De bezinning op het einde van onze weekendvieringen kan je hier nog even (na)lezen.
Kome wat komt. Maar wie durft het aan om onbevangen uit te kijken naar wat morgen brengen zal?
Onheil voor zovelen? Oorlog? Honger? Schaamte?
Tenzij ergens een mens en nog een en nog een en nog een door zachtmoedigheid gedreven tegen die stroom in gaat leven. En met eigen handen hoop opdelft.
Want duisternis verdwijnt als wij elkaar wakker zingen uit de slaap van onverschilligheid. Als wij doen wat nodig is: recht en kracht en onderdak verlenen aan wie doelloos, ongezien of kwetsbaar zijn.
‘Ik maak nieuw’ is ons gezegd. Koester die verwachting. Laat ze als een poolster oplichten in de wereld om je heen.