‘Heer, als u wilt, kunt u mij rein maken’-14 feb., 6de zondag B | Kerknet
Overslaan en naar de inhoud gaan

Recent bezocht

Bekijk je recent bezochte microsites, auteurs en thema's
kerknet
  • Hulp
  • Startpagina portaal
  • Mijn parochie
  • Aanmelden of registreren
Menu
  • Startpagina
  • Kerk
  • Vieringen
  • Shop
  • Zoeken

Pastorale Eenheid Zuid

  • Startpagina
  • Contacten
  • Kerken & vieringen
  • Zoeken
  • Meer
    • Kerken & vieringen
    • Zoeken
    • Contacten en visie Eucharistievieringen en gebed Scharniermomenten en sacramenten Geloofsverdieping Zorg voor mensen - Verbondenheid Kerk en Leven Nuttige adressen en links Kalender Info initiatie in het geloof Organisaties en bewegingen

‘Heer, als u wilt, kunt u mij rein maken’-14 feb., 6de zondag B

icon-icon-artikel
Gepubliceerd op donderdag 11 februari 2021 - 10:50
Afdrukken

De ander omhelzen en een zoen geven: dat doen we in deze coronatijd best niet tenzij met ons éne knuffelcontact. Een zaak van geen virus-besmetting door te geven. Maar we missen het echt wel heel erg, want als mensen blij zijn om elkaar te ontmoeten hoort elkaar omhelzen en zoenen daar bij. Al die wederzijdse genegenheid doet mensen goed. Stel je voor dat je nooit liefdevol wordt aangeraakt! Toch gebeurt dat -ook buiten coronatijd - heel veel mensen in onze samenleving.
In de evangelielezing van deze zondag horen we hoe Jezus juist de mensen aanraakt die door iedereen worden gemeden. Daarmee geeft Hij ons een prachtig voorbeeld van menselijke nabijheid en hoe genezend die kan werken. Laat ons creatief zijn om de ander niet in de kou te laten staan…

TER BEZINNING EN GEBED

Ongehoorde dingen gebeuren er in het evangelie. We horen vandaag hoe grenzen worden doorbroken: een onreine wordt aangeraakt, een totaal geïsoleerde wordt weer opgenomen in de kring.  En dat alles… omdat Jezus door medelijden bewogen, zijn hand uitsteekt, en een bevrijdend woord spreekt in Gods Naam.

Het kan nu nog gebeuren… met ons, door ons, bezield door de Heer.

LATEN WIJ ONS HART OPENEN IN EEN LOFLIED voor God die licht en leven is, 's mensen toeverlaat.

Dat het licht in ons mag blijven branden, ‘t laaiend vuur, het dove niet. God draagt ieder mensenkind op handen, loof Zijn Naam met een vreugdelied.

Gij die klein en arm zijt, deemoedig en oprecht, God heeft u zijn vrede eeuwig toegezegd.
Dat het licht in ons mag blijven branden…
Warmte voor wie kou lijdt, een huis voor iedereen, God verdrijft het duister, laat geen mens alleen.
at het licht in ons mag blijven branden…
Morgen, middag, avond, bij nacht en dageraad, God is licht en leven, ’s mensen toeverlaat.
Dat het licht in ons mag blijven branden…

BEDE OM ONTFERMING

Dat wij aan elkaar zijn toevertrouwd, in goede én kwade dagen, dat verbondenheid met ieder ander dé toekomst is, en dus de inzet van ons leven vandaag: het is de uitdagende boodschap die de Heer ons bracht. Hoe zullen we die uitdaging aankunnen… mensen van mededogen worden, tenzij we ons eerst zelf aan de genezende kracht van de Heer toevertrouwen, met het geloof van de melaatse: "Als U wilt, Heer, kun U mij rein maken"

- Wij geloven wel met woorden, maar hoe gelovig is ons doen en laten? (even stilte…) Heer kom ons ongeloof te hulp. Heer ontferm u.
- Wij zien wel wat er allemaal misloopt in onze wereld, maar we laten er ons te weinig door raken, of we verzinken in pessimisme... (even stilte…) Heer, geef ons nieuwe hoop. Christus ontferm u.
- In onze samenleving staan nog zovelen aan de kant: langdurig zieken, werklozen, vreemdelingen, vluchtelingen, anders-geaarde mensen... (even stilte…) Heer, verruim onze liefde. Heer ontferm u.

GEBED

Barmhartige, Schepper en Vader, zie ons aan, uw mensenkinderen. Als U het hart van mensen mag raken, gaan nieuwe wegen open.
Raak ons, wek ons op door Uw Woord en maak ons bereid om met U mee te werken aan het waar maken van uw droom van verbondenheid, in de Geest van Jezus Christus, onze Heer.

INLEIDING OP DE SCHRIFTLEZINGEN

De Schriften hebben het vaak over 'rein' en 'onrein'. De afzondering uit de gemeenschap van mensen met besmettelijke ziekte, was op de eerste plaats een menselijke, hygiënische maatregel ter bescherming van de niet-zieken, maar in een cultuur die ziekte zag als straf voor zonde, kreeg die uitsluiting een religieuze motivering: melaatsen zijn onrein omwille van hun zonden, en dus ten stelligste te mijden door wie met God verbonden wil blijven. Jezus gaat hier radicaal tegen in: Met God verbonden leven is niet te rijmen met het uitsluiten van medemensen. Jezus maakt tastbaar dat niemand buiten Gods zorg valt.

Maar eerst tekent de lezing uit het boek Leviticus ons het Joodse kader, waarin we de ontmoeting van de melaatse met Jezus moeten verstaan.

De lezingen mét commentaar van Isabelle Desmidt vind je op p. 18 in Kerk&Leven nr. 6van 10 februari 2021 of op het gebedsblad achter deze link

LEZING uit Leviticus 13, 1-2.45-46.
PSALM 32. 1-2. 5. 11
Gelukkig de mens van wie de ontrouw wordt vergeven,
van wie de zonden worden bedekt.
Gelukkig als de HEER zijn schuld niet telt,
als in zijn geest geen spoor van bedrog is.

Mijn toevlucht zijt Gij, mijn redder in nood,
Gij hult mij in voorspoed en vreugde.


Toen beleed ik u mijn zonde,
ik dekte mijn schuld niet toe,
ik zei: ‘Ik beken de HEER mijn ontrouw’ –
en u vergaf mij mijn zonde, mijn schuld. Mijn toevlucht…

Een slecht mens heeft veel leed te verduren,
maar wie op de HEER vertrouwt wordt met liefde omringd.
Verheug u in de HEER, rechtvaardigen, en juich,
zing het uit, allen die oprecht zijn van hart. Mijn toevlucht…

EVANGELIELEZING uit het Marcusevangelie 1, 40-45

TER BEZINNING
In zijn contact met melaatsheid toont Jezus dat mededogen sterker is dan angst en verboden. Hij wordt bewogen tot handelen: zijn woorden worden handen. “Als u wilt, kunt u me rein maken” had de man gezegd. “Ik wil het,” antwoordt Jezus. “Word rein”.

Hier wordt zonder twijfel meer verkondigd over het komende koninkrijk van God, dan in de synagogen van Galilea of elders; het koninkrijk gebeurt hier en nu. Deze beweging naar mensen verdient navolging. Pater Damiaan zette het heel concreet in de praktijk…

‘Onverschilligheid en hard oordeel zijn U vreemd, Heer Jezus. Uw hart leeft mee met wie hoopt op genezing. U reikt uw hand aan wie ongenaakbaar lijkt. Geef dat wij meer op U mogen gelijken’.

VOORBEDE
+ Velen zijn ziek en op zoek naar herstel en genezing, anderen zijn op zoek naar bemoediging en kracht.
Heer, laat uw hand hen genezen en nieuwe kracht geven, door de zorgzame hand die wij hun reiken…

+ Velen zijn verhard en versteend geraakt in het leven, anderen laten zich verblinden door wat geen goeds brengt.
Heer, wees voor hen bron van nieuwe hoop en vertrouwen door het hoopvol perspectief dat wij hun bieden…
 

+ Velen staan, om welke reden dan ook, buiten de gewone mensengemeenschap; anderen worden geschuwd om hun anders zijn.
Heer, breng hen allen thuis in uw gastvrije liefde door het onthaal en de levensruimte die wij hun geven…
 

+ Voor al wat ons ter harte gaat, en voor de vele mensen die op ons gebed rekenen, bidden we….

‘ONZE VADER…’

GEBED TOT SLOT
God van mededogen en barmhartigheid, Uw liefde valt ons telkens weer ten deel. Jezus, uw Zoon, ontroert ons diep, geneest ons, zijn brood wordt ons herstel en geeft ons levenskracht. Wij danken voor de gave van zijn liefde.
We leren van de weg die Hij met mensen ging: zijn voorkeur voor de zieken, de miskenden en misdeelden, zijn keuze voor wie gemeden en vernederd werd. Ontroerd was Hij bij ’t zien van kleine mensen, geslagen en gehavend maar met vertrouwen in hun blik. Aangeslagen koos Hij hun kant, lenigde hun noden, al riep Hij daardoor weerstand op en vijandschap.
Help ons vooruit op onze weg door het leven. Leer ons spontaan en onbelast met mensen om te gaan. Geef ons de moed om zonder angst te kiezen voor een leven, Hem achterna.
Schenk ons daartoe uw kracht, uw zegen (+) Vader, Zoon en heilige geest.

Amen.

Ter overweging: Waar zijn de melaatsen?

De moderne melaatse is diegene die door iedereen vergeten wordt...

Die we liefst niet meer willen zien!
De koude dagen in de winter en de bedelende mensen. Ze zijn vaak gehandicapt en staan op gevaarlijke kruispunten van de stad. Ze staan voor de deur van je grootwarenhuis en liggen op het voetpad aan de bushalte. Het winkelcentrum in Oudergem moet voor niets onderdoen! De melaatse is diegene die moeilijk de eindjes aan mekaar kan knopen en die nagewezen wordt omdat ze de kinderen niet verder kan verzorgen. De moderne melaatse is diegene die moedeloos sterft aan aids… in een vergeten afdeling van het ziekenhuis.
Melaatsen in deze coronatijd. Mogen niet meer aangeraakt worden wat heel erg is, niet meer bezocht, eenzaam stervend, door weinig mensen begraven wordt, de kist mag niet aangeraakt!
De melaatse, de lepra- en tuberculoselijder waarvoor de Damiaanactie opkomt. Damiaan, de grootste Belg, moest opkomen -met gevaar van eigen leven- voor die melaatsen die op Molokaï op een aparte kolonie moesten zien te overleven.
Het is die Jeanne Devos, een Vlaamse missiezuster die opkomt voor arme dienstmeisjes in India... Het is…

Was het vroeger anders?
Deze zesde zondag van het jaar, 14 februari, was het zoals in de eerste lezing: Leviticus 13, 1-2.45-46 beschreven staat.
Net zo in de tijd van Jezus; zie het evangelie van Marcus 1, 40-45
            (zie de lezingen met commentaar op p. 18 van je kerk & leven)
Maar ook nog in de 13° eeuw, de tijd van Franciscus van Assisi moesten de melaatsen nog van ver roepen: “onrein, onrein!”. Erger nog, ze moesten apart wonen, buiten de stad. Ze waren te vies om aan te kijken en hun wonden stonken! De melaatse kreeg een soort uitvaart en dan werden ze de stad uitgedragen en bestrooid met zwarte aarde. Ze kregen een ratel mee om de bewoners van hun bestaan te herinneren en ze op veilige afstand te houden. Franciscus gleed van zijn hoge paard af en kuste de melaatse. Hij vermeld dit in zijn testament: “Toen ik in zonden leefde vond ik de melaatse als bitter. Toen heeft de Heer me onder hen gebracht en heb hen barmhartigheid bewezen; en wat bitterheid betekende werd voor mij zoetigheid…”:  Het maakte deel uit van zijn bekering! Hij raadde zijn eerste broeders aan bij de melaatsen te blijven.

De melaatse van nu is er ook nog steeds.
Nochtans weten we dat veel zaken niet meer ‘besmettelijk’ zijn. Voor veel van die vroegere pestlijders, polio, Spaanse griep, aids, ebola… hebben we een vaccin gevonden. In de Hoogstraat leidden de zusters een ‘Gasthuis’ en de ‘pest’ sloeg wel viermaal toe in de geschiedenis van de Marollen. Heden is er nog steeds in het hospitaal een opsporingscentrum voor de uitgeroeid gewaande ziekte TBC, die voortkomt uit de weinig hygiënische situatie van armen en daklozen. In de oorlog hebben we veel geleerd maar op heden staan we weer opnieuw voor grote uitdagingen.
En het zijn nog steeds de armen die er het meeste last van hebben!
Wij hebben angst van die kankerpatient, die psychiatrische patiënt, die terminale patiënt, die patiënt die je moet bezoeken met handschoenen aan en een schort om, dat kind met het syndroom van Down van het paviljoen 4, veilig achterin geborgen, onzichtbaar voor de mensen.

Daar komt Jezus voorbij, niet als ramptoerist maar als mens!
Hij steekt de handen uit, drijft duivels uit, vele zieken geneest Hij (evangelie van vorige zondag), omhelst de zieke, wekt doden op tot leven, heelt mensen op allerlei gebied!
pastor Walbert

Gepubliceerd door

Pastorale Eenheid Zuid

Meer

Liturgie en Catechese
Artikel

Deel dit artikel

Deel op Facebook
Deel op Twitter
Deel via e-mail

Lees meer

Genezing van iemand die niet kan horen en spreken © Roel Ottow
readmore

Mosterdzaadjes ~ Jezus helpt iemand die niet kan horen

icon-icon-artikel
Aren plukken © Roel Ottow
readmore

Mosterdzaadjes ~ Een mens wordt niet slecht door wat hij eet

icon-icon-artikel
De Geest die levend maakt © Roel Ottow
readmore

Mosterdzaadjes ~ De vrienden blijven bij Jezus

icon-icon-artikel

Recent bezocht

Bekijk je recent bezochte microsites, auteurs en thema's
© 2025 Kerk en Media vzw
Vacatures
Contact
Voorwaarden
YouTube
Twitter
Facebook