De dagschotel (Hamont-Achel)

Menu

Maandag: courgettesoep – spaghetti – (tentenkampslaatje (kaas, nootjes, appel, wortel))

Dinsdag: tomatensoep – vis – aardappelen – bloemkool, broccoli – Hollandaisesaus – (tzatziki)

Woensdag: kip met curry en appel – rijst (preisoep met kaas)

Donderdag: groentesoep met croutons – puree – mozzarella – tomaat - (eiersalade)

Vrijdag: tomatensoep met balletjes – worst – worteltjes – gebakken aardappelen (pastaslaatje)

Zaterdag: hotdog

Wat is jullie toprecept?

Gerdasaus! Dat is een saus die uitgevonden werd door Gerda die vroeger in de kookploeg zat. De enige die weet hoe ze die saus moet maken, is de chef. Wij kennen het recept niet.

Chef, wat is het geheim achter dit recept?

De eenvoud. Een helft mayonaise, een helft water en een goede handvol provencaalse kruiden en dan goed roeren met liefde.

Hoe kan je het verpesten?

Door te veel water of te weinig provencaalse kruiden te gebruiken of door er zand in te doen. De mayonaise vervangen door yoghurt is ook geen succes.

Is er stress of sereniteit in de keuken?

Er is maar stress tot aan het aperitief. Tot dan hebben we stress, maar als we dan uiteindelijk kunnen aperitieven is het een teken dat het snel gegaan is en dan gaat de stress weg. Er is vooral hilariteit in plaats van sereniteit.

Zijn het kleine of grote eters hier?

Wat betreft warm eten zijn het grote eters, maar als het gaat over boterhammen zijn het kleine eters. Ze eten maar 15 broden per dag.

Wat is het leukste aan werken in de keuken?

De sfeer en het werken in team. We kunnen onbeperkt eten en we kunnen het menu kiezen. Als we iets niet zo graag eten, weten we wanneer we ’s middags een bord meer moeten nemen. Het is misschien een cliché, maar iedereen werkt mee om alles op tijdklaar te krijgen.

Wat is de link tussen godsdienst en werken in de keuken?

We zijn dienstbaar en vriendelijk. We werken in team, delen en spijzen de hongerigen. We hebben ook onze eigen 10 geboden:

I We doen geen onnodig werk. 
II We zorgen ervoor dat al het werk gedaan is. 
III Hipoliet wordt niet geboren voor 15 juni.
IV We stellen ons aperitief soms uit, maar nooit af. 
V Veiligheid boven alles.
VI Geen kinderen in de keuken. 
VII We zijn niet moet voor zaterdagavond. 
VIII We verdelen het werk.
IX Verhongeren is niet toegelaten.
X Iedereen is verantwoordelijk dat het voor iedereen tof is.