Parochianen van Dworp en Rode herinneren zich wellicht dat een paar jaar geleden gevraagd werd om oude paaskaarsen te bezorgen. Die werden dankbaar in ontvangst genomen door Ivo Vanvolsem, scheutist uit het nabije Buizingen. Nu is hij na vier jaar ononderbroken verblijf in zijn missiepost in Kananga (Kongo) opnieuw naar België kunnen afreizen voor wat vakantie. Hierbij een fragment uit zijn laatste brief.
“Mijn nieuwjaarsbrief komt er weer te laat aan! Tussen Kerstmis en Pasen! Het weerspiegelt wel de realiteit waarin we leven: heel wat ellende tussen geboorte en dood, maar altijd hopend op verandering en nieuw verrezen leven!”
“Zeker hier bij ons, want we boeren achteruit … De meeste wegen zijn kapot gespoeld door de hevige tropische regenbuien, elektriciteit en watervoorziening blijven een droom, af en toe rijdt er nog eens een trein, er is gebrek aan eten en geld, dus is er veel ondervoeding, wordt er veel gestolen en is er veel corruptie. Mooie maar holle politieke toespraken trachten dat allemaal te bedekken. Allemaal niet zo aangenaam om mee te leven. De meeste mensen zijn wel levenskunstenaars en passen zich vlot aan, alsof ze er zich niet van bewust zijn dat ze in mensonwaardige toestanden leven.”
“President Tshisekedi was hier vanaf Kerstmis een tiental dagen op bezoek in de Grote Kasayi – zijn wortels –, de eerste keer sinds het begin van zijn presidentschap, drie jaar geleden. Hij heeft heel wat langs de weg gereisd en veel gewone mensen ontmoet om de realiteit van de streek van zijn voorouders concreet aan te voelen. Verschillende keren is zijn wagen vastgereden in de modder van de onberijdbare wegen. En hij heeft de wanhoopskreten van zijn volk gehoord. Na dat bezoek was hij duidelijk ontnuchterd en zei ontgoocheld te zijn: ‘Wat hebben de autoriteiten hier gedaan met het geld dat ik hen toevertrouwde om de wegen en bruggen te herstellen?’”
“In februari 1972 zette ik mijn eerste stappen in het Kasayi-gebied. Gedurende die vijftig jaar ben ik getuige geweest van de teleurgang en ontmenselijking van de bevolking. Dat doet pijn maar nodigt ons voortdurend uit om de manier van onze aanwezigheid hier in vraag te stellen en te zoeken naar nieuwe vormen van solidariteit, vooral met de armsten. Wat een geluk dat corona hier niet echt is uitgebroken. De enkele gevallen die we gekend hebben, waren uitzonderlijk. Er sterven wel heel wat mensen aan malaria, typhoïde-koorts, tuberculose en ondervoeding. De fabricatie van kinderkistjes is winstgevend ... Met veel mooie woorden werd internationaal verklaard dat er een malariavaccin voor kinderen gevonden is en dat alle kinderen jonger dan vijf jaar in centraal Afrika moeten ingeënt worden. Maar na vele maanden is dat vaccin hier nog niet aangekomen … Hetzelfde gebeurde met het corona-vaccin. Eindelijk is dat 2 sinds eind januari beschikbaar in Kananga. Ik heb gisteren mijn tweede prik gekregen. Zo kan ik toch veiliger tegen eind maart op verlof gaan naar België.”
“We beseffen dat Goede Vrijdag hier de meeste dagen in beslag neemt tussen geboorte en dood. Maar we zijn hier niet om te blijven treuren onder het kruis, maar om samen met de mensen de grafsteen weg te duwen, overtuigd te hopen op Verrijzenis, Verandering, Nieuw Leven, Nieuwe Toekomst, Menselijker Leven voor lijdende mensen. En dat is mogelijk, want de Congolezen hebben enorm goede capaciteiten, de meesten zijn goede mensen die zich willen inzetten voor verandering, maar spijtig genoeg krijgen ze niet altijd de nodige kansen.”
Ivo Vanvolsem