Voor wie?
De cursussen aan het Johannes XXIII-seminarie, die in eerste plaats georganiseerd worden in het kader van de priesteropleiding, staan ook open voor al wie als gelovige of als pastoraal werkende de eigen geloofskennis wil verdiepen en verruimen. Zij volgen dan de lessen als ‘vrij student’. Wel wordt verwacht dat wie de lessen volgt minstens een diploma van secundair onderwijs heeft. Ook van de ‘vrije studenten’ wordt in principe verwacht dat zij van de gevolgde vakken examen afleggen (uitzonderingen worden in overleg besproken). Wie met vrucht examen van de cursus(sen) heeft afgelegd, ontvangt hiervan een getuigschrift.
De lessen worden gegeven op de weekdagen in het Johannes XXIII-seminarie, Lemmensberg 1, 3000 te Leuven.
Inschrijvingen en info
Voor meer info en inschrijvingen kan je contact opnemen met het secretariaat. Elke aanvraag tot inschrijving door nieuwe cursisten dient vooraf persoonlijk goedgekeurd te worden door de president, prof. Kristof Struys. Afspraak voor een persoonlijk contact via telefoon of mailadres: kristof.struys@kuleuven.be
De inschrijvingen lopen van 6 september tot 30 september 2021 (voor de vakken die enkel in het tweede semester gegeven worden, kan je eventueel later inschrijven, ten laatste tegen 15 januari). De lessen beginnen op maandag 27 september 2021.
Overzicht vakken
Eerste cyclus
In de eerste cyclus van de priesteropleiding staan vakken op het programma uit drie verschillende domeinen: (i) een propedeutisch programma gericht op de verdieping van het christelijke geloof, (ii) een filosofisch programma. Daarnaast zijn er nog een paar praktische vakken die enkel voor de seminaristen bestemd zijn.
Propedeutisch programma
- Inleiding Oud Testament I – Carine Devogelaere – 2u/3sp
- Inleiding Nieuw Testament II – Hans Vandenholen – 2u/3sp
- Lezing Bijbel – Carine Devogelaere – 2u
- Inleiding Bijbelse spiritualiteit – Bart Paepen – 2u/3sp
- Inleiding liturgie – Steven Wielandts – 4u/6sp
- Inleiding eucharistie – Bart Paepen – 2u/3sp
- Inleiding christelijk geloof – Kristof Struys – 2u/3sp
- Inleiding lokale en wereldgeschiedenis – Filip Hacour – 3u/4.5sp
- Inleiding Pastoraal I – Bart Benats – 2u/3sp
- Inleiding Jodendom – Luc Anckaert – 1u/1.5sp
- Inleiding tot het spirituele leven – Walter Ceyssens – 1u
- Literatuur priesterschap – Bart Benats – 2u/3sp
- Ontwikkelingspsychologie – Tomas Bruyland – 2u/3sp
- Christendom en kunst – Anne Desplenter – 2u/3sp
- Communicatie en media – Jeroen Moens – 2u/3sp
Filosofisch programma
- Inleiding filosofie (eerste jaar) – Filip Hacour – 4u/6sp
- Lezing filosofische teksten – Jeroen Moens – 2u/3sp
- Logica – Stefaan Cuypers – 2u/3sp
- Metafysica I – Luc Anckaert – 2u/3sp
- Metafysica III – Luc Anckaert – 2u/3sp
- Wijsgerige antropologie – Dennis Vanden Auweele – 2u/3sp
- Wijsgerige stromingen – Nieuwe Tijd – Filips Defoort – 2u/3sp
Klassieke talen
- Latijn – Sarah-Immanuel Prové – 4u/6sp
Paper
- Methodologie – Kristof Struys – 0,5u/1sp
- De seminaristen maken per semester een paper
Tweede cyclus
In de tweede cyclus van de priesteropleiding worden de vakken van het C-jaar van het theologisch programma gedoceerd.
Dogmatiek
- Christologie – Kristof Struys – 4u/6sp
- Ecclesiologie – Hans Tercic – 4u/6sp
- Oecumene – Bart Benats – 2u/3sp
- Kerkelijk ambt – Stefaan Franco – 2u/3sp
- Lezing theologische teksten – Bart Benats – 2u/3sp
Exegese
- Oud Test.: Hist. Boeken en Profeten – Etienne Heyse – 4u/6sp
- Nieuw Test.: Johannesevangelie – Filip Noël – 4u/6sp
Moraaltheologie
- Seksuele en familiale moraal – Bert Vanderhaegen – 2u/3sp
Sacramentenleer en liturgie
- Sacrament boete en verzoening – Stefaan Franco – 2u/3sp
- Sacrament ziekenzalving – Stefaan Franco – 2u/3sp
Kerkgeschiedenis
- Nieuwste Tijd – Filip Hacour – 4u/6sp
Kerkelijk recht
- Sacramentenrecht – Tim Peeters – 2u/3sp
Spiritualiteit
- Geestelijke schrijvers II – Bart Benats – 2u/3sp
Klassieke talen
- Grieks lezing teksten – Sarah-Immanuel Prové – 2u/3sp
Paper
- Methodologie – Kristof Struys – 0,5u/1sp
- De seminaristen van het derde jaar maken een scriptie
Eerste cyclus
Inleiding Oud Testament I – Carine Devogelaere
Deze cursus van 2u/week is opgevat als eerste kennismaking met de Bijbel en meer specifiek met het Oude Testament. In het theoretische deel wordt een inleiding gegeven over de Bijbel als boek en zijn ontstaansgeschiedenis en overlevering, over het lezen en interpreteren van teksten en over de verhouding tussen het Oude en Nieuwe Testament. Daarna bestuderen we de geschiedenis van Israël zoals die verhaald wordt in het Oude Testament.
Tijdens het tweede lesuur wordt telkens een Bijbelpassage gelezen en becommentarieerd. Zo wordt het meer theoretisch deel aangevuld met de grote verhalen van Abraham, Jacob, Jozef, Mozes en andere figuren en komen we op het spoor van wat hun mogelijke betekenis is voor de gelovige vandaag.
Van de studenten wordt geen voorkennis verwacht. Evaluatie gebeurt met tussentijdse opdrachten en een gesloten boek examen.
Inleiding Nieuw Testament II – Hans Vandenholen
In een eerste hoofdstuk van de cursus behandelen we de historische en sociaal-culturele achtergronden van het Nieuwe Testament. Vervolgens wordt stilgestaan bij het ontstaan en de evolutie van de Jezustraditie, en de verschillende literaire genres waaruit het Nieuwe Testament bestaat. Als leidraad bij de lessen wordt gebruikt: F. Van Segbroeck, Het Nieuwe Testament leren lezen. Achtergronden – Methoden – Hulpmiddelen, Leuven, VBS-Acco, 5de verm. druk 2004, 231 p.
Lezing Bijbel – Carine Devogelaere
De Bijbel leren kennen door hem te lezen. Opzet is om de inhoud van de Bijbel te leren kennen door er in 25 beurten grote delen van te lezen. Vooraf wordt telkens een korte inleiding gegeven en na de lectuur is een groepsgesprek voorzien over de inhoud. Van de deelnemers wordt verwacht dat zij week na week het opgegeven deel vooraf grondig lezen. Tijdens het groepsgesprek is er tijd voor vragen maar ook om de inhoud te verbinden met hedendaagse situaties en ervaringen.
Inleiding Bijbelse spiritualiteit – Bart Paepen
We leren belangrijke rode draden kennen die door de Bijbel lopen. Taalkundige, literaire, archeologische en geografische achtergronden brengen ons dichter bij de theologische inhoud van de Bijbelse traditie. Deze inhoud verbinden we uitdrukkelijk met onze persoonlijke en onze kerkelijke geloofsbeleving.
Inleiding liturgie – Steven Wielandts
Vanuit onze (dagelijkse) ervaring met liturgie gaan we op zoek naar het wezen van de liturgie: Wat? Waarom? Bijbelse, theologische en pastorale inzichten en ook de constitutie ‘Sacrosanctum Concilium’ geven de richting van onze zoektocht aan. Bovendien nemen we ruim de tijd om halt te houden bij de vraag hoe we liturgie vieren: in handelingen en in de tijd. Deze inleidingscursus reikt daartoe ook fundamentele inzichten aan in de ars celebrandi en in het liturgische jaar. Zo ontdekken we de volste rijkdom van het Christusmysterie.
Inleiding eucharistie– Bart Paepen
Vertrekkend van het Romeins Missaal en de inleiding erop, maken we kennis met de orde van dienst van de Eucharistie. Doelstelling is vooral dat de student inzicht krijgt in de opbouw en dynamiek en zo ook de rijke betekenis van de Eucharistie.
Inleiding christelijk geloof – Kristof Struys
Geloven is een menselijke aangelegenheid: het is de mens die gelooft. Bij een inleiding tot het christelijk geloof hoort dus eerst een korte uitklaring van wie enerzijds de mens van vandaag is en wat anderzijds geloven is. Vervolgens zullen wij bij wijze van inleiding de kern van het christelijk geloof voorstellen – en wel zo dat deze geloof-waardig kan zijn voor mensen van deze tijd. Wij doen dit volgens de vertrouwde structuur van het Credo met ‘de twaalf artikelen van het geloof’. De bedoeling bestaat erin om alzo de studenten op een eigentijdse wijze binnen te leiden in de boeiende wereld van het christelijk geloof. Voor deze cursus volgen wij het boek ‘Ik geloof: een uitnodiging voor de 21ste eeuw’ van de hand van Bernard Sesboüé (Altiora Averbode/ Kok Kampen, 2000).
Inleiding lokale en wereldgeschiedenis – Filip Hacour
In een eerste fase richten we onze blik breed en wereldwijd op het ontstaan en de historische ontwikkeling van het christendom. Als leidraad volgen we het boek 'Heerschappij. Hoe het christendom het Westen vormde' (Uitgeverij Athenaeum - Polak & Van Gennep, Amsterdam, 2020) van de Engelse historicus Tom Holland. In een tweede fase zoomen we in op de lokale kerkgeschiedenis van ons land en eigen streek. De studenten worden uitgedaagd om hedendaagse ontwikkelingen in kerk en geloof - zowel op lokaal als op wereldniveau - te leren begrijpen in de bredere historische context en ruimte.
Inleiding pastoraal I: Pastorale grondhoudingen en pastoraal gesprek – Bart Benats
Als een inleidende cursus pastoraal willen we nadenken over wat pastoraal is, hoe pastoraal gebeurt, welke bedoelingen en uitgangspunten sturend zijn. Daarbij kijken we in het bijzonder naar hoe Jezus zelf handelt en waardoor hij zich laat leiden. We hebben oog voor het zendingsbewustzijn waartoe zijn leerlingen gevormd worden en voor de kerkelijke verworteling van elke pastoraal en voor het zich situeren in de concrete omstandigheden van elke tijd en context. In een aantal sessies gaan we in het bijzonder in op vaardigheden en eigenheden van het pastoraal gesprek en van geloofscommunicatie.
Inleiding Jodendom – Luc Anckaert
In de cursus worden vier thema’s besproken: belangrijke momenten uit de joodse geschiedenis; de eigenheid van de joodse teksten met een voorbeeld van een talmoedcommentaar; de joods-godsdienstige voorstellingen; riten symbolen en feesten.
Inleiding tot het spirituele leven – Walter Ceyssens
Dit traject beoogt een groeiproces waarin de aspirant zijn relatie tot God enerzijds en alle dimensies van het eigen leven anderzijds meer en meer met elkaar verbindt. Een andere doelstelling is dat de aspirant een grotere helderheid verwerft aangaande zijn roeping. We willen dit doen door een soliede basis te leggen voor een vruchtbaar gebedsleven.We beginnen met vier inleidende sessies rond gebed (getijdengebed; lectio divina; bidden met de Schrift en met het leven); het hoe en waarom van geestelijke begeleiding; het schrijven van een geestelijk dagboek; mogelijke groeikansen en obstakels voor het gebedsleven.Hierna volgt een persoonlijk begeleid traject van gebed en reflectie, geïnspireerd door de Geestelijke Oefeningen van Ignatius van Loyola. Dit traject zal gedurende de rest van het seminariejaar lopen, met dagelijks gebed en wekelijkse geestelijke begeleiding. Aan het einde van het jaar zal de aspirant een reflectieverslag schrijven dat in het forum externum gebracht wordt. Na het vruchtbaar doorlopen van dit traject en van het propedeutische jaar in het algemeen zal aan de aspirant gevraagd worden tijdens de maand juli een persoonlijke stille retraite te doen, bij voorkeur in de Oude Abdij van Drongen.
Literatuur priesterschap – Bart Benats
Vanuit een aantal betekenisvolle teksten denken we na en wisselen we uit over priester zijn vandaag, roeping, Jezus navolgen, pastoraal in dienstbaarheid aan de Kerkgemeenschap en aan wie klein, arm of in nood zijn… We lezen Walter Kasper (Dienaar van de vreugde), enkele toespraken en brieven van paus Franciscus en zijn voorgangers, getuigenissen en reflecties van inspirerende figuren.
Ontwikkelingspsychologie – Tomas Bruyland
De ontwikkelingspsychologie bestudeert de psychologische veranderingen bij toenemende leeftijd. De veranderingen stoppen niet bij het volwassen worden, maar zetten zich levenslang door. De hedendaagse benaming ‘levenslooppsychologie’ legt op dit laatste aspect nog meer de nadruk. De cursus bespreekt stapsgewijs de levensloop:de babytijd, de peutertijd, de kleutertijd, de lagere schooltijd, de adolescentie, de jongvolwassenheid, de volwassenheid, en de hogere leeftijd komen aan bod. Binnen elke levensfase wordt gekeken naar de cognitieve ontwikkeling, de psychosociale ontwikkeling, de morele ontwikkeling, en de ontwikkeling van gehechtheid.
Handboek: Craeynest, P. (2018). Psychologie van de levensloop: inleiding in de ontwikkelingspsychologie. Leuven: Acco.
Christendom en kunst – Anne Desplenter
Elke kunstuiting is in wezen transcendentaal, in die zin dat zij de mens in contact brengt met het onuitspreekbare, dat wat hemzelf in grote mate overstijgt. De artistieke mens is eeuwenoud. In deze lessenreeks zullen we uit deze lange geschiedenis een welbepaalde periode lichten, namelijk de evolutie van de christelijke religieuze kunst in het Westen. In architectuur, beeldhouwkunst, schilderkunst, muziek en allerlei toegepaste kunsten probeerde de mens uitdrukking te geven aan zijn ontzag, bevangenheid, verbondenheid of jubel. De ontdekkingstocht brengt ons van de vroegste kunst in de catacomben en de vroegchristelijke luister van fonkelende, met mozaïek beklede basilica’s, via de middeleeuwse pracht van kerken en kathedralen, miniaturen en hemelse muziek naar de overdonderende perfectie van de renaissance en de barok. Maar verder nog, in de romantiek, het modernisme en de hedendaagse tijd blijft de religieuze thematiek aanwezig. Tot op de dag van vandaag is de figuur van Jezus van Nazareth een bron van inspiratie. ‘Magnum miraculum est homo’, en het is doorheen de kunst dat dit wonder gestalte kreeg.
Communicatie en media – Jeroen Moens
Deze cursus valt uiteen in 4 grote delen. Eerst bekijken we de communicatie van en binnen de Kerk in België (diocesaan en interdiocesaan) en de katholieke media van ons land, met hun eigenheden en plaats in het medialandschap. Vervolgens plaatsen we kanttekeningen bij het beeld van de Kerk in de Vlaamse media: hoe kijken ze naar Kerk en geloof, waar en waarom loopt het (soms) fout en hoe komt dat. In het derde onderdeel gaan we na hoe een gelovige boodschap het best wordt gebracht in de media. In enkele mediatrainingen met camera en microfoon oefenen we op de spelregels van de journalistiek. Tot slot duiken we in de wereld van de sociale media: wat zijn de kansen en de valkuilen en wat zijn inspirerende voorbeelden. Voor elk van de 4 onderdelen van deze cursus bestuderen we de relevante pauselijke verklaringen voor de jaarlijkse ‘Werelddag van de sociale communicatiemiddelen’.
Inleiding filosofie – Filip Hacour
Deze jaarcursus geldt als een fundamentele inleiding in de wijsbegeerte. De cursus bestaat uit twee grote delen. In het eerste deel doorlopen de studenten van bij het ontstaan van de wijsbegeerte op een chronologische wijze de groei, crisis en bloei van de wijsbegeerte in de Griekse Oudheid. Specifiek worden de natuurfilosofen, sofisten, Socrates, Plato en Aristoteles behandeld. De band tussen Aristoteles en Thomas van Aquino wordt hierbij in het licht gesteld. We eindigen met enkele nota’s uit de verdere groei van de filosofie in de christelijke middelleeuwen en met een filosofische woordenlijst die de studenten dienen te memoriseren. In het tweede deel wordt het bekende boek van Jostein Gaarder De Wereld van Sofie. Roman over de geschiedenis van de filosofie gelezen. Dit boek geldt als een verfrissende instap in de wereld van de filosofie. De studenten bereiden beurtelings een les voor waarbij specifiek getracht wordt om tot zelfstandig filosoferen te komen.
Lezing filosofische teksten – Jeroen Moens
De belangrijkste doelstelling van het vak “Lezing van filosofische teksten” is dat de studenten vertrouwen opbouwen in het lezen van filosofische teksten en in staat zijn om er zelfstandig mee aan de slag te gaan. Dat vereist het aanleren van vaardigheden en attitudes die eigen zijn aan wetenschap in het algemeen en filosofie in het bijzonder. De gekozen teksten zijn op verschillende manieren geschikt voor dialoog met theologie en maatschappij.
Als lesmethode wordt gekozen voor een interactief college, waarbij in groep teksten worden doorgenomen en besproken. Daarnaast wordt ook verwacht dat de studenten tegen elk college de tekst voorbereiden. De evaluatievorm wordt een combinatie van permanente evaluatie en een eindexamen.
Logica – Stefaan Cuypers
De westerse, christelijke traditie wordt gekenmerkt door een spanningsrelatie tussen geloof en rede. Logica codificeert de normen van de rationaliteit waaraan alle rationele argumenten of redeneringen moeten beantwoorden. Deze cursus biedt een inleiding tot de logica. Na een Aristotelische bepaling van de logica als de wetenschap van het geldig redeneren, worden de twee, basale systemen van formele logica behandeld: de propositie- en predikatenlogica (van de eerste orde). Aansluitend worden twee, centrale onderdelen van de meer informele logica behandeld: de retoriek van de drogredenen en de leer van de definitie. Het maken van oefeningen vormt een integraal onderdeel van de cursus.
Metafysica I – Luc Anckaert
De zin en het zijn hebben een merkwaardige verhouding. Is de werkelijkheid uiteindelijk zinvol of is de zingeving iets dat in de werkelijkheid binnenbreekt? Deze metafysische vraagstelling wordt verkend door de zingeving uit de Middeleeuwen te vergelijken met deze van de Moderne Tijd en hedendaagse tijd van globalisatie. Het leesrooster dat hier wordt ontwikkeld wordt vervolgens op verschillende teksten toegepast. De Kantiaanse problematiek stelt de vraag naar de mogelijke kennis over God-wereld-mens. Nietzsche heeft dit geradicaliseerd is de proclamatie van de dood van God. Zijn tijdsgenoot Dostojewski gaf een radicaal ander antwoord. Kafka suggereert dat de werkelijkheid ontoegankelijk en versplinterd is waardoor de zingeving een persoonlijke uitdaging wordt. De scheppingsproblematiek situeert de zin in de relationaliteit van de werkelijkheid.
Metafysica III – Luc Anckaert
In de metafysica kunnen twee paradigma's worden onderscheiden: het analogiemodel en het dialektische model. In deze cursus bestuderen we het analogiemodel. Er wordt een inleiding over metafysica gepresentered en daarna wordt de metafysica van Aristoteles voorgesteld. Het kernstuk van de cursus is het denken van Thomas van Aquino. We lezen en becommentariëren de vroege tekst De ente et essentia.
Wijsgerige stromingen – Nieuwe Tijd – Filips Defoort
In de Vroegmoderne en Moderne Tijd veranderde het Westen ingrijpend. Het was het tijdperk van de grote ontdekkingen: wetenschappelijk, geografisch, technisch en cultureel. Tal van ontwikkelingen hadden een diepgaande invloed op de verhouding tussen het (subject van het) denken en de werkelijkheid. Filosofie, werd, zichzelf ontheffend van haar taak als dienstmaagd van de theologie, een zelfstandige discipline, leidend tot verdere differentiatie in (mens)wetenschappelijke specialismen. De ‘gedetheologiseerde’ wereld werd onderzocht vanuit een exclusief wetenschappelijke rationaliteit en de mens begreep zichzelf als autonoom denkend en handelend individu.
Dit opleidingsonderdeel is een kennismaking met de ideeëngeschiedenis van die belangwekkende periode binnen de westerse wijsbegeerte. Vanuit de focus op de (vroeg-)moderne kennis- en werkelijkheidsopvattingen verkennen we de voornaamste stromingen en hun protagonisten: het rationalisme (Descartes, Spinoza), het empirisme (Locke, Hume) en het transcendentaal idealisme (Kant).
Latijn – Sarah-Immanuel Prové
In deze cursus worden de beginselen van het kerkelijk Latijn aangeleerd en ingeoefend. Tijdens de lessen leren we het Latijn correct uitspreken, bestuderen we de belangrijkste grammaticale fenomenen en maken we hierop ook telkens een aantal oefeningen. Van de studenten wordt verwacht dat zij wekelijks de geziene stof en een gedeelte van het aangeboden basisvocabularium instuderen. Zo komen we al gauw tot de ontleding van een aantal eenvoudige Latijnse gebeden, liederen en teksten. Het is de bedoeling de studenten in staat te stellen aan de hand van enkele basishulpmiddelen zelf een nieuwe tekst te ontsluiten.
Tweede cyclus – C Jaar
Christologie – Kristof Struys
In dit vak wordt nagedacht over Jezus Christus, zijn identiteit en zijn betekenis voor ons. Na een bijbels gedeelte komt een dogma-historisch stuk, waarin vooral het ontstaan van het christologisch dogma aan de orde wordt gesteld. Het derde deel bevat een systematisch doordenken van het christologisch dogma. Rode draad doorheen de cursus is dat de belijdenis de toegangsweg is tot het ontsluiten van de waarheid over Jezus Christus.
Ecclesiologie – Hans Tercic
In deze cursus wordt ingegaan op de vraag naar de bijbelse grondslag van de ecclesiologie: de verhouding tussen het oudtestamentische volk van Israël en het nieuwtestamentische kerkbegrip; de verhouding tussen Jezus en de kerk met de uitdrukkelijke vraag of Jezus de kerk gesticht heeft. Er wordt nagegaan hoe men in de loop van de geschiedenis theologisch over de kerk heeft nagedacht, met bijzondere aandacht voor de visie van Vaticanum II.
Oecumene – Bart Benats
Jezus’ nadrukkelijk gebed om eenheid maakt het onmogelijk onverschillig voorbij te kijken aan de verdeeldheid waaraan de christenen doorheen de geschiedenis niet ontsnapt zijn en zich niet te laten uitdagen door het verlangen om hieraan te remediëren. Deze cursus wil inzicht geven in het tot stand komen van de verschillende Kerken en hun visies, maar meer nog stilstaan bij de mogelijke wegen naar eenheid zoals die aandacht gekregen hebben in het denken en handelen van de verschillende Kerken. Centraal daarbij staan de visie die binnen de katholieke Kerk vanuit Vaticanum II ontwikkeld werd en de concrete voorstellen die sindsdien aandacht gekregen hebben om de eenheid te doen groeien. Ook praktische aspecten die de interactie tussen christenen van verschillende Kerken aangaan komen aan bod (vanuit het Directorium en vanuit het Vademecum voor spirituele oecumene).
Kerkelijk ambt – Stefaan Franco
De cursus sacrament van de wijding vangt aan met een uitgebreide studie van de groei van ambten en diensten vanuit het Nieuwe Testament. We gaan ook in op de oudste buitenbijbelse teksten (o.a. Clemens en Ignatius).
In het historisch luik ontwikkelen we de geschiedenis van het ambt. We zien hoe de driedeling episkopos - presbuteros - diakonos zich doorzet, hoe de tendens tot sacerdotalisering opduikt, hoe absolute wijdingen verboden werden (Chalcedon), hoe het ambt gefeodaliseerd geraakt en ten prooi valt aan wereldlijke beslommeringen. We onderzoeken zowel de praktische leefsituatie van de priesters in de Middeleeuwen als de theologische reflectie bij o.a. Petrus Lombardus, Thomas van Aquino, Maarten Luther, Johannes Calvijn, Ulrich Zwingli en Philippus Melanchton. Dit stelt ons in staat uitgebreid in te gaan op het concilie van Trente en haar dogmatische en hervormingsbesluiten.
Vaticanum II vormt het onderwerp van een derde deel. De besluiten van het concilie m.b.t. het ambt worden gelezen en uitvoerig besproken (Lumen gentium, Presbyterorum ordinis ...). Bijzondere aandacht wordt daarbij besteed aan de verhouding tussen het gemeenschappelijk priesterschap van de gedoopten en het dienstpriesterschap van de gewijden die wezenlijk en niet louter gradueel verschillen (LG 10). De sacramentaliteit en collegialiteit van het episcopaat alsook het herstel van het diaconaat worden eveneens onder de loep genomen. Voor de periode na Vaticanum II bespreken we enkele krachtlijnen.
Tot slot eindigen we met enkele capita selecta zoals de vraag naar de vrouw in het ambt (Ordinatio sacerdotalis), het samenspel en onderscheid van gewijde en niet-gewijde bedieningen. We ronden af met een bespreking van de liturgie van de wijdingen en aanstellingen tot een kerkelijk ambt.
Lezing theologische teksten – Bart Benats
Bedoeling is meer vertrouwd te raken met het lezen van theologische teksten en het kunnen opnemen van hun inhoud en denkwijze. Methodische accuraatheid en theologische situering zijn fundamentele aandachtspunten in het parcours dat doorheen deze cursus gegaan zal worden. In het parcours dat we zullen gaan zullen in elk geval Antoon Vergote, Karl Rahner en Dietrich Bonhoeffer aan bod komen.
Oud Testament: Historische Boeken en Profeten – Etienne Heyse
Na een algemene inleiding over de omvang en de plaats van het corpus Profetische boeken in de Hebreeuwse en in de christelijke Bijbel, staat de cursus in een eerste deel stil bij de etappes van het vormingsproces van de verzameling boeken die men omwille van de verbanden met het boek Deuteronomium doorgaans de Deuteronomistische geschiedenis noemt en die in de Hebreeuwse Bijbel de Vroege Profeten worden genoemd (Jozua, Rechters, 1 en 2 Samuël, 1 en 2 Koningen). De boeken van het eerste geschiedwerk van het oude Israël zijn immers het resultaat van de confrontatie met de Assyrische, Babylonische en Perzische overheersers.
In een tweede deel maken de cursisten kennis met enkele profeten. Vertrouwd met het spreken van God, maar ook als bemiddelaar en als rechter, is Samuël een verre voorloper van de Gezalfde. Voor de eigengereide Elia vraagt het heel wat tijd en omzwervingen vooraleer hij een profeet naar Gods hart kan zijn. Ook worden teksten uit het boek Jesaja gelezen, één van de vier grote profeten die voor de eerste generaties christenen van groot belang is geweest om de figuur van Jezus Christus te begrijpen. De cursus sluit af met de lectuur van het boekje Jona, een zogenaamde kleine profeet, die het bijzonder moeilijk heeft om de barmhartigheid van God te aanvaarden en gestalte te geven.
Nieuw Testament: Johannesevangelie – Filip Noël
In de rij van de vier evangeliën neemt het Johannesevangelie een bijzondere plaats in. Het vierde evangelie verschilt niet alleen naar taal en stijl, maar ook naar inhoud van de drie synoptische evangeliën. De evangelist is een theoloog die vanuit zijn kennis van een of meerdere synoptische evangelie een eigen christologie ontwikkelt die een grote invloed heeft gehad op het theologisch denken van de Kerk in de oudheid. In de cursus bespreken we in een eerste gedeelte de literaire gestalte van het Johannesevangelie en onderzoeken de eenheid en/of gelaagdheid van het geschrift. We onderzoeken de historische situatie van de christelijke gemeenschap waarin het evangelie ontstond, alsook de religionsgeschichtliche achtergrond. Ook de bestemming en de theologische doelstelling komen aan bod. In het tweede deel bespreken we kenmerkende perikopen van het Johannesevangelie.
Seksuele en familiale moraal – Bert Vanderhaegen
In een eerste algemeen deel overlopen we de geschiedenis van de moraaltheologie betreffende dit thema. We vertrekken van de Bijbelse fundamenten voor de seksuele ethiek en gaan na hoe deze in de eerste eeuwen van de Kerk verder gestalte kreeg. Daarna concentreren we ons op het huwelijksethos van Augustinus, Thomas van Aquino en Alfonsus Maria de’ Liguori. Na een zijsprong in het reformatorische denken over het huwelijksethos, bekijken we de ontwikkelingen in de Kerk in de 19de en eerste helft van de 20ste eeuw. De huwelijksmoraal van Gaudium et Spes wordt uitdiept om de verdere ontwikkelingen in de Kerk in de tweede helft van de 20ste en begin van de 21ste eeuw te kunnen begrijpen. Het historisch kader, de betekenis, de inhoud en de gevolgen van de encycliek Humanae vitae worden bestudeerd. In een volgend hoofdstuk wordt de personalistische visie van paus Johannes Paulus II besproken zoals we deze terugvinden in de exhortatie Familiaris consortio en de pauselijke audiënties die de basis vormen van de “Theologie van het Lichaam”. We sluiten het eerste deel af met enkele teksten die de brug maken tussen de 20ste en de 21ste eeuw – de Pauselijke Raad voor het Gezin, de Catechismus van de Katholieke Kerk, de Duitse Catechismus – om te eindigen met enkele hedendaagse theologen en pastorale invalshoeken betreffende de seksuele ethiek in de huidige Kerk. In het tweede deel behandelen we twee bijzondere thema’s verbonden met de seksuele ethiek van de Kerk: namelijk het niet-gehuwd samenwonen en de homoseksualiteit. We proberen beide vraagstukken in kaart te brengen vanuit wetenschappelijke achtergrond en studies. Daarna gaan we na hoe de Kerk in de loop van de geschiedenis officieel gereageerd heeft op deze verschijnselen en hoe ze fundamenten voor haar leer zocht in het Bijbelse ethos en de traditie. Zo trachten we een kerkloyale moraaltheologische visie op te bouwen met betrekking tot deze personen. De pastorale omgang krijgt daarin een bijzondere plaats.
Sacrament van de verzoening – Stefaan Franco
We vertrekken van een analyse van de crisis die ‘de biecht’ doormaakt. In een antropologische benadering staan we stil bij symbolen en mythen van het kwaad, bij meerdere types van schuldbeleving maar ook bij de niet evidente weg naar vergeving en verzoening. Daarop sluit een theologische benadering aan waarin we ingaan op de bijbels-christelijke noties ‘zonde’, ‘vergeving’, ‘boete’ en ‘verzoening’. In het historisch deel bespreken we de ingrijpende veranderingen die de vormgeving van het boetesacrament in de loop van de kerkgeschiedenis heeft ondergaan. We eindigen met een aantal reflecties over de huidige liturgische pastoraal rond verzoening en boete in onze kerk (o.a. ook de vraag naar het biechtgeheim).
Sacrament van de ziekenzalving – Stefaan Franco
De cursus over de ziekenzalving besteedt eerst aandacht aan een antropologische benadering van ziek-zijn en genezen. We verdiepen ons in de christelijke visie op het lijden. Vervolgens bestuderen we de passage uit het slot van de Jakobusbrief (Jak 5,13-18) die een grote rol heeft gespeeld in het totstandkomen van de ziekenzalving. Ook de lotgevallen van de ziekenzalving doorheen de tijden wordt besproken. Vooral de verschuiving in de richting van het ‘sacrament van de stervenden’ valt daarbij sterk op. We vragen ons verder af welke vernieuwing Vaticanum II voor dit sacrament gewenst heeft en welke liturgische orde van dienst heden ten dage voorligt. Ook actuele vragen over de bedienaar van de ziekenzalving en de zegening van stervenden komen uitdrukkelijk aan bod.
Kerkgeschiedenis Nieuwste Tijd – Filip Hacour
De cursus start bij een breukmoment in de westerse geschiedenis, de Franse Revolutie van 1789. Voor de Kerk en het christendom betekende deze revolutie het begin van het einde van het Constantijnse tijdperk dat begonnen was in 313 en waarbij het christendom bijna 1500 jaar erkenning en voordeel had gehaald uit haar sterke maatschappelijke positie. We proberen inzicht te krijgen in de evoluerende betekenis van de Kerk doorheen de 19de en 20ste eeuw. Een scharniermoment is hierbij het Tweede Vaticaanse Concilie (1962-1965) dat als begin van de overgang van westerse Kerk naar wereldkerk beschouwd kan worden. Tenslotte pogen we te begrijpen waar de Kerk doorheen de secularisatie en de hierbij veranderende maatschappelijke positie, vandaag komen te staan is. Wat is de richting die de geschiedenis aan het begin van het derde millennium zal uitgaan? En wat betekent dit voor het christendom en de Kerk?
Sacramentenrecht – Tim Peeters
Het ‘sacramentenrecht’ van de katholieke Kerk vinden we terug in Boek IV van de Codex van Canoniek Recht. In de cursus behandelen we de voorwaarden om de sacramenten geldig toe te dienen en geoorloofd te vieren. De zeven sacramenten worden dus vooral vanuit juridisch oogpunt benaderd. Tot slot bekijken we ook een aantal canonieke richtlijnen omtrent de sacramentaliën, zoals de kerkelijke uitvaart, zegeningen, etc.
Geestelijke schrijvers II – Bart Benats
Vanuit een veelheid aan sterke spirituele figuren uit het tweede millennium die elk op een persoonlijke manier vorm gegeven hebben aan verbondenheid met God en mensen vanuit een evangelische inspiratie focussen we ons op: Franciscus van Assisi en de evangelische levensstijl die hij introduceerde; Catharina van Siena en haar geëngageerde passie voor de Kerk; de innerlijke weg naar Godsvereniging van de Karmelitaanse traditie (met Teresa van Avila, Johannes van het Kruis en Elisabeth van de Drie-eenheid); enkele figuren uit de twintigste eeuw met de eigen wijze waarop ze in een minder vanzelfsprekend gelovige context spiritueel op weg gaan (Charles de Foucauld, Madeleine Delbrêl, Simone Weil, Etty Hillesum, Chiara Luce Badano).
Grieks lezing teksten – Sarah Prové
In deze cursus slaan we het Griekse Nieuwe Testament open. We bestuderen in detail een aantal passages, met aandacht voor grammaticale ontleding en betekenisnuances. We herhalen het geziene basisvocabularium en breiden de woordenschat uit. Nieuwe grammaticale fenomenen die tijdens de lectuur aan bod komen worden alleen kort toegelicht, in functie van het tekstbegrip. In deze cursus gaat het om het lezen en begrijpen van de teksten, zodat de studenten in staat zijn op het examen zelf een kort fragment van een geziene tekst toe te lichten en hun eigen ontleding en vertaling van een niet-besproken fragment voor te leggen.
Methodologie – Kristof Struys
Het gebruik van bibliotheek en naslagwerken, de lectuur van teksten, de samenstelling van een bibliografie en de redactie van een eigen tekst: dat zijn de basiselementen die in dit eerste deel van het seminarie methodologie ingeoefend worden.
Betaling
De inschrijving is definitief na storting van het collegegeld
per semester uur 30 euro
met als maximum per semester 150 euro
Voor studenten en bewoners van het seminarie is het collegegeld
per semester uur 14 euro
met als maximum per semester 35 euro
Rekeningnummer BE83 4310 2666 0115
BIC: KREDBEBB
vzw Aartsbisdom Mechelen-Brussel
Johannes XXIII-seminarie
Lemmensberg 1 3000 Leuven
Met vermelding: fichenummer 7151
De betaling van de cursusnota’s is hierin niet begrepen. Dit bedrag wordt geregeld met het secretariaat.
Secretariaat en onthaal
Florin Vlad
Johannes XXIII-seminarie - Lemmensberg 1 - 3000 Leuven
Tel. 016/31 02 00
E-mail: secretariaat.johannes23@proximus.be
Het secretariaat is elke werkdag open van 8u30 tot 16u30 u (niet op vakantiedagen)