(Hieronder vindt u de uitgeschreven tekst van het filmpje)
De honderd gulden prent. Een beeld dat mij heel dierbaar is.
In het midden staat Christus. Hij draagt geen kroon maar hij is met een gouden krans omgeven, een soort van mandorla.
Links van Hem, dicht bij Hem, heb je de twijfelaars. Wat we zouden zeggen: de agnostici. Een beetje meer zo, ah ja, ….. is het goed zo? Het is de cameraman die vraagt dat ik in het beeld blijf.
Christus staat een beetje als, ja, als een vuurtoren maar ook Iemand die het onderscheid maakt tussen de ene kant en de andere kant. Wat is die linkse kant dichtbij Hem? Dat zijn de sympathieken. Zij die de vraag stellen. Petrus. Petrus die die vrouw daar die met haar kindje dichterbij komt op afstand wil houden. En dat Christus zegt: Hou haar niet tegen.
Achter het hoofd van Petrus, een beetje links naar boven komen, nog een beetje, heb je Erasmus met zijn grote muts. De grote Erasmus, die ook ( en 2 eeuwen scheidt Erasmus van Rembrandt) , die ook vol vragen zit.
Heel die prent van de honderd gulden prent is gebaseerd op het hoofdstuk 19 van Mattheus.
Daar heb je achter de vrouw die met het kindje tot bij Jezus wil komen, heb je de rijke jongeling. Zo een evangelie waar ik van hou. Hij stelt de vraag heel ontdaan hé omdat hij te veel bezat. We herkennen ons daarin.
En dan nu achter, helemaal naar links komend heb je de zelfgenoegzamen. Je moet ne keer zien: met zo iemand kun je niet praten, hier op het voorplein zo. Hij draagt hier een muts als een paddenstoel met die stok, zo hij is impénétrable. In zo iemand kun je niet binnenkomen. Hij is zo verstopt, versteend want ze zitten aan een stenen tafel, zo van eigenwijsheid vervuld.
En dan heb je ook nog deze met de Napoleonhoed, ze zitten spottend weg van de Christusfiguur. Genoeg van hen, kijk en dan heb je ook nog zo die vrouw die, die met dat kindje daar toch nog bij Jezus wil komen. Zo met dat hondje. Zo van: eh ja Jezus ik weet wel, ik ben niet van uw familie maar de hondjes mogen toch ook van de kruimels die van de tafel vallen mee proeven.
En nu de andere kant. De Fransen zouden zeggen: hier heb je La Cour de miracle. Zo allemaal sukkelaars die tot bij Jezus worden gebracht. Kijk hier naar dat mooie biddend gebaar van die vrouw het dichtstbij.
En dan een apostel die heel die stoet van sukkelaars aan Jezus aanbeveelt. Dat is christen-zijn. Zo, daar heb je zo, een man die met zijn stok daar - blijf ik in beeld, ja - die met zijn stok eh maar het is niet zijn stok, het is zijn vrouw die hem zegt, kom mee, eh niet flauw doen. We gaan naar die wonderdoener op en de man sukkelt mee en ze hebben ook iemand op een kruiwagen aangebracht die heel dwars ligt, wat moet je kunnen tekenen om zo te schilderen, enzovoort en nog een beetje meer naar de donkere kant toe.
Daar heb je die poort en uit die poort komt een kameel tevoorschijn omdat het evangelie zegt - is het een beetje meer naar boven, ja daar - maar het, het is wat het is he - eh hij komt zo wat is gemakkelijker voor een kameel om door het oog van een naald te kruipen, ik denk dat Jezus hier Salvador Dali voorafgaat in zijn verbeelding. Wat moet je een grote verbeelding hebben om te durven zeggen 'het is gemakkelijker voor een kameel door het oog van een naald te kruipen dan voor een rijke het Rijk Gods binnen te gaan.’
2. Reflectie
In het filmpje staat Marc stil bij het werk: ‘Honderdguldenprent van Rembrandt, ca. 1648-50’. We reiken enkele vragen aan voor persoonlijke reflectie of ter reflectie met de geloofsgroep waar je deel van uitmaakt, als gespreksstof in je gezin.
Persoonlijk:
Jezus volgen is blijkbaar niet zo gemakkelijk, de jongeman geeft het op en vertrekt. De leerlingen schrikken van de woorden over de kameel. Hoe moeilijk vind jij het om in het spoor van Jezus te gaan? Wie of wat helpt je op die weg?
Groep:
Welke vraag zou jij aan Jezus willen stellen en wat zou zijn antwoord zijn?
De hele groep denkt na over wat hij/zij aan Jezus zou willen vragen. Deze vragen worden opgelijst.
In een tweede fase proberen we antwoorden te geven. We doen dit als volgt:
Zet een lege stoel in de kring. Iemand uit de groep stelt een vraag aan de lege stoel. Wie een antwoord wil proberen te formuleren, gaat achter de stoel staan en leeft zich in de rol van Jezus in en geeft antwoord op de vraag. Op deze manier kunnen meerdere deelnemers een antwoord formuleren.
Gezin:
In Jezus’ voetsporen treden vraagt een engagement van het gezin. Je krijgt er ook iets voor terug. Hoe krijg je dit in balans? Welke momenten van vreugde heeft het jullie gezin al gebracht?