Vandaag waren we op bezoek in onze mooie Sint-Pieterskerk. We waren vlug naar binnengekomen wegens het slechte weer en hadden misschien nog niet goed gekeken naar de vorm van onze kerk ; die lijkt inderdaad op een tent. Waarom heeft die kerk zo een vorm ? Omdat wij Christenen geloven dat God niet veraf is en dicht bij ons wil wonen.
We maakten een wandeling en kwamen onder andere voorbij de Mariakapel, de afbeeldingen van de heiligen, het grote kruis met de kleine kruisjes van de overledenen en ook bij de weekkapel of ook doopkapel genoemd.
Het grote kruis achteraan de kerk, trok de aandacht van de vormelingen. Toch iets speciaals dat beeld, een opengereten lichaam en opgeheven handen. Het lichaam is opengescheurd als een graankorrel die sterft om later vruchten voort te brengen. De opgeheven handen zijn een gebaar van overwinning, van de verrezen Heer. Het is een kruis van hoop en leven.
Om 17u30 startte de eucharistieviering. We leerden dat we het allereerste begin van de eucharistie bij Jezus zelf dienden te zoeken, namelijk bij het laatste avondmaal. Na Jezus’ dood kwamen zijn leerlingen in kleine groepjes samen bij iemand thuis om het brood te breken en zo geloofden ze dat Jezus weer in hun midden was. Stilaan groeide de gewoonte om dat altijd op dezelfde manier te doen, overal ter wereld op dezelfde dag zoals we dit nu ook nog doen.
Er zijn twee grote delen, de dienst van het woord en de dienst van het brood (zie foto). We mochten deze tekening inkleuren en zo volgden we voet voor voet het verloop van de eucharistieviering. Als je de draad meehebt, en de spelregels kent is het helemaal niet zo moeilijk om lang stil te zitten. Je bent “mee” in het verhaal.