De commissie brengt afgevaardigden uit drie bestaande autonome instanties – de Priesterraad, de Diocesane Commissie voor het Permanent Diaconaat en de Diocesane Commissie voor Pastoraal Werkers – samen in één overkoepelend overlegorgaan en dat vooral vanuit praktische overwegingen. “Zo kunnen we gezamenlijk bespreken wat alle pastorale medewerkers aangaat en elkaar aldus versterken. Tegelijk blijven we aan de individuele groepen toevertrouwen wat elk afzonderlijk aangaat”, duidt mgr. Johan Bonny.
De pas opgerichte Diocesane Commissie Pastores is het resultaat van een denkproces dat in het najaar van 2019 startte in het vooruitzicht van de verkiezingen voor de nieuwe samenstelling van de Priesterraad, de Diocesane Commissie voor het Permanent Diaconaat en de Diocesane Commissie voor Pastoraal Werkers. Het coronavirus en de lockdown legden alles noodgedwongen stil. In afwachting van een verder overleg verlengde mgr. Bonny de mandaten van de raad en de twee commissies tot eind 2020. Begin dit jaar werden de stemrondes opgestart en verkiezingen gehouden. Wanneer dit nummer in je bus valt, is de nieuwe samenstelling bekend (zie www.bisdomantwerpen.be).
“De drie organen hebben een adviserende bevoegdheid over het beleid in de bisschopsraad van ons bisdom”, legt vicaris-generaal Bruno Aerts uit. “Enkel de priesterraad heeft een juridische onderbouw. Elk bisdom is immers canoniek verplicht tot de samenstelling van een priesterraad, die een aantal canonieke bevoegdheden heeft zoals het opheffen van parochies, het sluiten van kerkgebouwen en andere.” De Commissies voor Diakens en Pastoraal Werkers zijn lekencommissies en bijgevolg niet verplicht volgens het kerkelijk recht. In ons bisdom zijn ze allebei, elk met hun eigen statuten, reeds lange tijd actief en op een zelfstandige manier geëvolueerd. “Beide zijn drijvende krachten in ons bisdom en in de pastorale eenheden”, benadrukt vicaris-generaal Bruno.
De Priesterraad en de Commissies voor Diakens en Pastoraal Werkers zijn niet de enige plekken waar de pastorale visie van ons bisdom en projecten worden voorbereid. Dat gebeurt ook in andere overlegorganen, waarvan priesters, diakens en pastoraal werkers ook deel uitmaken, zoals de uitgebreide Bisschopsraad, de Diocesane Pastorale Raad en de teams van de vicariaten. “De onderlinge afstemming van al deze overlegorganen is belangrijk” benadrukt mgr. Bonny. “Het diocesaan beleid is inclusief en betreft alle medewerkers. Samenwerking, inspraak, participatie en onderlinge dialoog zijn daarbij essentieel.” Vanuit dat perspectief werd de overkoepelende Diocesane Commissie Pastores opgestart met leden uit de Priesterraad en de commissies Diakens en Pastoraal Werkers.
“Meteen wordt bespaard op het soms hoge ritme aan vergaderingen, worden overlappingen in agenda’s voorkomen en komt zo meer tijd vrij voor pastoraal”, stipt onze bisschop een andere beweegreden aan. “Minder vergaderen betekent niet dat bekommernissen van bepaalde doelgroepen niet meegenomen worden in het beslissingsproces,” benadrukt Bruno. “Het betekent wel efficiënter samenwerken en meer en beter coördineren, zonder de eigen identiteit en de eigen perspectieven van elke groep uit het oog te verliezen. Tegelijk blijft ook in de eigen groep vergaderen zinvol en nuttig, onder meer als klankbord onder en voor elkaar.”
Concreet zal de nieuwe Diocesane Commissie Pastores zich buigen over de volledige werking van de pastorale eenheden, de corebusiness van zowel Priesterraad als de commissies voor Diakens en Pastoraal Werkers. In de eigen raad en commissies kan men dan overleggen over de relationele zorg voor de eigen beroepsgroep en het bevorderen van de eigen spiritualiteit.
De overkoepelende Commissie komt twee keer per jaar bijeen, in de lente en in de herfst, en wordt samengesteld uit de leden van het bureau van de Priesterraad en de commissies Diakens en Pastoraal Werkers, voorgezeten door de vicaris-generaal, die bijgestaan wordt door de drie voorzitters van de samenstellende organen. De bisschop en de vicarissen van Antwerpen en Kempen wonen de vergaderingen eveneens bij. Daarnaast blijven de Priesterraad en de commissies Diakens en Pastoraal Werkers autonoom aan de slag en bijgevolg ook afzonderlijk samenkomen, respectievelijk twee, vier en zes keer per jaar.