Beste directeurs
Ook namens het vicariaat onderwijs van harte welkom op dit congres.
Ik begin met een bekentenis.
Jaar na jaar is het voor mij een eer en een genoegen om het congres samen met Greet te openen en zelden moet ik in de voorbereiding lang zoeken naar woorden… Dat is dit jaar wel anders. Ik heb geaarzeld, ik heb gewikt en gewogen om hier als bisschoppelijk gedelegeerde al of niet het woord te nemen, want past spreken wel na de terechte schokgolf die door Vlaanderen ging na de getuigenissen van mensen die als kind gruwelijk misbruikt werden door mensen binnen de kerk bij wie ze zich veilig hadden moeten weten?
Is het niet beter om het hoofd te buigen en te zwijgen, heb ik me afgevraagd. Of is zwijgen te dicht bij verzwijgen? En als ik niet wil verzwijgen, hoe spreek ik dan zonder te minimaliseren of te relativeren wat niet te relativeren valt. Als mama van een dochter die verkracht werd op haar 15e, maak ik van heel dichtbij mee welke enorme, blijvende impact dat heeft.
Wat we de voorbije weken in Godvergeten gezien en vooral gehoord hebben, heeft mensen, gelovigen en niet-gelovigen, geschokt tot in hun diepste vezels. Het heeft hen verdrietig gemaakt, ontgoocheld en vooral kwaad en al deze gevoelens zijn meer dan terecht. Het zijn wellicht de uwe, het zijn in elk geval de mijne.
Ik heb de voorbije weken heel wat mails beantwoord en veel gesprekken gevoerd met mensen die hun kwaadheid en onbegrip verwoordden, die zich vragen stelden of ze nog wel bij die kerk betrokken willen zijn als vrijwilliger in een parochie of als medewerker in een katholieke zorginstelling of school. Ik luisterde naar mensen die hun verhaal van misbruik in de kerk of in het gezin wilden delen, soms voor het eerst.
Het heeft me vaak sprakeloos achtergelaten en tot vrijdag was ik eerlijk gezegd niet van plan om er vandaag iets over te zeggen want ik wist niet hoe.
Tot ik vrijdagmorgen van Hans telefoon kreeg, na een gesprek met Geert, één van de drie Gentse CODI’s.
“Lieve, men verwacht dat je op het congres iets zegt vanuit je functie als bisschoppelijk gedelegeerde want er leven veel vragen, veel frustraties over Godvergeten, maar ook over het vak godsdienst, over het lerarentekort, het mandaat en zelfs over de noodzaak of de wenselijkheid van katholiek onderwijs.”.
Collega’s
We zijn ons vanuit het vicariaat, vanuit de godsdienstinspectie en vanuit de Erkende Instantie, ten zeerste bewust van al deze moeilijkheden. We beseffen voor welke organisatorische problemen u staat als directeur als er geen leraren zijn en groepen in de studie zitten. We begrijpen de frustratie en zelfs de vraag of het vak in die omstandigheden niet beter geschrapt wordt. We waarderen het zoeken van directies en vakwerkgroepen naar alternatieven in de vorm van projectwerking, digitale lesvormen of creatieve samenwerking tussen godsdienstleraren en andere vakleerkrachten.
Op vraag van directies uit onze regio werken de godsdienstinspecteurs en de Erkende Instantie aan duidelijkere krijtlijnen waaraan proefprojecten moeten voldoen. Zonder hier in detail te kunnen treden, zien we 3 belangrijke voorwaarden:
1. Gedragenheid: binnen het schoolteam, de vakwerkgroep en in samenspraak met het schoolbestuur en de godsdienstinspecteur
2. Betrokkenheid van een gevormde, geschoolde godsdienstleraar
3. Een zo sterk mogelijke realisatie van de leerplandoelen
We hopen dat directies, vakwerkgroepen en schoolbesturen ingaan op het aanbod om samen met de godsdienstinspectie en het vicariaat proeftuinen uit te werken die aan die voorwaarden beantwoorden. En we hopen dat we die de komende jaren over de scholen en de regio’s heen met elkaar kunnen delen. Ondertussen bundelt Thomas, de website voor het godsdienstonderwijs, heel veel materiaal dat bruikbaar is als achtergrond voor leraren en voor zelfstudie. Thomas is volop bezig met het uitwerken van digitaal materiaal waar de leerstof in korte filmpjes wordt aangeboden.
We blijven zeker ook niet doof voor vragen over het mandaat en over een meer laagdrempelig aanbod voor leraren zonder theologische vorming die bereid zijn rkg te geven. Het zoeken naar toekomstperspectieven voor het vak godsdienst in de samenleving van morgen, is op alle niveaus bezig.
In de recentste directiecommissie van Katholiek Onderwijs, waar ook jullie 4 vertegenwoordigers aanwezig waren, klonken kritische vragen, ook de vraag of ons onderwijs wel katholiek moet blijven.
Al deze vragen, zorgen zijn niet nieuw, ze zijn inherent aan de pluralistische samenleving die de onze is en waar we als katholiek onderwijs op de keeper beschouwd boven ons gewicht spelen. Deze vragen waren er al lang voor de documentaire van Godvergeten, maar ze komen versterkt aan de oppervlakte en ze worden in alle openheid en scherpte gesteld. En dat is goed. Want als het verleden én het heden ons één ding leren is dat zwijgen - of misschien nog erger spreken onmogelijk maken en doen zwijgen - de problemen nooit oplossen. Problemen die toegedekt worden, dreigen te etteren en maken de wonden alleen dieper en pijnlijker.
Op een kwartier, aan het begin van een congres, in detail ingaan op al deze uitdagingen is helaas onmogelijk, maar weet dat je ons ten allen tijde mag aanspreken, hier op het congres of later. We komen graag naar u toe om te luisteren en in gesprek te gaan in uw scholengemeenschap of school.
Normaal zou bisschop Lode morgen een hele dag op het congres aanwezig zijn, niet alleen om voor te gaan in de viering, maar vooral om u te beluisteren zodat hij uw vragen en suggesties rechtstreeks kan meenemen naar de bisschoppenconferentie. We hebben vrijdagavond nog overlegd hoe we die gesprekken hier zouden kunnen faciliteren of organiseren, maar helaas is hij zaterdag ziek geworden en moet hij tot nader orde al zijn werkzaamheden staken. Ik heb hem de laatste dagen niet gehoord, maar ik weet hoe jammer hij dat vindt en ik weet dat hij graag bereid is om op een later moment een ontmoeting te organiseren in het bisschopshuis waar hij met genoegen, maar vooral in alle bescheidenheid en openheid in gesprek wil gaan met wie dat wenst.
Beste directeurs,
Vrijdagmiddag, een paar uur na de telefoon van Hans, was ik samen met Marc te gast in Don Bosco school SINT-DENIJS WESTREM. Een heel diverse school met 900 leerlingen van 80 verschillende nationaliteiten. Een warme school zo mag ik telkens ervaren, waar leerlingen ongeacht hun afkomst verwelkomd, uitgedaagd, gevormd en omarmd worden.
Reden van ons bezoek: de Kitchen Battle, een culinair feest , een feest van diversiteit en inclusiviteit. Leerlingen, leraren en zelfs ouders waren vroeg in de weer en haalden hun beste kookkunsten boven. Aan twintig standjes konden 900 leerlingen proeven van 20 typische gerechten van 20 verschillende nationaliteiten die zichzelf en hun gerecht voorstelden.
Letterlijk en figuurlijk proeven van elkaars cultuur, genieten van de verscheidenheid van geuren en smaken waren de ingrediënten van een (ook weer letterlijk en figuurlijk) pittig gebeuren.
Bij de start van het parcours kregen Marc en ik, net als alle leerlingen, een brooddoos met daarop de woorden: “Be proud of your roots.”
Ook al was dat een oproep aan de leerlingen om trots te zijn op hun wortels, op hun culturele, nationale en religieuze wortels, bij mij kwamen die woorden binnen - in de gitzwarte schaduw van Godvergeten.
Hoe trots kan en mag ik nog zijn op mijn roots?
Ik ben geworteld in een geëngageerd en gelovig gezin en ik ben dankbaar dat ik het geloof heb mogen inademen als een bron van vertrouwen, van mildheid, en vooral van nooit aflatende hoop.
Moet ik daar vandaag over zwijgen vanuit schaamte voor het lelijkste van onze traditie? Of mag ik daarover blijven spreken - zonder op enige wijze afbreuk te doen aan het kwaad dat mensen is aangedaan? Mogen naast de verschrikkelijke verhalen van crimineel misbruik door geestelijken en het toedekken door kerkelijke verantwoordelijken, nog andere verhalen klinken? Verhalen van mensen binnen die kerk die zich in diezelfde tijdspanne met hart en ziel hebben ingezet voor kinderen en jongeren? Mag en kan er ook recht gedaan worden aan hun leven- en ik kan het niet genoeg benadrukken: niet uit verdediging, niet om te minimaliseren wat niet te minimaliseren valt, maar wel om recht te doen aan de diverse werkelijkheid. Ik heb me die vraag heel veel gesteld de voorbije weken.
Ik zag ze vrijdag tijdens de Kitchen Battle in Don Bosco op een vanzelfsprekende manier beantwoord gezien.
Toen directeur Hannelore ons verwelkomde met de onbevangen woorden: “We zijn zo blij dat jullie hier langskomen als vertegenwoordiging vanuit het bisdom ”. We horen, begrijpelijk, ook wel andere reacties dezer dagen.
Ik hoorde mijn vraag beantwoord toen adjunct-directeur Jan aan de genodigden vertelde dat het idee voor de Kitchen Battle groeide tijdens de godsdienstlessen. De lessen die zo vaak door de samenleving en de school zelf in vraag gesteld worden.
Ik was zo blij met het spontane getuigenis van de directeur hoe betekenisvol die lessen zijn omdat jongeren uit alle windstreken, met hun diverse culturele en religieuze achtergrond samen in dialoog gaan op een respectvolle manier.
Kennis verwerven en competenties aanscherpen zijn kerntaken van de school. Even belangrijk is dat scholen oefenplaatsen kunnen zijn om in diversiteit, in de ruimste zin van het woord, respectvol samen te leven. Onze wereld die kreunt onder oorlogs- en terroristisch geweld, onder polarisatie en onbegrip heeft zo’n nood aan dergelijke oefenplekken.
Als onderwijsmensen hebben we soms het begrijpelijke en terechte gevoel dat de samenleving, dat ouders te veel van ons verwachten of zelfs eigen verantwoordelijkheden doorschuiven. Die hoge verwachtingen zijn ook een compliment. Ze vormen een uitdaging voor ons als onderwijs, als katholiek onderwijs, om vanuit het beste van onze traditie jonge mensen te vormen tot volwassenen die een betere, meer duurzame, meer rechtvaardige, mildere, meer hoopvolle toekomst kunnen schrijven.
Ik ben de voorbije weken, net als velen van u, geraakt en overdonderd geweest, niet in het minst door de woorden van Valerie van Peel in de Kamer. Ik vond het indrukwekkend hoe ze met één vraag: “Waar waren jullie de afgelopen 20 jaar?” de problematiek van seksueel misbruik verbreedde en verscherpte en eigenlijk tot bij elk van ons in de huiskamer bracht.
Ook vandaag is er seksueel misbruik van kinderen en jongeren, het vaakst in het gezin. Die kinderen zitten op onze scholen, in onze klassen. Voor hen kunnen we als onderwijs immens veel betekenen. Openstaan en zoeken naar wat er schuilgaat achter het lastig gedrag van kinderen en jongeren, taboes bespreekbaar maken (niet zelden in de godsdienstlessen), pestgedrag benoemen en aanpakken als een vorm van machtsmisbruik…
Het zijn maar een paar voorbeelden van hoe we zelf, vanuit ons pedagogisch project en vanuit onze christelijke traditie, kunnen werken aan een samenleving waar machtsmisbruik en zwijgcultuur geen plaats meer hebben, niet in de kerk, niet in de politiek, niet in de vrije tijd of op de school, niet in het gezin.
Niemand kan het verleden herschrijven, helaas, we kunnen het alleen recht in de ogen kijken, het onrecht, ook vanuit de kerk, erkennen in al zijn onherroepelijkheid. Wat we wel kunnen is onze gemeenschappelijke kwaadheid, verontwaardiging en ontgoocheling tot motor maken van een vernieuwend verhaal.
“Be proud of your roots”
Als ik hier vandaag als bisschoppelijk gedelegeerde niet alleen beschaamd voor u sta, maar daarnaast ook hoopvol en voorzichtig trots op mijn wortels dan is dat alleen door uw inzet voor kinderen en jongeren. Dan is het omdat uw inzet en die van uw team vanuit stevige wortels ook stammen, takken en bladeren doet groeien waarin kinderen en jongeren kunnen thuiskomen en van waaruit ze kunnen uitvliegen. Mede in naam van bisschop Lode hartelijk dank daarvoor!
Lieve Van Daele
Bisschoppelijk gedelegeerde onderwijs Bisdom Gent