Zowat 6 jaar geleden ben ik begonnen met zangles te volgen, in navolging van mijn echtgenote. Privélessen bij een ex-sopraan van De Munt en het Vlaams Radiokoor. Niet om een gevierd artiest te worden, noch om her en der op te treden, of in een koor te zingen. Gewoon omdat ik van muziek hou (ooit heb ik nog orgellessen gevolgd), en ik in een ver verleden (scholier) nog in een degelijk koor gezongen heb in Antwerpen (gregoriaans, maar ook klassieke koorwerken).
Meer inzet dan talent, zo vat ik mijn muzikale inzet en dito gave vaak samen als men er mij om vraagt, maar wel met hart en ziel. Ook al heb ik niet steeds voldoende tijd om te oefenen. Vaak heb ik geen zin om naar de zangrepetitie te gaan of zit ik in gedachten nog bij allerlei werk-, gezins- en vrije tijdsperikelen. Zingen is ontspannend, maar tegelijkertijd ook zeer inspannend, want na nog geen 10 minuten zingen sta ik in schuim en in zweet, en voel ik me plots volledig vrij van mijn wereldse zorgen. Dan pas komt de kracht van het zingen in me opborrelen: muziek maken verlost je van al het materiële. Dat is een uitzonderlijke kracht. Met niets te vergelijken.
Lees dit getuigenis over de bijzondere kracht van muziek en musiceren verder in Kerk en leven nr. 48/2024.