Het zal op die Paasmorgen voor de leerlingen in de bovenzaal vreemd zijn geweest: Jezus, die ze zo lang hadden gevolgd, was weg. Meer nog: zijn hele levensloop was op een complete mislukking uitgelopen. Was Hij dan toch een valse profeet en een onbetrouwbare rabbi, die ze in hun naïviteit waren achterna gelopen? Niets van wat Jezus had verkondigd, kwam uit. Waar was nu dat Rijk Gods dat Hij afkondigde en dat al ‘midden onder ons was’? En het nieuwe Volk Gods was toch niet die bange groep van leerlingen in deze zaal. Wat nu? In hun harten bleef het messiaanse vuur ongetwijfeld nog smeulen. Het kon toch niet dat hun meegaan met Jezus een loos avontuur was geweest, een bedrieglijke droom.
De vrouwen hadden het eerst iets bericht over het lege graf. Zij waren het eerst bij het graf. Vrouwen zien veel dingen die anderen niet zien of slechts later. Ze zijn vertrouwd met wiegen en met graven, met geboorte en dood. Zij zijn de dragers van de geheimen. Ze brengen de diepte van de dingen aan het licht.
Zo was het ook op Pasen. De mannen sliepen nog. Maar de vrouwen stonden al voor het morgenlicht bij het graf. De sintels van hun smeulend geloof konden weer oplaaien. Maar duidelijkheid was er niet. Toch gingen Petrus en Johannes naar de graftuin. Meer nog: ze liepen naar het graf. Jezus vonden ze niet. Petrus trad binnen: hij begreep er niets van. Maar Johannes zag meer in de windsels die op orde lagen en de linnen hoofddoek netjes opgeplooid opzij. Johannes begreep het meteen. Al was het maar ten halve. Hij zag meer dan Petrus, want zijn liefde tot Jezus was groot. En liefde ziet niet alleen meer, maar begrijpt ook meer.
Veel dingen in ons leven met God begrijpen we maar half. Of helemaal niet. Maar diep in ons hart blijven de sintels gloeien, gereed om op te vlammen bij het minste teken. Als we dan zoals de vrouwen, Petrus en Johannes de moed hebben om op te staan en op weg te gaan. Hem zullen we niet zien, maar er zullen tekens zijn: de windsels en de hoofddoek: hier is iets gebeurd.
Ons geloof wordt aangewakkerd door de liefde: we kijken, we zien en we geloven.