Vrijwilliger zijn zonder grenzen
Tijdens ons bezoek aan welzijnsschakel Integraal in Brugge treffen we twee Middelkerkenaars:
bezieler Zuster Noëlla Lapon uit Mannekensvere en vrijwilliger Ronny Devriendt uit Slijpe.
Allebei dragen ze de zorg voor hun medemens hoog in het vaandel.
Zr. Noëlla, je woont al 35 jaar in Brugge, maar je bent geboren en getogen in Mannekensvere?
Inderdaad. Het landelijke en lieflijke Mannekensvere is mijn geboortedorp. Ik ben de doch-er van Gerard Lapon en Blanche Verhelst die hun hele leven een bakkerij en kruideniers-zaak uitbaatten in het dorp.
Ze voelden zich nauw verbonden met de kerk en de parochie.
Moeder is lid geweest van de kerkraad en toen vader met pensioen ging, werd hij koster bij pater Vermeire.
Beleefde je een mooie jeugd in Mannekensvere?
Zeker! Vooral mijn jaren bij KLJ Mannekensvere – Sint-Joris waren prachtig en hebben in mijn leven veel betekend: ik leerde er wat zich engageren is, kreeg een groeiend respect voor de landbouw, en kon meewerken aan heel wat culturele activiteiten.
Maar op mijn 21ste werd ik zwaar ziek: ik werd getroffen door een hersentumor, maar herstelde na een jarenlange revalidatie. ‘Ga maar mee op broodronde met je vader’, zei de dokter, ‘dat zal je deugd doen!’
Nog elke dag ben ik dankbaar dat ik van God die nieuwe kans gekregen heb.
Toen ik 35 was, besloot ik in te treden bij de Zusters Maricolen in Brugge.
Leven voor God, in gemeenschap met zusters, en zich mogen inzetten en zorgen voor mensen betekent voor mij heel veel en maakt mij gelukkig.
Gezonden door mijn congregatie kon ik dit engagement heel concreet maken in welzijnsschakel Integraal.
Je bent al vele jaren de draaischijf in Integraal. Een bijzondere naam voor een bijzondere organisatie?
Integraal is één van de 190 welzijnsschakels in Vlaanderen, verbonden met de beweging Welzijnszorg.
De grote drijfveer van deze beweging is ARMOEDE UITSLUITEN.
We zijn een vrijwilligersorganisatie die een schakel vormt met mensen in armoede.
Onze vrijwilligers zetten zich in voor de arme, vanuit een nederige houding van medemenselijkheid.
We kozen voor de naam ‘Integraal’ – een begrip uit de wiskunde, zoals je je misschien nog herinnert uit je schooltijd – omdat we een huiswerkschool zijn, waarin we jongeren en volwassenen die leerachterstand opgelopen hebben willen helpen.
In onze naam klinkt ook het woord ‘integratie’, want we proberen mensen in de samenleving te integreren.
Wie of wat inspireerde jullie om Integraal op te richten?
We zijn gestart in de zomer van 1999.
We kenden al de welzijnsschakel ’t Gezelletje in Oostkamp, waaraan wij ons wilden spiegelen; en ik was toen ook vrijwilligster in Home voor Daklozen in Brugge, waar een zestal allochtone vrouwen opgevangen werden samen met hun kinderen.
Maar de kinderen hadden het heel moeilijk op school.
Toen groeide het idee om een huiswerkschool op te richten.
Bij de Zusters Maricolen leefden en werkten de zusters toen al voor ‘het onderwijs van het volksarme kind’.
De zorg voor kinderen met weinig kansen is steeds de bekommernis van de zusters geweest.
Hoe moet ik me de beginperiode van Integraal voorstellen?
We zijn klein gestart, met een vijftal vrijwilligers, die meteen ook onze bestuursploeg vormden.
Van mijn medezusters kregen we een prachtig cadeau: ze stelden een leegstaand huis in Rozendal 5 ter beschikking, dat we meteen opgeknapt hebben: schilderen, meubels verzamelen, gezellig inrichten, er een echte ‘thuis’ van maken.
De verf was nog niet droog, toen we al startten met huiswerkbegeleiding.
Uitdagingen waren toen onze werking bekend te maken bij verschillende diensten en fondsen verzamelen.
Integraal is ondertussen meer dan een huiswerkschool. Hoe zijn jullie georganiseerd?
We zetten in op drie domeinen: onderwijs, ontmoeting en interreligieuze dialoog.
Onderwijs is onze basisactiviteit.
We zijn gestart met een huiswerkschool voor kinderen en jongeren, maar ondertussen geven we ook lessen Nederlands voor volwassen allochtonen, die geen Nederlands kennen en ook geen officiële cursus Nederlands kunnen volgen.
Daarnaast hebben we ook een zomerschool voor allochtone nieuwkomers tussen 6 en 18 jaar, die minder dan 2 jaar in België wonen.
Even belangrijk zijn de leesmomenten voor kinderen in de herfst- en krokusvakantie en paasvakantie.
In onze ontmoetingsruimte organiseren we praatgroepen Nederlands voor allochtonen, in-stuifmomenten voor Belgische mensen in armoede en verder ook een Sinterklaasfeest en een paaseierenraap.
Ten slotte hebben we ook bijzondere aandacht voor de interreligieuze dialoog, in het bijzonder de dialoog moslims – christenen.
Je merkt het, hier is altijd leven in huis!
Ronny, je bent één van de vele vrijwilligers in Integraal. Hoe ben jij als Slijpenaar in deze Brugse welzijnsschakel beland?
Dat heeft alles te maken met een toevallige ontmoeting in Schore met zuster Noëlla.
Steeds op zoek naar nieuwe vrijwilligers vroeg ze me – toen ik als schooldirecteur en onderwijzer met pensioen ging – of ik geen zin had om mee te werken in de welzijnsschakel.
Ik zag dat wel zitten en in de zomer van 2008 kreeg ik al meteen mijn eerste taak: de cijfers en de wiskundetafels leren aan Selam, een Ethiopisch meisje van 15, dat haar ouders verloor in de burgeroorlog, en moederziel alleen op het vliegtuig naar België werd gezet.
Ze werd opgevangen in een Brugs pleeggezin en volgde bij mij drie keer per week les om te kunnen starten in een OKAN-klas (Onthaalklas voor anderstalige nieuwkomers).
Het doet deugd om achteraf te horen dat zij haar diploma gehaald heeft en vandaag aan het werk is als kapster.
Wat motiveert je om elke week naar Brugge te trekken om hier als vrijwilliger te werken?
Mijn belangrijkste motivatie zijn de leerlingen zelf.
Het geeft me een grote voldoening om te zien hoe zij met de nodige ondersteuning opveren, geloof en vertrouwen winnen en uiteindelijk hun doel bereiken.
Wat zijn ze dankbaar dat Integraal hen die kans geeft!
Zoals Laxmi, een Nepalese jongen, die zich liet inschrijven onder impuls van zijn ouders.
Toen hij hier als 16-jarige arriveerde kende hij bijna niets.
Hij kreeg van mij wekelijks hulp voor Nederlands, wiskunde en algemene vakken, maakte plichtsgetrouw zijn oefeningen, en behaalde zijn diploma.
Ik leerde hem ook autorijden en begeleidde hem in zijn zoektocht naar een job.
Hij werkt nu als elektricien in een groot bedrijf.
Zo’n gelukte integratie is het mooiste cadeau, dat Laxmi en wij konden krijgen!
Met hoeveel vrijwilligers zijn jullie hier?
Niet schrikken, alles samen telt Integraal zowat 250 vrijwilligers.
Ik ben blij dat ik één van hen ben en me lid mag noemen van een grote familie, waar ik me thuis voel.
Het enthousiasme en de bezieling van zuster Noëlla, de vriendschappelijke sfeer onder de collega’s, maar vooral het grote geluk van de jongeren als ze hun schoolresultaten komen tonen zorgen ervoor dat ik dit vrijwilligerswerk nu al 16 jaar met veel plezier doe.
Zuster Noëlla, zo te horen ben jij een beetje de moeder én het gezicht van Integraal?
Dat is fijn om te horen. Ja, Integraal is mijn thuis en dat gevoel wil ik ook geven aan ieder-een die hier over de vloer komt op zoek naar steun en een duwtje in de rug. Onze deur staat – letterlijk! – altijd open: wie aanklopt, is welkom! Ik ben verantwoordelijk voor de dagelijk-se werking en doe dagelijks vele kleine en soms wat grotere taken: regelingen treffen, aan-kopen doen, inschrijven, gesprekken voeren met onze bezoekers, onze vrijwilligers informe-ren en beluisteren. Uiteindelijk zijn zij het die door hun belangeloze inzet Integraal draaiend houden. Dat stemt me gelukkig. Maar mijn grootste geluk én motivatie krijg ik van Jezus. Vanuit mijn relatie met Jezus voel ik mij aangespoord om gevoelig te blijven voor de noden van mijn medemens, om ‘goed te doen’, altijd beschikbaar te zijn, want ‘mijn tijd is mijn tijd niet’.
We leven in geen gemakkelijke tijd, zuster. Ervaar ook jij een verharding in onze maatschappij waarin het dikwijls elk voor zich is?
Ja, dat ervaar ik zeker, en juist daarom zijn welzijnsschakels zo belangrijk.
We willen tegengas geven en het stemt ons blij dat welzijnsschakels als paddenstoelen uit de grond groeien.
Wij waren de eerste in Brugge, maar ondertussen zijn we al met vier in groot Brugge!
Wij tonen dat het ook anders kan.
Er zijn nog altijd veel mensen die bekommerd zijn voor hun medemensen en zich voor hen willen inzetten als zij het moeilijk hebben.
We zijn trots op onze vrijwilligers die gratis en voor niets helpen en steunen.
Ze vormen een sterke schakel met de mens in armoede.
Hun vrijwilligerswerk doet hen groeien als mens.
Dan mag ik besluiten dat je de toekomst hoopvol tegemoet ziet?
Deze week zei een vrijwilliger me nog: ‘Ik ben bang voor de toekomst van mijn kleinkinderen.
In welke wereld zullen zij leven?’
Het is een vraag die ons allemaal bezighoudt.
En toch geloof ik in de goedheid van mensen.
Bekommerd zijn om de mens, elkaar bevestigen, gewoon goed zijn voor mensen nodigt uit tot goedheid.
Vrijwilligers zaaien zaadjes van goedheid.
Mogen de zaadjes op goede grond terecht komen. Mogen mensen blijven kracht ontvangen om de wereld beter te maken.
Jo Broucke