Zomaar een dag
Juli 2021. Zware overstromingen treffen Wallonië. De beelden zijn hallucinant en veel mensen schieten de getroffen inwoners te hulp. Het Journaal brengt reportages van diverse hulpacties. Mensen brengen voedsel, kledij, allerhande spullen en helpen met het leegmaken en opruimen van huizen.
Tussen al die vrijwilligers is er één dame met een opmerkelijk initiatief. Ze plaatst rode geraniums op de vensterbanken en stoepen van de troosteloze, getroffen huizen en straten.
‘Wat is daar nu het nut van?’, vraag ik me in eerste instantie af. ‘Je ziet toch dat die mensen nood hebben aan het vervullen van basisbehoeften.’
En toch ontroert het me. Die felrode kleur brengt warmte, pure schoonheid en hoop midden in de tristesse. De bloemen voeden geen monden, beschermen niet tegen de regen, maar troosten verdriet, helen gedeukte zielen en verwarmen koude harten. ‘Ik kon gewoon niet anders’, zegt deze dame, ‘ik moest dit gewoon doen’. Een heel persoonlijk gebaar van bekommernis en spirituele zorg. Niet ‘nuttig’ misschien, maar allesbehalve nutteloos.
Op Allerheiligen vieren we alle heiligen, niet alleen de heiligen van de kerkelijke kalender, maar ook de vele ‘anonieme’ heiligen die iets van Gods liefde uitstralen. Heiligen zijn geen grote wonderdoeners en ook geen perfecte mensen. Ze tonen kleine tekenen van heiligheid, van verbondenheid tussen God en mens. In het plaatsen van geraniums, in het verzamelen van allerhande spullen, in het luisteren naar het verhaal van mensen. Een dag speciaal voor hen.
Sylvie