Het huis waar we dagdagelijks wonen is een huis waar we ons ‘thuis’ voelen. Ook in de kerk, het huis van God, mogen we ons thuis voelen. Want het is eigenlijk ook ‘ons’ huis. God zegt immers: ‘Kom maar binnen en doe alsof je thuis bent’. Daarom staat de deur van onze kerk wijd open telkens er een viering is. Iedereen is er welkom. Aan niemand wordt bij het binnenkomen gevraagd: Wat kom jij hier doen? Voor de kinderen die binnenkort hun eerste communie doen is de kerk geen vertrouwd huis. Daarom kwamen ze onlangs eens kijken en leerden de namen van meubelen en voorwerpen die ze thuis nooit tegenkomen of gebruiken.