Klaar voor een nieuwe start?
“Franciscus van Assisi en broeder Masseüs komen op een driesprong. Op de vraag van Masseüs welke weg ze zullen kiezen, antwoordt Franciscus enigmatisch: ‘De weg die God ons toont.’ Masseüs fronst de wenkbrauwen waarop Franciscus hem blindelings rondjes laat draaien tot hij plots roept: ‘Sta stil en verroer niet! Naar welke kant wijst je gezicht?’ Masseüs antwoordt duizelig: ‘Naar Siena.’ Franciscus zegt opgewekt: ‘Dat is de weg die God ons wil laten gaan’, waarop ze hun broederlijke avontuur voortzetten” (Fioretti-verhalen).
Bij de start van een franciscaanse inspiratiewandeling vertel ik vaak dit verhaal uit de Fioretti, verhalen over het leven van Sint-Franciscus. Dat kinderlijke ronddraaien in het Fioretti-verhaal doet me vanzelf denken aan die vele speelplaatsen op basisscholen die na een lege zomervakantie nu volop herleven door de vrolijke spelen van uitbundige kinderen. Het fantasievolle en kleurrijke vermaak van kinderen heeft in alle eenvoud iets ontwapenends, Van hun lichtvoetigheid en vertrouwensvolle overgave kunnen wij als ernstige volwassene iets leren.
Worden als kinderen …
Ook in het Evangelie plaatst Jezus kinderen in het midden als voorbeeld. “Wie het koninkrijk Gods niet aanneemt als een kind, zal er zeker niet binnengaan” (Mc 10, 15). Welke kinderlijke kwaliteiten hebben we nodig om het koninkrijk Gods te kunnen ontvangen en hoe komt het dat we die als volwassene zijn ontgroeid? Misschien is de voornaamste kwaliteit wel de onbevangenheid waarmee een kind de wereld leert ontdekken als een wonderlijk avontuur vol nieuwe verrassingen. De filosoof Paul Ricoeur verwoordt dat treffend als een tweede naïviteit: doorheen het kritische denken toch in staat zijn om – tegen beter ‘weten’ in – te geloven in de zachte krachten, de kwetsbare schoonheid, een nieuw begin ... Echt volwassen worden is op een bijzondere manier terugkeren naar de openheid waarmee een kind zijn of haar eerste stapjes zet in deze wereld, voorbij het cynisme en de bitterheid van het hart.
“Heb je wel gehoord van de zeven, de zeven? Heb je wel gehoord van de zevensprong?”
Hoewel we als volwassene opgeroepen worden om ons te spiegelen aan de kinderlijke onbevangenheid, houden kinderen ons tegelijk ook een confronterende spiegel voor, namelijk die van de toekomst. Het is onze verantwoordelijkheid om hun een veilige en hoopvolle omgeving te bieden waarin ze zorgeloos kunnen spelen en alle kansen krijgen om zich volledig te ontplooien. In zijn encycliek Laudato Si’ stelt paus Franciscus ons dezelfde confronterende vraag: Welke wereld willen we aan onze kinderen nalaten? In het licht van de huidige klimaatcrisis is dat een vraag waar we ongemakkelijk van worden. Het hart hoeft ons echter niet in de schoenen te zakken, wel integendeel. In deze Scheppingsperiode die nog duurt tot 4 oktober worden we uitgenodigd om te springen en werk te maken van een van de zeven Laudato Si’-doelen die paus Franciscus met zijn actieplatform lanceerde en waarrond Ecokerk zijn campagne opzette. We krijgen zeven jaar de tijd om te groeien in duurzaamheid, armoedebestrijding, ecologische opvoeding, ecospiritualieit, economie, gemeenschapsopbouw en versobering ... Zeven nieuwe wegen die ons leiden naar een nieuwe toekomst.
Anno 2021 lijken we op een belangrijk kruispunt aanbeland en toch blijven we met zijn allen ter plaatse trappelen en rondjes draaien. We moeten durven te springen en erop vertrouwen dat God met ons mee op weg zal gaan. Welke weg we kiezen, maakt op zich niet zoveel uit: zolang we maar onderweg zijn naar een nieuwe toekomst waarin zachte krachten en kwetsbare schoonheid een duurzame plaats krijgen en waarin kinderen onbezorgd kunnen blijven spelen.
Stijn Demaré
TAU – franciscaanse spiritualiteit