Met een groepje kinderen op schoolreis. Voor een van de kinderen was dit één groot feest en daarbij keek ze ook al een beetje vooruit naar haar verjaardag… Ze sprak een groepje muzikanten dat langs de weg stond te spelen aan: ‘Komen jullie ook op mijn feestje?’ Ze kreeg de smaak te pakken en nodigde steeds meer mensen uit: ‘Kom je ook op mijn feestje?’ ‘En jullie…, en jullie…?’
Dit beeld roepen de lezingen van deze Drievuldigheidszondag weer op. Als Jezus zegt: ‘Zie, Ik ben met jullie, alle dagen, tot aan de voleinding van de wereld’, nodigt Hij ons allemaal uit op dat grote feest.
Uitgenodigd op het grote feest!
De lezingen en het verloop van de weekendviering vind je op het LEZINGENblad. Voor de lezingen mét commentaar van Isabelle Desmidt kan je terecht op p. 14 in Kerk&Leven nr. 21 van 26 mei 2021.
De voorbije weken hebben wij in de Kerk grote feesten gevierd:
Pasen, Hemelvaart en Pinksteren.
We noemden God met verschillende namen:
Schepper, Barmhartige Vader, Koning, Wijngaardenier,
maar ook onze Broeder, Tochtgenoot, Waarheid, Licht en Vuur.
God heeft blijkbaar veel namen. En toch lijkt Hij vaak ver weg.
Maar bovenal: wie is God eigenlijk? Is Hij een man of een vrouw?
Houdt Hij ons de hele dag in de gaten?
Wij weten het niet.
Jezus van Nazaret kwam ons vertellen over God
en hoe we moeten leven om gelukkige mensen te worden.
Hij liet ons zien wat voor wonderlijke dingen er gebeuren
als wij van elkaar houden zoals God van ons houdt.
Zo leerde Hij ons God wat beter kennen.
En na zijn dood en verrijzenis - toen Jezus terugging naar zijn Vader -
beloofde Hij ons dat Hij de Heilige Geest zou sturen om ons te helpen en te steunen.
Die Geest maakt ons enthousiast en warm van binnen.
Hij helpt ons zien wat wij kunnen doen om anderen en onszelf blij te maken.
Hij helpt ons vrede brengen.
Eigenlijk heeft God dus drie kanten:
Hij is de Vader die van ons houdt en bezorgd om ons is.
Hij is de Zoon die ons voorleeft hoe we naar de wil van de Vader kunnen leven.
Hij is ook de Geest van liefde die ons bezielt en enthousiast maakt om zelf iets goeds van de wereld te maken.
GOD, WIE ZIJT GIJ EIGENLIJK?
‘Vader, Zoon en Geest’ zeggen ze.
Maar wie bent U dan voor mij?
Wij, mensen, willen U grijpen, God,
vastklemmen, omarmen, knuffelen, smeken,
U voor onze kar spannen...
Maar U laat zich niet grijpen.
U grijpt ons, mensen,
niet beklemmend, niet versmachtend,
maar wel levengevend en teder.
Soms bent U als een ‘Vader’ voor mij:
beschermend, vermanend, geduldig met me meegaand.
Soms bent U als ‘Zoon’ in mijn leven:
U bent voor mij een voorbeeld om naar de kleinste mens te gaan.
Soms bent U ‘Geest’ in mijn leven, inspirator om te getuigen van uw Liefde.
God, wie U ook bent:
Ik blijf geloven in uw naam ‘Ik zal er zijn voor jou’.
naar Ward Vanoverbeke