen in hun studies; ik help hen vooral door structuur aan te bieden, uitleg te geven in klare taal, samenvattingen te maken en een goede studiemethode aan te leren. Het is zalig om te zien hoe ze groeien!
Lesgeven lijkt voor jou wel een roeping?
Misschien wel. Ik was pas dertien, toen mijn leraar Latijn in het college van Oostende zó boeiend vertelde over de Grieken en de Romeinen, dat mijn besluit vast stond: ik zou leraar Latijn en Grieks worden.
Wat ik toen nog niet besefte, is dat ik niet alleen zou kennismaken met twee mooie talen, maar ook zou ondergedompeld worden in de rijke Grieks-Romeinse en joods-christelijke cultuur.
Een prachtige wereld ging voor me open.
Maar eens je voor de klas staat, besef je snel dat je niet alleen kennis moet overdragen, maar dat je ook opvoeder bent en een belangrijke rol kan spelen in de persoonlijke en sociale ontwikkeling van je leer-lingen.
In plaats van vóór hen te staan, moet je af en toe ook eens naast hen gaan zitten, om naar hen te luisteren en aandacht te hebben voor wie ze zijn en wat ze doen. Die interesse voor de mensen om me heen is altijd de motor geweest voor mijn handelen.
Heel mijn loopbaan ben ik op school ook personeelsafgevaardigde geweest, d.w.z. goed luisteren om te weten wat er leeft en een stem zijn voor wie het niet durft of kan zeggen. Het is een vorm van dienstwerk, de basis van elk vrijwilligerswerk.
Wat was eigenlijk je eerste werk als vrijwilliger?
Daarvoor moet ik ver teruggaan, tot in mijn jeugd.
In het vijfde en zesde leerjaar was ik in Slijpe misdienaar bij pastoor Marcel Teerlynck.
Elke weekdag – nog vóór de schoolbel ging – diende ik de mis.
Op zaterdagmorgen was ik present in de kloosterkapel van de zusters en ‘s zondags waren we met zijn drieën in de vroegmis en de hoogmis.
De koster leerde ons de knepen van het vak: synchroon buigen en knielen, Latijnse gebeden meebidden zonder ze te begrijpen, de zware kazuifel van de pastoor netjes over de zetel draperen, het wierookvat plechtig hanteren en perfect op de gong slaan tijdens de consecratie.
Vooral in de Goede Week sloeg de stress wel eens toe: de speciale vieringen eisten al onze aandacht.
Al was het toen wel leuk om met de houten ratel door het dorp te lopen, omdat de klokken naar Rome waren!
En we waren natuurlijk ook heel fier op ons apart statuut: als er een uitvaart was, mochten we de klas verlaten en zag de meester ons de rest van de voormiddag niet meer terug.
En bij een huwelijk was het ook voor ons feest: dan mochten we de pasgehuwden en hun familie ‘stroppen’ bij het buitengaan; zo verdienden we onze eerste centjes!
Ik heb me laten vertellen dat je ook een verleden in het voetbal hebt?
Ik zie de verbazing in je ogen, maar het is waar.
In mijn jonge jaren voetbalde ik bij SK Spermalie, maar een zwaar ongeval tijdens een wedstrijd maakte een einde aan mijn voetbaldroom.
Ik was pas 19, studeerde nog en moest door een lange en zware revalidatie.
Na mijn studies vroeg het bestuur me om trainer te worden van de eerste ploeg: een hele uitdaging om als jonge gast leiding te geven aan voetballers die een heel stuk ouder waren.
En van het een kwam het ander: ik werd bestuurslid en heb vele jaren ongeveer alle taken uitgevoerd die je maar kunt bedenken: trainer, penningmeester, ploegafgevaardigde, ticketverkoper en terreinverzorger.
Maar de mooiste herinneringen bewaar ik als jeugdtrainer en lid van het jeugdbestuur. Door de unieke samenwerking tussen Spermalie en Lombardsijde waren we niet alleen een voetbalclub, maar eigenlijk ook een jeugdvereniging met zeer diverse activiteiten en met in de zomer de legendarische voetbalkampen in het college van Heusden-Zolder!
Dat was nog vrijwilligerswerk in zijn puurste vorm: trainers, bestuurders, medewerkers en ouders bezorgden de jonge voetballers én henzelf de tijd van hun leven!
Maar het grootste deel van je vrijwilligerswerk speelt zich tot op vandaag toch af in en rond de Kerk?
Zeker. De Kerk loopt als een rode draad door mijn leven.
Zoals het katholiek onderwijs bijvoorbeeld.
Mijn eerste contact was als vrijwilliger tijdens de legendarische Tempeliersfeesten ten voordele van de plaatselijke vrije school en gemeenteschool, een engagement van ongeveer vijftig jaar.
In de loop van de jaren ben ik ook lid geworden van het schoolbestuur van het katholiek onderwijs in Middelkerke o.l.v. pastoor Luc De Baene zaliger.
De organisatie van het vrij onderwijs en het onderhoud van de vijf schoolgebouwen kosten handenvol geld, maar gelukkig gaf de fusie met de Zeemeeuw in Oostende ons wat meer financiële ademruimte.
Vandaag heet onze schoolgemeenschap ‘Bewonderwijs’.
Ik ben er lid van de raad van Bestuur dat in 13 bruisende basisscholen in Middelkerke en Oostende vrij onderwijs organiseert voor 2500 kinderen.
Als schoolcoach van de Sint-Jozefschool in Leffinge en Slijpe hou ik voeling met wat er leeft.
En dan is er natuurlijk je vrijwilligerswerk in de parochie?
Voor mij is alles begonnen in de Sint-Niklaasparochie van Slijpe, waar ik in de voetsporen stapte van mijn vader, die sociaal bewogen was; hij was secretaris van de COO in Slijpe (nu het OCMW), voorzitter van de gepensioneerdenbond, en ook penningmeester en nadien voorzitter van de kerkfabriek.
Mijn vader had een goede pen: hij maakte mooie historische overzichten van zijn kerk en parochie en schreef bezinningsteksten voor de kerstvieringen.
Dat deed ik hem later na, toen ik kerstvieringen, paasvieringen en verzoeningsvieringen maakte.
Ook zingen deed ik graag: samen met de organist heb ik 30 jaar de weekendviering opgeluisterd, zong ik in het Sint-Niklaaskoor en het begrafeniskoortje.
Vanuit de parochieraad zetten we in op nabijheid, warmte en ontmoeting.
Meer dan eens werd de viering afgesloten met een kleine receptie.
En dan is er nog je engagement in de kerkfabriek van Slijpe?
Ja, een engagement van ondertussen 29 jaar, waarvan 7 jaar als secretaris en 20 jaar als voorzitter.
Heel veel energie en tijd (10 jaar) gingen naar de volledige restauratie van de Sint-Niklaaskerk.
De realisatie van de muurschilderingen over de tempeliers was één groot avontuur dat me toch fier en blij stemt; ze zijn de levensverzekering van onze kerk.
De stille schoonheid is voor veel bezoekers een uitnodiging om te bidden of om tot rust te komen.
De kerk openmaken en sluiten, de kaarsen ontsteken en het portaal vegen zijn een dagelijks ritueel geworden.
Ondertussen ben ik ook al 15 jaar lid van het Centraal Kerkbestuur, waarvan 4 jaar als voorzitter.
En om het lijstje compleet te maken: sinds oktober 2023 ben ik ook verantwoordelijke van de parochie in de kerkfabrieken van Schore, Mannekensvere, Lombardsijde en Westende, ter vervanging van pastoor Bart die deken werd van het decanaat Oostende – Blankenberge.
In al die tijd is er veel veranderd in de Kerk. Hoe kijk je daarnaar?
Toen ik misdienaar was, zat de kerk in Slijpe op zondag nog twee keer vol, en vandaag – een halve eeuw later – zien we in heel Vlaanderen veel lege stoelen.
De secularisatie heeft de kerken langzaam maar zeker leeggezogen; in de verschillende fases van schaalvergroting en rationalisatie voelden we ons steeds meer crisismanagers.
In 1998 werd de federatie Spermalie opgericht, een samenwerkingsverband tussen de 6 parochies van het hinterland, geleid door twee pastoors en een stuurgroep.
In 2017 kwam de federatie Middelkerke – Spermalie (9 parochies en 2 pastoors), waarbij het zwaartepunt kwam te liggen op de kustparochies Middelkerke, Westende en Lombardsijde.
Sinds 2021 is deze federatie omgedoopt tot de pastorale eenheid Sint-Andreas Middelkerke.
Ik zit vandaag 20 jaar in het bestuur en besef zeer goed dat deze trend nog niet meteen zal stoppen.
Maar dat maakt me niet verkrampt of moedeloos.
Misschien komen we juist op die manier tot een authentiekere beleving van ons geloof en zeker tot een vernieuwde verbondenheid.
Jullie blijven dus niet bij de pakken zitten?
Helemaal niet.
Het heeft geen zin om in een hoekje te zitten klagen over wat er vandaag niet meer is.
Pastoor Bart waakt erover dat we onze blik op de toekomst richten en hoopvol blijven.
Hij zorgt ervoor dat de schwung in het pastoraal team blijft.
In dat team leid ik de werkgroep communicatie.
Met een klein, maar gedreven groepje stoppen we veel energie in een mooie invulling van de vier lokale bladzijden van Kerk en leven, de digitale nieuwsbrieven en de website.
Met onze brochures ‘Toeren tussen torens’ en ‘Hemels licht’ laten we een ruimer publiek kennismaken met ons rijk en waardevol patrimonium.
En met de herinrichting van de Sint-Willibrorduskerk hopen we op een nieuwe dynamiek in onze pastorale werking!
Drie keer per jaar wordt ons pastoraal beleid afgetoetst in de parochieraad.
Tot slot, heb je nog een boodschap of wens voor onze lezers?
Mijn vele engagementen zijn bijna een fulltime job geworden.
Dat is nu eenmaal het lot van heel wat vrijwilligers die steeds meer moeten doen met steeds minder mensen.
Daarom nog eens een warme oproep: kom eens kijken en luisteren.
Je zult nieuwe mensen ontmoeten en je gewaardeerd voelen.
Vrijwilligerswerk verrijkt je leven en houdt je jong!
Luc Vanden Bogaerde