Op 17 mei 1899 vroeg kardinaal Petrus Lambertus Goossens (1827-1906), aartsbisschop van Mechelensinds 24 maart 1884, aan Remi Tilemans, onderpastoor in Sint-Willibrordus, om een nieuwe parochie te stichten. Die zou gewijd zijn aan Sint-Hubertus. Het begon allemaal met een kapel. Op de grond waar later het parochiaal lokaal 't Oud Kapelleke gebouwd werd.
Op 12 juni 1899 werd de aanvraag tot wettelijke erkenning, voorzien van vele handtekeningen, verzonden aan de minister van justitie. Een koninklijk besluit van 25 mei 1900 stelt het grondgebied van die parochie in Berchem-Antwerpen vast.
De Sint-Willibrordusparochie te Berchem stond een deel van haar gebied af; hetzelfde gebeurde met de Sint-Jozefparochie te Antwerpen.
Een groot aantal gelovigen van Berchem en Antwerpen, en een aantal vooraanstaande ingezetenen, leverden fondsen voor de bouw van de oorspronkelijke kapel. De geldinzameling bracht circa 50.000 BF op.
De weldoeners waren:
Theofiel Roucourt, deken van Sint-Willibrordus, schonk 10.000 frank, burgemeester Frans van Hombeeck bezorgde 5.000 frank, mevrouw Nottebohm-De Waele gaf 3000 frank, en meerdere mensen schonken 1000 frank: eerwaarde heer Delecluze, G. De Preter, mevrouw Moretus de Theuse, provincieraadslid Verdin-De Smedt, jufrouw Verhaert en drie anonieme schenkers.
Juffrouw Coosemans was bereid een deel grond van haar eigendom in de Bakkerstraat (nu Ferdinand Coosemansstraat) af te staan. Het stuk was 55 meter lang en 17 meter breed.
Op die grond werd vier maanden na de aanvang van de werken, de kapel in gebruik genomen. Remi Tilemans werd tot pastoor benoemd.De oorspronkelijke kapel bestaat iet meer. Op die plaats bevindt zich nu het parochiehuis van Sint-Hubertus, 't Oud Kapelleke, ingezegend op 17 oktober 1948.
De bouwmeester van de gemeente, Karel De Roeck, tekende een plan dat door het bisdom werd goedgekeurd op 8 juli 1899. Aannemer Torfs aanvaardde reeds op 19 juli de opdracht tot bouwen, tegen de prijs van BF 27.900.
Zonder wachten begon men met het bouwen, zodat deken Roucourt op 16 augustus 1899 de eerste steen kon leggen.
Op 28 oktober 1899 werd E.H. Remi Tilemans door de kardinaal officieel aangesteld tot rector van de nieuwe kapel.
Op 30 oktober 1899 wijdde deken Theofiel Roucourt - ten huize van Juffrouw Coosemans - twee kleine klokken, gegoten door Van Kerscheit uit Leuven.
Burgemeester Frans Van Hombeeck werd peter van de O.L.Vrouwklok, 55 kg. Juffrouw Coosemans werd meter. De heer De Preter werd peter van de Sint- Hubertusklok, mevrouw Van Hombeeck meter.
Op 31 oktober 1899 werden drie altaren en twee biechtstoelen geplaatst. Juffrouw Coosemans schonk gekleurde glasramen. De parochianen zorgden met giften voor meubelen, misgewaden en al wat nog nodig was.
Op 13 november 1899 in de voormiddag – d.w.z. vier maanden na de aanvaarding van de werken – wijdde deken Roucourt de kapel in. De eerste plechtige mis werd gezongen door E.H. Remi Tilemans.
‘s Namiddags had de inhuldiging van de nieuwe rector plaats met een grote stoet en een feestzitting. ’s Avonds was er een fakkeltocht, verlichting en vuurwerk.
Toen trad ook de stoeltjeszetster Leonore Van Loffelt in dienst. Wie van de oudere parochianen herinnert zich "Leonor" niet? De parochie telde tussen de 8 a 9.000 zielen; de bouw van nieuwe huizen zou de bevolking opdrijven.
Een K.B. van 25 mei 1900 erkende de Sint-Hubertusparochie als hulpkerk. Op 30 mei 1900, de de dag dat het bericht in het staatsblad verscheen, richtte de kardinaal de parochie Sint-Hubertus canoniek op en werd E.H. Remi Tilemans als pastoor benoemd. De aanstelling gebeurde de volgende dag in de kerk, zonder uitwendige plechtigheid, door deken Theofiel Roucourt.
Op 11 juli 1900 benoemde de kardinaal de leden van de kerkfabriek; dat werd bekrachtigd door de gouverneur. Op 21 juli 1900 werd de heer De Preter de eerste voorzitter en de heer Jaspers de penningmeester.
Samenstelling artikel: MiaVerbanck
Bronnen: internet én Karel Nicolaï, St.-Hubertus, kerk en parochie, uitgave Comité St.-Hubertus, Berchem, 1991
Pdf van het artikel in parochieblad 37