Leesgroep parochie H. Drie-eenheid in Maldegem | Kerknet
Overslaan en naar de inhoud gaan

Recent bezocht

Bekijk je recent bezochte microsites, auteurs en thema's
kerknet
  • Hulp
  • Startpagina portaal
  • Mijn parochie
  • Aanmelden of registreren
Menu
  • Startpagina
  • Kerk
  • Vieringen
  • Shop
  • Zoeken
Parochie Heilige Drie-eenheid in Maldegem

Parochie Heilige Drie-eenheid in Maldegem

  • Startpagina
  • Contacten
  • Kerken & vieringen
  • Zoeken
  • Meer
    • Kerken & vieringen
    • Zoeken
    • Vieringen in onze parochie Misintentie aanvragen Kalender Data Gedachtenisvieringen Sint-Barbarakerk Van bij ons... Fotoboek Doopaanvraag Eerste communie Vormsel Huwelijk Uitvaarten en overlijdens Doopsels Digitale nieuwsbrief van de parochie Openingsuren kerken parochie in Maldegem - Heilige Drie-eenheid Privacyverklaring Naar de website van Mariagrot Kleit Naar de website van het dekenaat Eeklo Kerkenbeleidsplan 2025-2031 Stille Ruimte - Lourdesgrot Middelburg

Leesgroep parochie H. Drie-eenheid in Maldegem

icon-icon-artikel
Gepubliceerd op donderdag 23 oktober 2025 - 22:59
Afdrukken

Leesgroep parochie H. Drie-eenheid in Maldegem

 

 

Op 29 september 2025 startte het vierde ‘leesjaar’ van de leesgroep van de parochie H. Drie-eenheid in Maldegem. Wie het wenst kan op de onderstaande terugblik en voorbeschouwing reageren: schriftelijk via info@kerkinmaldegem.be of door leesgroepbegeleider Albert Verleyen aan te spreken (persoonlijk of telefonisch +32 (0)472/49.16.03). Hij zal jouw op- en aanmerkingen met de leesgroepleden delen. En wie weet, misschien maak je binnenkort zelf deel uit van de leesgroep?

 

Terugblik en voorbeschouwing 2

 

‘Dit is wat blijft: geloof, hoop en liefde, deze drie, maar de grootste daarvan is de liefde’

Apostel Paulus, 1 Korintiërs 13,13

 

Afgelopen maandag 20 oktober kwamen we samen rond Erwin Mortiers Een kleine filosofie van grote emoties: liefde (2023). Wat vooral opviel was de literaire taal, die de ene duidde als ‘een overdaad aan woorden, die het moeilijk maakt om in de geest van het boek te komen’ en een ander aangaf als ‘rijk en prachtig poëtisch’.

Inhoudelijk trof het allen dat ook een (expliciet) niet-christelijke Mortier de liefde in zijn schrijven breder interpreteert dan de pure eros-liefde, zelfs bij het ter sprake brengen van zijn partner: ‘Ik ben altijd weer blij wanneer ik hem aan het lachen kan brengen – de weemoed in zijn ogen, die even verzacht. De jongen die naast me komt zitten, bestaat nog. (… die) zijn pink op de mijne legt en fluistert: “Ik ken je niet, maar ik mis je”’ (blz. 145).

Ook voor Mortier hoort de liefde voor het eigen huis (oikos) erbij of die voor het overgeleverde gedachtegoed, de literatuur in het bijzonder, ook die voor de natuur of de liefde van bepaalde onderwijzers of zorgverleners enz. De schrijver beschouwt al die liefdestekenen als evenzoveel explosies van schoonheid.

Op het afhankelijk zijn van de voorafgaande generaties legt Mortier sterk de nadruk, zeker qua cultuur en literatuur: ‘Mijn ik is ondenkbaar zonder pakweg Augustinus’ geschriften, de liefdeslyriek van de troubadours of de Verlichting en haar schaduwen’, schrijft hij (blz. 33). Daar tegenover geldt enkel dankbaarheid: ‘Hun verbeelding is in wezen een overdadige, onpersoonlijke gulhartigheid en het enige wat ik kan doen, als antwoord, als dank, is om zelf mijn eigen bescheiden pluizen toe te voegen aan die wolk van kiemen die de toekomst in waaien’ (idem).

Die concretisering in het nu van de over-levering is er ook bij de Blijde Boodschap. De overdaad en gulhartigheid zijn ontegensprekelijk ook eigenschappen die christenen God toeschrijven.

De auteur hecht blijkbaar grote waarde aan termen als ‘vergeving’, ‘god’ en ‘ziel’. Sommige leesgroepleden dichtten deze schrijver daardoor op zijn minst een cultuurchristelijke houding toe; anderen onderkenden bij Mortier, op basis van bepaalde uithalen van hem, een soort haat-liefdeverhouding tot het christendom. Daarbij speelt diens algemeen respect voor ‘de religies’ – waarvoor hij ook pleit – zeker mee.

Hoe dubbelzinnig hij tegen het christelijke aankijkt, blijkt o.a. uit de manier waarop hij bijvoorbeeld het klooster uit zijn kindertijd beschrijft, dat zowel een lagere school als een oudemannetjestehuis huivestte: ‘Dit is geen pleidooi voor meer nonnen of kloosters, wel voor plekken in stadskwartieren, buitenwijken, dorpscentra, waar de generaties elkaar nog morsig kunnen ontmoeten (…)’ (blz. 54).

Met andere woorden het badwater moet per se worden weggegooid – met name de christelijke en de rooms-katholieke context – maar het kind of vormen van (in oorsprong christelijk) mededogen, warmmenselijkheid en genegenheid (voor mekaar), over de generaties heen, moeten worden gered.

Meer globaal gaat Mortier uit van een in essentie biologisch mensbeeld, waarbij alles wat die mens precies menselijk maakt het vreemde element is. Hij drukt dat uit in soms beklijvende beelden: ‘Wij mensen lijken dieren die af en toe metafysische, of op zijn minst metaforische buitelingen moeten maken om thuis te komen bij onszelf en de ander – zoals een forel soms boven de rivier uit springt en heel even door een voor hem onleefbare wereld zweeft, om naar een vlieg te happen misschien, of om zich te laven aan het onmogelijke’ (blz. 9). Ondanks die biologische insteek, met de door de natuur en opvoeding (nurture) aangestuurde genen die de mens deresponsabiliseren, klaagt de auteur van dit boek in verband met de zorg verder aan: ‘Mensen worden uit elkaar gepeuterd tot een reeks van handelingen die binnen een bepaald tijdsbestek moeten worden gesteld, om in dit geval efficiënte zorg te produceren, zoals aan het eind van een assemblagelijn een auto van de band rolt’ (blz. 116).

De tegenstelling (paradox?) of het terzelfdertijd gas terugnemen en het (vol) gas geven, lijkt trouwens het boek zowat te kenmerken. Het begint al met een stuk over ‘Odi et amo’ of de wezenlijke haat-liefdeverhouding die elke liefdesrelatie in de ogen van Mortier is (blz. 8). Het ‘heb jouw vijand lief’ (Matteüs en Lucas) en ‘maak het goed met wie iets tegen jou heeft, vooraleer je naar het altaar gaat’ (Matteüs), sluiten de haat als inherent element van de ware liefde uit, vond een van de leesgroepleden.

We vroegen ons af hoe Erwin Mortier, die zich als tiener in zijn uniciteit miskend wist, met zoveel afkeer kan oordelen over anderen: ‘Ze achten zichzelf de unieke eigenaar van de waarheid. Ik mijd ze als de pest’ (blz. 21)? Moeten zowel de schrijver als wij, lezers niet ons oor te luisteren leggen bij de minderbroeder Eloi Leclerc die de gedesillusioneerde, zieke Franciscus van Assisi de volgende woorden in de mond legt: ‘Je helpt de mensen niet de zachtheid en het geduld van het Evangelie toe te passen, door allen die niet onze mening huldigen te lijf te gaan, maar wel door zelf de slagen in ontvangst te nemen’ (De nacht van de Poverello (1962), blz. 92)?

 

Op 24 november a.s. komen we om 19u30 samen in de Maldegemse pastorie rond het boek van de niet-christelijke filosoof Albert Camus, Hogere liefde: brieven aan een Duitse vriend – met een essay van Bas Heijne (78 blz.) Wie het wenst kan een exemplaar in bruikleen opvragen bij Albert Verleyen. Iedereen welkom!

Gepubliceerd door

Parochie Heilige Drie-eenheid in Maldegem

Meer

Artikel

Deel dit artikel

Deel op Facebook
Deel op Twitter
Deel via e-mail

Lees meer

Een gedeelde missie voor alle gedoopten
readmore

Gebedsintentie paus oktober 2024: voor een gedeelde missie

icon-icon-inspiratie
De pijn van de slachtoffers van milieurampen
readmore

Gebedsintentie paus september 2024: voor de schreeuw van de aarde

icon-icon-inspiratie
gebedsintentie paus augustus 2024: politieke leiders
readmore

Gebedsintentie paus augustus 2024: voor politieke leiders

icon-icon-inspiratie

Recent bezocht

Bekijk je recent bezochte microsites, auteurs en thema's
© 2025 Kerk en Media vzw
Vacatures
Contact
Voorwaarden
YouTube
Twitter
Facebook