Jezus en zijn vrienden trokken weer verder. Onderweg brachten een paar mensen een man bij hem, die een beperking had. Ze vroegen aan Jezus om hem de handen op te leggen. De man kon niet horen en hij praatte heel onduidelijk. Jezus nam de man mee naar een rustige plek, weg van de mensen. Hij stak zijn vingers in de oren van de man en deed wat spuug op zijn tong. Toen keek Jezus omhoog, hij zuchtte en zei: ‘Ga open!’ De oren van de man gingen open, zijn tong kwam los en hij kon normaal spreken. Jezus vroeg aan de mensen die erbij waren om niet rond te vertellen wat er was gebeurd. Maar dat hielp niets, want ze vertelden het toch verder. De mensen waren diep onder de indruk. Ze zegden: ‘Alles wat Jezus doet, is fantastisch! Hij helpt zelfs mensen die niet kunnen horen of praten!’
Naar Marcus 7,31-37
Tekst Kolet Janssen, ill. Roel Ottow
Denkvraag
Waarom kijkt Jezus naar de hemel als hij bezig is om de man die niet kan horen te genezen?
Doe-tip
Leer een paar begroetingen in Vlaamse gebarentaal. Zo kun je (een beetje) praten met mensen die niet kunnen horen!
Voor het correct weergeven van deze inhoud dien je (sociale) content cookies te aanvaarden.
Gebed
Lieve Jezus, jij liet je raken door mensen met problemen. Je wilde die mensen helpen. God hielp je om dat te kunnen doen. Help ons om aandachtig te zijn, zodat we zien als iemand ons nodig heeft. Amen.