Wij zijn het gewend dat kindjes gedoopt worden als ze nog heel klein zijn. En meestal gebeurt dit in de besloten familiekring. De parochiegemeenschap is er niet bij. Maar eigenlijk is de paaswake hét moment om het doopsel te vieren in de geloofsgemeenschap.
Dit gebruik gaat terug tot het allereerste christendom. Dopen in de paasnacht brengt ons terug tot de echte betekenis van de christelijke doop. Dat komt vooral tot uiting in de symboliek. De brandende paaskaars wordt driemaal in het water gedompeld; dit verwijst naar de Israëlieten die vanuit het slavenland Egypte door het water naar nieuw leven en een nieuwe toekomst trokken. Als verrijzenismensen kwamen zij uit het water. Als wij tot op vandaag dopen in de Paasnacht wil dit zeggen: ook wij willen verrijzenismensen zijn, ons verzetten tegen het kwaad in de wereld en kiezen voor het goede. In ons leven wint het licht, niet de duisternis. Daarom was het zo mooi en zinvol dat dit jaar in de paaswake in onze kerk twee niet meer zo heel kleine kinderen, zusjes Gitte en Renée Lysak, gedoopt werden. En na dit doopsel hernieuwden alle aanwezigen, met brandende kaars in de hand, hun eigen doopbeloften en werden we allen besprenkeld met doopwater.
Het is inderdaad goed te herhalen dat we geloven in een leven zoals de Eeuwige het heeft bedoeld. Een leven in licht, waarheid en gerechtigheid. Het is goed dit elk jaar opnieuw in de paasnacht te vieren, om niet te vergeten dat we mensen van hoop zijn, die geloven in Leven, altijd weer. Daarom was de paaswake van 2017 in onze kerk zo bijzonder. Gitte en Renée hebben hun doopsel bewust beleefd. Zij zullen het zeker nooit vergeten. En wij ook niet.