Joke Vermeire is godsdienstleerkracht en catechiste in Eeklo. Ze verdiept zich al jaren in de catechetische methodiek die ‘Godly Play’ heet. De redactie van 'Zacheüs' vroeg haar of er verbanden te leggen zijn tussen Godly Play en liturgie, en of Godly Play kan helpen om kinderen voor te bereiden op het beleven van de eucharistie. We geven hier enkele uittreksels uit Joke's verhaal.
In oktober vertelde ik het verhaal van de cirkel van het kerkelijk jaar. Nadien hoorde ik een vijfjarig meisje verzuchten: ‘Ik hoop dat het bijna Pinksteren is.’ Dat was de eerste keer dat ik een kind zo uitdrukkelijk de verwachting naar het pinksterfeest hoorde uitspreken. Het verhaal van hoe de Kerk de tijd telt en toont met kleuren had haar duidelijk geboeid en begeesterd. Bovendien had het verhaal een verwachting bij haar losgemaakt. Ze keek nu hoopvol uit naar een feest dat ze wellicht nog niet kende. Daarin schuilt volgens mij de kracht van Godly Play.
Misschien vraag je je nu af wat Godly Play is? Misschien wil je wel weten wat er zo goddelijk is aan spelen? Misschien verwonder je je over het feit dat tegenwoordig alles een Engelse benaming moet hebben en vraag je je af waar het fenomeen precies vandaan komt? Graag neem ik jullie mee in het verhaal van Godly Play en de kansen die ik zie om er, ook liturgisch, mee aan de slag te gaan.
Godly Play is een vernieuwende en diepgewortelde verkenning van het christelijk geloof met kinderen. De naam Godly Play verwijst naar de Amerikaanse oorsprong. In België kozen we ervoor om die naam te gebruiken omdat een vertaling niet per se duidelijker of beter is. In Vlaanderen is deze methode vrij vernieuwend. De eerste Godly Play-verhalen werden hier in 2011 verteld.
Godly Play (GP) werd in de VS in de jaren ’70 ontwikkeld door Jerome Berryman. Aanvankelijk hanteerde hij die methode binnen een context van ziekenhuispastoraal, bij ernstig zieke kinderen. Later paste hij de methode aan naar de noden van de zogenaamde zondagsschool, de kindercatechese in de parochie. Zijn doel was om kinderen te laten thuiskomen in het christelijk taalsysteem. Pas einde jaren ’90 verschenen er voor het eerst Engelstalige boeken met GP-verhalen. De verhalen zijn namelijk eerst vele jaren geoefend in verschillende omstandigheden. Elk woord, elke zin werd vervolgens gewikt en gewogen zodat bij elk verhaal steeds het juiste of het beste woord op de best mogelijke plaats wordt gebruikt.
Een godly play-bijeenkomst
Een GP-bijeenkomst duurt ongeveer een uur. De groep bestaat uit maximum 20 kinderen. Die kunnen van dezelfde leeftijd zijn, of met leeftijdsverschillen. Tijdens een bijeenkomst zijn er twee types begeleiders: de verteller en de deurwachter. De deurwachter laat de kinderen één voor één binnen in de ruimte (meer daarover zie verder). De verteller zit reeds neer op de grond in het lokaal en nodigt de aanwezige kinderen uit om een kring te vormen.
De verteller vraagt of iedereen er klaar voor is. Die vraag betekent voor de kinderen of ze comfortabel zitten, of ze klaar zijn om te luisteren of ze eerst nog iets willen vertellen … De verteller staat vervolgens op en brengt het materiaal voor het verhaal naar de kring. Elk verhaal heeft specifieke voorwerpen nodig. Het begint vaak met het uitrollen van een onderlegger. Doorheen het verhaal worden er voorwerpen neergelegd die het verhaal mee ondersteunen. Het verhaal zelf is eenvoudig. Het wordt gebracht met aandacht voor stilte. Een aanzienlijk deel van het ‘vertellen’ van het verhaal is non-verbaal: door het (ver)leggen van voorwerpen, gebaren, …
Daarna is het tijd voor verwondering. Daarin wordt verkend wat dit verhaal betekent voor de kinderen. De kinderen gaan zelf op zoek naar wat ze in het verhaal het mooiste of het belangrijkste vinden. Vervolgens is het tijd voor het werk. Dat is het persoonlijke antwoord dat de kinderen geven op het verhaal. Eén voor één worden ze uitgenodigd door de verteller om hun werk te kiezen. De één gaat grasduinen in de kinderbijbel, de andere maakt een groot schilderij, nog een ander kiest ervoor om met het materiaal van het verhaal aan de slag te gaan, … Er zijn vele mogelijkheden. Het belangrijkste is dat ieder kind zelf kiest wat het wil doen of maken. De kinderen hoeven hun werkje ook niet terug in de kring te brengen. Het is echt bedoeld voor zichzelf.
Na een kwartiertje roept de verteller de kinderen terug in de kring. Het materiaal gaat terug op zijn plaats. Nu is het tijd voor feest. Als iedereen opnieuw zit, vraagt de deurwachter twee kinderen om te helpen. Zij gaan de kring rond en delen iets om te eten en te drinken uit. De verteller vraagt aan de kinderen om te wachten tot iedereen iets heeft. Dan wordt er als dank eerst samen gebeden of gezongen. Daarna wordt er samen gegeten en gedronken. Die fase noemt men ‘feest’, dus er kan zeker ook gepraat in de groep. De bijeenkomst eindigt met een zegen. De kinderen nemen één voor één afscheid van elkaar en van de verteller.
Zoals u merkt vertoont de opbouw van een GP-bijeenkomst vele gelijkenissen met de structuur van een eucharistieviering:
- verwelkoming,
- gemeenschap vormen,
- woorden uit de Bijbel met duiding,
- persoonlijke reflectie,
- samen delen en eten,
- bidden en danken,
- zegen.
Liturgische verhalen
In GP spreken we van vier talen: de heilige verhalen (over het volk van God), de parabels (die Jezus vertelde), de liturgische verhalen en de stilte.
Het doel van de liturgische verhalen is de christelijke traditie en haar symbolen en rituelen te verduidelijken.
Op zich is dat uniek. Er bestaan nogal wat methodes om Bijbelverhalen aan kinderen te brengen. GP biedt echter ook een manier om de liturgie voor kinderen te duiden. Het spelen met de symboliek van de liturgische kleuren linkt de verschillende verhalen aan elkaar.
Ook de taal van de stilte is hier relevant, want zij is verweven in alle verhalen. Het belang van stilte, soberheid, bewuste aandacht en tijd zorgt voor een gevoel van thuiskomen. Je wordt meegezogen in een verhaal. Als er gesproken wordt over het volk van God, voel je je werkelijk één van hen. Ter illustratie licht ik hieronder drie liturgische verhalen toe.
Het kerkelijk jaar
Het verhaal van het kerkelijk jaar is een van de eerste verhalen die kinderen beleven. Het materiaal toont een jaarcyclus met 52 weken, weergegeven in een cirkel met 52 blokjes, voorzien van de passende liturgische kleur. Voor kinderen is dit een duidelijke manier om de liturgische kalender inzichtelijk te maken. Tijdens het verhaal wordt iedere liturgische tijd verkend. Er wordt ingegaan op het cyclisch tijdsbesef en het veranderen van de kleuren.
Het doopsel
In het verhaal van het doopsel wordt uitgegaan van de Drie-eenheid. De Vader wordt gesymboliseerd door het water van de schepping, het doopwater. De Zoon zien we in het licht van de witte kaars, de paaskaars. De Geest komt als een duif en is er als de geur van chrisma (olie). Met behulp van een pop wordt getoond hoe de kinderen ooit gedoopt zijn of gedoopt zullen worden. Er is ook aandacht voor de naamgeving. De kinderen kunnen een kaarsje aansteken als symbool voor hun eigen (komende) doopsel. Het hele verhaal is rijk aan symboliek en verwondering. Het geeft kinderen de kans om de diepere betekenis van het doopsel te ervaren. Ook bij vormelingen kan het verhaal gebruikt worden, aangezien het vormsel eigenlijk een bevestiging (verdieping) is van het doopsel.
De cirkel van de eredienst
Als volwassenen kennen we min of meer de structuur van de eucharistie. Voor kinderen is het een stuk moeilijker om dat te onthouden. In het verhaal van de cirkel van de eucharistie beginnen we met twee kernverhalen over Jezus: Jezus die in de synagoge uit de boekrol van Jesaja voorleest en Jezus die brood en wijn deelt met de twaalf leerlingen. Vanuit die twee verhalen duiden we de grote tweedeling: de liturgie van het woord en de eucharistische liturgie. Alle onderdelen worden kort benoemd en een prent maakt duidelijk wat er precies gebeurt. De onderdelen van de eucharistie worden in een cirkel gelegd om het cyclische te benadrukken: het heeft een begin en einde, maar aan het einde is iedereen klaar om opnieuw te beginnen.
Een goed kindermissaaltje als geheugensteun voor in de viering zou zeer complementair zijn met dit verhaal.
Naast deze GP-verhalen bestaan er nog over de advent, Pasen, de symbolen van de liturgie, het kerkgebouw en zoveel meer. Het doel van deze verhalen is telkens om de liturgische tijd of het sacrament te verankeren. In de GP-bijeenkomst wordt op die manier telkens de link gelegd naar wat er in de kerk gebeurt. Kinderen die regelmatig met Godly Play op weg gaan leren er verbanden te leggen, te praten over hun geloof en erover te reflecteren.
Godly Play in Vlaanderen
In Vlaanderen zijn er inmiddels een 400-tal Godly Play-vertellers opgeleid. Die opleiding gebeurt tijdens een driedaagse. Godly Play wordt intussen toegepast in de catechese als voorbereiding op het doopsel, bij eerstecommunicanten en bij vormelingen. Verder zijn er verschillende godsdienstleerkrachten die de methode gebruiken en stilaan begint Godly Play ook zijn weg te vinden naar woonzorgcentra en ziekenhuizen. Momenteel zijn er vier boeken in het Nederlands uitgegeven: het basisboek met de hele achtergrond van Godly Play en drie verhalenboeken waarin samen zo een 50 verhalen zijn uitgeschreven.
Het meisje waarover ik vertelde in het begin, was ook aanwezig tijdens de eerste Godly Play-bijeenkomst na de corona-lockdown. Ik herhaalde toen de laatste woorden uit het GP-verhaal van het mysterie van Pinksteren: ‘Pinksteren gebeurt steeds opnieuw waar mensen de moed en de kracht vinden om te vertellen over Jezus en Gods liefde.’ Dat meisje zei toen: ‘Goed, dat doen we hier in Godly Play toch?’
(Joke Vermeire)
Meer info bij Godly Play Vlaanderen.
Een filmpje ter illustratie: het verhaal van de Goede Herder en de wereldgemeenschap.
Lees verder in Zacheüs jrg. 33 nr. 4 (augustus 2020):
- Vespers in de kathedraal. Interview met Bart Paepen
Zacheüs-redactie
- Godly Play en de liturgie. Kansen tot liturgische catechese
Joke Vermeire
- De lichamelijke en de geestelijke communie. Uit de spirituele schatkamer van de Kerk
Willem van Saint-Thierry
- Maak ons uw liefde, God tot opmaat. Liedbespreking ZJ 666
Vincent Ceulemans, o. praem.
- Wereldgebedsdag voor de zorg voor de schepping - 1 september 2020
ICL
Interesse maar nog geen abonnement op 'Zacheüs'? Stuur een mailtje naar icl@interdio.be
Reacties
Om reacties te zien en te reageren op dit artikel moet je je eerst even aanmelden via het menu bovenaan. Tot gauw.